Gerechtshof Amsterdam, 18-06-2015, ECLI:NL:GHAMS:2015:2360, 13/00565
Gerechtshof Amsterdam, 18-06-2015, ECLI:NL:GHAMS:2015:2360, 13/00565
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Amsterdam
- Datum uitspraak
- 18 juni 2015
- Datum publicatie
- 24 juni 2015
- ECLI
- ECLI:NL:GHAMS:2015:2360
- Zaaknummer
- 13/00565
Inhoudsindicatie
Stichting is geen ANBI. Niet wordt voldaan aan de eis dat met alle activiteiten van belanghebbende tezamen uitsluitend of nagenoeg uitsluitend het algemeen belang wordt gediend.
Uitspraak
Kenmerk 13/00565
18 juni 2015
uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur,
en het incidenteel hoger beroep van
[Stichting X], gevestigd te [Z], belanghebbende,
tegen de uitspraak in de zaak met kenmerk AWB 12/5578 van de rechtbank Noord-Holland (hierna: de rechtbank) in het geding tussen
belanghebbende
en
de inspecteur.
1 Ontstaan en loop van het geding
De inspecteur heeft bij beschikking van 24 april 2012 belanghebbende per 1 mei 2012 niet meer aangemerkt als een algemeen nut beogende instelling (hierna: ANBI).
Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de inspecteur bij uitspraak op bezwaar, gedagtekend 31 oktober 2012, de beschikking gehandhaafd.
Tegen de uitspraak op bezwaar is door belanghebbende beroep ingesteld bij de rechtbank. Bij uitspraak van 13 augustus 2013 heeft de rechtbank als volgt beslist (in de uitspraak van de rechtbank wordt belanghebbende aangeduid als ‘eiseres’ en de inspecteur als ‘verweerder’):
“De rechtbank:
- -
-
verklaart het beroep gegrond:
- -
-
vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- -
-
vernietigt de beschikking waarbij de anbi-status is ingetrokken;
- -
-
wijst het verzoek om schadevergoeding af;
- -
-
veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres ten bedrage van € 472;
- -
-
gelast dat verweerder het door eiseres betaalde griffierecht van € 312 vergoedt.”
Het tegen deze uitspraak door de inspecteur ingestelde hoger beroep is bij het Hof ingekomen op 19 september 2013, aangevuld bij brief van 21 oktober 2013. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend en daarbij incidenteel hoger beroep ingesteld. De inspecteur heeft het incidenteel hoger beroep beantwoordt bij brief van 7 januari 2014.
Op 11 februari 2014 en 18 mei 2015 zijn nadere stukken ontvangen van belanghebbende. Deze zijn in afschrift verstrekt aan de inspecteur.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 28 mei 2015. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.
2 Feiten
De rechtbank heeft de volgende feiten vastgesteld:
“2.1. Eiseres maakt deel uit van een internationaal netwerk. In diverse landen zijn ongeveer 5000 medewerkers (vrijwilligers) actief. De activiteiten van eiseres zijn gericht op Nederland. Zij vormt een samenwerkingsverband met [Stichting Y] die zich richt op de internationale organisatie en daarmee samenhangende activiteiten en die is vertegenwoordigd in zowel [Z] als [stad A in het buitenland].
In de statuten van eiseres is onder meer opgenomen:
“Artikel 2
1. De stichting gaat uit van een vast vertrouwen in de werkelijkheid ener geestelijke en zedelijke, de mens en de mensheid voorstuwende wereldorde en heeft ten doel:
a. een ontmoetingspunt te vormen voor personen en groeperingen die opzoeken wat mensen en volkeren vereent en trachten weg te nemen wat geesten en gemoederen verdeelt;
b. het vormen van een kern van de algemene broederschap der mensheid, zonder onderscheid van ras, geloof, geslacht of huidskleur;
c. het aanmoedigen van de vergelijkende studie der godsdiensten, wijsbegeerten en wetenschappen;
d. het onderzoeken van de onverklaarbare wetten der natuur en van de latente krachten in de mens;
e. ontwikkeling en onderwijs op de grondslag van de aloude universele wijsheid, teneinde de mogelijkheden van de mens tot innerlijke groei te stimuleren, zodat hij begint:
- het onbekende te vermoeden;
- te geloven in het onbewijsbare, en
- te zoeken, dóór te dringen en te vragen naar de openbaring van datgene wat verborgen en nog niet ontdekt is.
