Home

Gerechtshof Den Haag, 14-04-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:1540, BK-14-01482 en BK14-01483

Gerechtshof Den Haag, 14-04-2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:1540, BK-14-01482 en BK14-01483

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Den Haag
Datum uitspraak
14 april 2015
Datum publicatie
12 juni 2015
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2015:1540
Formele relaties
Zaaknummer
BK-14-01482 en BK14-01483

Inhoudsindicatie

In geschil is of de navorderingsaanslagen en de vergrijpboeten terecht, en zo ja, tot de juiste bedragen zijn opgelegd. Voorts is in geschil of de heffingsrenten terecht en tot de juiste bedragen in rekening zijn gebracht.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Team Belastingrecht

meervoudige kamer

nummers BK-14/01482 en BK-14/01483

Uitspraak d.d. 14 april 2015

in het geding tussen:

[X] , wonende te [Z], belanghebbende,

en

de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Den Haag, de Inspecteur,

op het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 30 september 2014, nummers SGR 14/3936 en SGR 14/3937, betreffende de hierna vermelde aanslagen en beschikkingen.

Navorderingsaanslagen, beschikkingen, bezwaar en geding in eerste aanleg

BK-14/01482

1.1.1.

Aan belanghebbende is voor het jaar 2009 een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 91.740. Gelijktijdig met het vaststellen van deze aanslag is bij beschikking € 3.922 aan heffingsrente in rekening gebracht. Voorts heeft de Inspecteur bij beschikking op de voet van artikel 67e van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (hierna: AWR) een vergrijpboete opgelegd van 50 percent van de over de correctie verschuldigde inkomstenbelasting en premie volksverzekering, resulterend in een bedrag van € 17.539.

BK-14/01483

1.1.2.

Aan belanghebbende is voor het jaar 2009 een aanslag in de Inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekeringswet (Zvw) opgelegd, berekend naar een bijdrage-inkomen van € 77.594. Tegelijkertijd is bij beschikking € 96 aan heffingsrente in rekening gebracht en op de voet van artikel 67e AWR een vergrijpboete opgelegd van 50 percent van de over de correctie verschuldigde bijdrage Zvw, resulterend in een bedrag van € 437.

1.2.

Belanghebbende heeft tegen de navorderingsaanslagen, de boetebeschikkingen en de beschikkingen inzake de heffingsrente een bezwaarschrift ingediend bij de Inspecteur.

1.3.

Bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar heeft de Inspecteur de bezwaren tegen de navorderingsaanslagen en de beschikkingen afgewezen.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraken op bezwaar beroepen ingesteld bij de rechtbank. De rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.

Loop van het geding in hoger beroep

2.1.

Belanghebbende is van de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof. Ter zake is een griffierecht geheven € 122.

2.2.

De Inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

2.3.

Belanghebbende heeft op 20 februari 2015 een nader stuk ingediend, waarvan een afschrift aan de Inspecteur is verstrekt.

2.4.

De mondelinge behandeling van de zaak heeft plaatsgehad ter zitting van het Hof van 3 maart 2015, gehouden te Den Haag. Partijen zijn verschenen. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt.

Vaststaande feiten

Omschrijving geschil in hoger beroep en standpunten van partijen

Conclusies van partijen

Oordeel van de rechtbank

Beoordeling van het hoger beroep

Proceskosten

Beslissing