Besluit verkeersbegeleidingstarieven scheepvaartverkeer
Besluit verkeersbegeleidingstarieven scheepvaartverkeer
Opschrift
Aanhef
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 17 mei 1994, nr. J 30.865/94, Directoraat-Generaal Scheepvaart en Maritieme Zaken, Stafafdeling Wetgeving en Juridische Zaken;
Gelet op de artikelen 15c , tweede lid, 15d , tweede lid, en 36, eerste lid, eerste volzin, van de Scheepvaartverkeerswet;
De Raad van State gehoord (advies van 22 augustus 1994, nr. W.09.94.0304);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 31 oktober 1994, nr. J 32.242/94, Directoraat-Generaal Scheepvaart en Maritieme Zaken, Stafafdeling Wetgeving en Juridische Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Hoofdstuk I. Definities
Artikel 1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
het tarief: het verkeersbegeleidingstarief, bedoeld in artikel 15c, eerste lid, van de Scheepvaartverkeerswet;
een tariefgebied: een verkeersbegeleidingstariefgebied als bedoeld in artikel 2, eerste lid;
de lengte: de lengte, zoals bepaald in artikel 1, onderdeel m, van de Meetbrievenwet 1981 en vermeld in een Internationale Meetbrief (1969) als bedoeld in artikel 1, onderdeel i van die wet.