Regeling schorsing geldigheid tenaamstelling
Regeling schorsing geldigheid tenaamstelling
Opschrift
Aanhef
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
Gelet op de artikelen 67, vierde en zesde lid, 69, derde lid, en 70, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994 alsmede op artikel 50, tweede lid, van het Kentekenreglement;
Besluit:
Artikel 1
De aanvraag van een schorsing op de wijze, bedoeld in artikel 50, eerste lid, onderdeel a, van het Kentekenreglement alsmede de aanvraag van beëindiging van de schorsing op de wijze, bedoeld in artikel 51, eerste lid onder a, van het Kentekenreglement, geschiedt bij een bij een erkende instantie als bedoeld in de artikelen 61a, eerste lid, van de wet of een daartoe door de Dienst Wegverkeer aangewezen vestiging van deze dienst.
Artikel 1a
Artikel 2
Indien een schorsing betrekking heeft op een reeds geschorste tenaamstelling en plaatsvindt op de in artikel 50, eerste lid, onderdeel b, van het Kentekenreglement aangegeven wijze, geldt de datum waarop de reeds bestaande schorsing zou eindigen vermeerderd met een jaar, twee jaar of drie jaar in de aantekening van schorsing wordt vermeld, indien de aanvraag plaatsvindt uiterlijk twee maanden voor de datum waarop de reeds lopende schorsing eindigt.