Nederland in fiscale spagaat
Aflevering 1, gepubliceerd op 01-01-2010 geschreven door Prof.dr. P. KavelaarsHoewel sommigen het nog wel eens willen vergeten is het een feit dat het Koninkrijk niet alleen bestaat uit het in Europa gelegen Nederland, maar ook uit de Nederlandse Antillen en Aruba. Dat duurt echter in deze vorm niet lang meer. De Nederlandse Antillen gaan ophouden te bestaan en vallen uiteen in twee landen – St. Maarten en Curaçao – met een status aparte zoals Aruba die al geruime tijd kent. De overige drie eilanden – Bonaire, St. Eustatius en Saba, ofwel afgekort de BES – worden een soort gemeenten van Nederland, zij het dat elk van de BES de juridische status van een openbaar lichaam in de zin van art. 134 Grondwet krijgt. Wetgevingstechnisch is dat een zeer omvangrijke operatie, omdat daarmee in essentie het gehele Antilliaanse recht dat momenteel op de BES van toepassing is wordt vervangen door Nederlands recht. Daartoe behoort ook het fiscale recht. Dat betekent evenwel weer niet dat de BES onder de bestaande Nederlandse fiscale wetgeving vallen: enerzijds hebben zij als ‘gemeenten’ het recht gemeentelijke belastingen te heffen en anderzijds moeten ook rijksbelastingen worden geheven. Die laatste zouden de Nederlandse rijksbelastingen kunnen zijn, maar dat is gelet op de positie van de BES geen reële optie: de eilanden verschillen onder andere in economisch, financieel, maatschappelijk en sociaal opzicht zodanig van Nederland dat het ondenkbaar is het Nederlandse fiscale stelsel daar in te voeren. De consequentie is dat een separaat fiscaal stelsel van rijksbelastingen op de BES wordt geïntroduceerd, bestaande zowel uit directe belastingen als indirecte belastingen: ofwel, Nederland in fiscale spagaat, want Nederland kent dus straks twee lokale belastingstelsels en twee stelsels van rijksbelastingen. Dat dit tot enige complexiteit leidt zal geen verbazing wekken. Dat geldt niet alleen voor belastingplichtigen die te maken krijgen met de lokale belastingdienst die de gemeentelijke heffingen uitvoert en de Nederlandse belastingdienst die de rijksbelastingen uitvoert. Daarnaast kunnen sommige lichamen te maken hebben met zowel het Nederlandse fiscale stelsel van rijksbelastingen, als het BES-stelsel van rijksbelastingen. In dit artikel geef ik een kort overzicht van de voorgestelde opzet.Voor een uitvoeriger bespreking verwijs ik naar een door mij met mr. J. Adeler geschreven artikel, dat binnenkort in het Maandblad Belastingbeschouwingen verschijnt. Het ligt in de bedoeling dat over deze problematiek medio dit jaar een boek van onze hand verschijnt.