2. De stichting tracht haar doel te bereiken door:
a. het houden van congressen, voordrachten, cursussen, studie- en discussiegroepen;
b. het geven of laten geven van onderwijs;
c. het uitgeven van brochures, tijdschriften en boeken;
d. het in leven roepen van een bibliotheek;
e. andere wettige middelen.”
Eiseres ontplooide in 2012 de volgende activiteiten:
- openstelling van een informatiecentrum gedurende zes tot zeven dagen per week gedurende het gehele jaar, waar boeken, bladen, dvd’s en cassettes worden verkocht, folders en informatiekranten worden uitgedeeld en lezingen en transmissie-workshops worden gegeven;
- uitgifte van het maandblad [X] (tien maal per jaar);
- uitgifte van een kwartaalblad (vier maal per jaar);
- verzorging van transmissie-meditatie, gemiddeld 1,5 maal per week via 70 meditatiegroepen in Nederland;
- organisatie van een jaarlijkse lezing van [A] over de boodschap van [B];
- organisatie van boekbesprekingen (twee maal per maand);
- organisatie van transmissie-mediatieweekenden (drie maal per jaar);
- openstelling van een website (www.[X].org);
- plaatsing van advertenties in bladen en op lokale televisie;
- bezoek van beurzen en festivals gemiddeld twee maal per maand, waarbij uitleg wordt gegeven over het doel van eiseres en informatie wordt verspreid;
- organisatie van nationale en internationale seminars;
- organisatie van fototentoonstellingen waarbij aandacht wordt gevraagd voor de doelstellingen van eiseres.
De activiteiten met betrekking tot het informatiecentrum en de website worden mede uitgevoerd door [Stichting Y]. Het informatiecentrum, de transmissie-meditatiegroepen, de lezingen, de workshops, de fototentoonstellingen, de seminars en de website staan open dan wel zijn toegankelijk voor eenieder. Ook de meditatieweekenden staan voor eenieder open, zij het dat de deelnemers wel bekend moeten zijn met transmissiemeditatie, bijvoorbeeld door deelname aan een van de 70 transmissie meditatiegroepen (die wel voor eenieder open staan). Eiseres verricht een groot deel van de activiteiten met behulp van vrijwilligers en zonder tegenprestatie van de deelnemers. Voor de volgende activiteiten wordt wel een vergoeding gevraagd. Voor boeken wordt € 2,50 (boek van 64 bladzijden) tot € 20 (boek van 726 bladzijden) in rekening gebracht. De dvd’s en cassettes worden verkocht voor € 7 per stuk. Een jaarabonnement op het maandblad [X] kost € 30 (het kwartaalblad is gratis verkrijgbaar in het informatiecentrum). Voor de transmissieweekenden dienen de deelnemers € 100 te betalen ter zake van de verblijfkosten. Foldermateriaal wordt doorgaans gratis verstrekt en soms tegen kostprijs.”
Het Hof gaat voor de beslechting van het geschil van voormelde feiten uit.
3 Geschil in hoger beroep en incidenteel hoger beroep
Evenals in eerste aanleg is in hoger beroep in geschil of belanghebbende terecht met ingang van 1 mei 2012 niet meer is aangemerkt als een ANBI.
In incidenteel hoger beroep is in geschil of belanghebbende recht heeft op, en zo ja, tot welk bedrag, integrale vergoeding van de kosten van het geding voor de rechtbank en het Hof (belanghebbende claimt hiervoor in totaal € 10.431,70) en een vergoeding voor verdere schade.
Partijen doen hun standpunten steunen op de gronden welke door hen zijn aangevoerd in de van hen afkomstige stukken. Voor hetgeen zij daaraan ter zitting hebben toegevoegd wordt verwezen naar het van het verhandelde ter zitting opgemaakte proces-verbaal.