Home

Gerechtshof Den Haag, 25-06-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:2182, BK-12-00097 en BK-12-00098

Gerechtshof Den Haag, 25-06-2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:2182, BK-12-00097 en BK-12-00098

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
25 juni 2014
Datum publicatie
15 augustus 2014
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2014:2182
Formele relaties
Zaaknummer
BK-12-00097 en BK-12-00098

Inhoudsindicatie

Inkomstenbelasting. Woonplaats. Binnenlandse belastingplicht. In geschil is of belanghebbende (en haar echtgenoot) door de inspecteur terecht in de belastingheffing zijn betrokken als binnenlandse belastingplichtigen en, bij bevestigende beantwoording, of de afkoop van de oudedagslijfrente, de afkoop van het stamrecht alsmede de liquidatie-uitkering van A BV en de liquidatie-uitkering van E BV belastbaar zijn in het jaar 2001 of in 2002, en of deze inkomensbestanddelen moeten worden belast bij belanghebbende of bij haar echtgenoot. Tevens is in geschil of de inspecteur terecht bij de aanslagregeling voor het jaar 2002 vergrijpboetes van 50 percent aan belanghebbende (en aan haar echtgenoot) heeft opgelegd.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummers BK-12/00097 en BK-12/00098

Uitspraak d.d. 25 juni 2014

in het geding tussen:

[X] te [Z], belanghebbende,

en

de directeur van de Belastingdienst/Zuidwest, de Inspecteur,

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank ’s‑Gravenhage van 23 december 2011, nr. AWB 09/305 IB/PVV en AWB 09/308 IB/PVV, betreffende de hierna vermelde aanslagen, beschikkingen vergrijpboete en heffingsrente.

Aanslagen, beschikkingen, bezwaar en geding in eerste aanleg

1.1. De Inspecteur heeft aan belanghebbende de volgende aanslagen en beschikkingen vergrijpboete en heffingsrente opgelegd.

Voor het jaar 2001 een aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV) (aanslagnummer H.16), berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 934.044 en een belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang van € 240.296. Daarbij is tevens bij beschikking een bedrag van € 51.176 aan heffingsrente in rekening gebracht.

Voor het jaar 2002 een aanslag IB/PVV (aanslagnummer H.26), berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 780.292, alsmede bij beschikking een vergrijpboete van € 199.488. Daarbij is tevens bij beschikking een bedrag van € 59.347 aan heffingsrente in rekening gebracht.

1.2. Belanghebbende heeft tegen de aan haar opgelegde aanslagen en beschikkingen vergrijpboetes en heffingsrente bezwaar gemaakt. De Inspecteur heeft bij uitspraken op bezwaar van 10 december 2008 en 15 december 2008 de bezwaren van belanghebbende ongegrond verklaard.

1.3. Op het beroep van belanghebbende heeft de rechtbank voor het jaar 2001 als volgt beslist, waarbij de rechtbank belanghebbende als ”eiseres” en haar echtgenoot als ”eiser” dan wel gezamenlijk als ”eisers” en de Inspecteur als ”verweerder” heeft geduid:

”De rechtbank:

- verklaart het beroep gegrond;

- vernietigt de uitspraak op bezwaar;

- vermindert de aanslag tot een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 154.652;

- handhaaft de aanslag voor het overige;

- vermindert de beschikking heffingsrente dienovereenkomstig;

- bepaalt dat deze uitspraak in zoverre in de plaats treedt van het vernietigde besluit;

- gelast dat verweerder het door eiseres betaalde griffierecht van € 39 vergoedt.”

en voor het jaar 2002:

”De rechtbank:

- verklaart het beroep gegrond;

- vernietigt de uitspraak op bezwaar;

- handhaaft de aanslag tot een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 780.292;

- vernietigt de vergrijpboete;

- bepaalt dat deze uitspraak in zoverre in de plaats treedt van het vernietigde besluit;

- veroordeelt verweerder in de kosten van het bezwaar en het beroep ten bedrage van € 779,60 aan eiseres te voldoen.”

Loop van het geding in hoger beroep

Vaststaande feiten

Omschrijving geschil en standpunten van partijen

Conclusies van partijen

Oordeel van de rechtbank

Proceskosten

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten en griffierecht

Beslissing