Aflevering 4

Gepubliceerd op 9 april 2021

FBN 2021/19 - Over een mysterieuze verdwijning en verschijning

Aflevering 4, gepubliceerd op 09-04-2021 geschreven door Brinkman, R.E.
Op 24 november 2020 deed rechtbank Gelderland een uitspraak waarbij de vraag centraal stond of art. 3 lid 1 sub b WBRV van toepassing is als de langstlevende echtgenoot en de kinderen een woning verdelen die bij de ouders behoorde tot een huwelijksgoederengemeenschap.

FBN 2021/20 - Hof vernietigt uitspraak waarbij periodieke gift op twee levens geheel aftrekbaar was

Aflevering 4, gepubliceerd op 09-04-2021
In Notamail 2020-53 had een notaris een akte opgesteld waarbij twee echtgenoten zich verplichtten om gedurende vijf jaren een vast geldbedrag te schenken aan een algemeen nut beogende instelling. Vervolgens ontstond een geschil met de inspecteur over de vraag of sprake is van een periodieke gift als bedoeld in art. 6.34 Wet IB 2001 in welk geval de schenkingen volledig aftrekbaar zijn voor de inkomstenbelasting. Volgens de inspecteur wordt hier niet voldaan aan het onzekerheidsvereiste omdat in de akte is bepaald dat de schenkingen eindigen bij het overlijden van de langstlevende echtgenoot. De kans dat beide echtgenoten sterven tijdens de duur van de verplichting tot het doen van de giften heeft de inspecteur berekend op 0,03% terwijl dat minimaal circa 1% moet zijn (zie Notamail 2016-102).

FBN 2021/21 - Vrij uitzicht is onvoldoende om weilanden aan te merken als aanhorigheden

Aflevering 4, gepubliceerd op 09-04-2021
De startersvrijstelling als bedoeld in art. 15 lid 1 sub p WBRV en het overdrachtsbelastingtarief van 2% kunnen eveneens van toepassing zijn op de verkrijging van aanhorigheden die tot een woning-hoofdverblijf behoren mits deze op dezelfde dag als de woning worden verkregen. Volgens de wetsgeschiedenis waarbij het verlaagde overdrachtsbelastingtarief vanaf 2013 werd uitgebreid tot alle aan de woning behorende aanhorigheden, wordt met het begrip ‘aanhorigheden’ aangesloten bij de uitgangspunten die gelden voor de eigenwoningregeling in de inkomstenbelasting. Of sprake is van een aanhorigheid is feitelijk. De uitleg van het begrip heeft zich in de jurisprudentie voldoende ontwikkeld. Bij twijfel of er sprake is van een aanhorigheid kan met de inspecteur contact worden opgenomen (Kamerstukken II 33402, nr. 3, p. 40).