Home

Gerechtshof Amsterdam, 03-03-2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:925, 15/00560

Gerechtshof Amsterdam, 03-03-2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:925, 15/00560

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak
3 maart 2016
Datum publicatie
16 maart 2016
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2016:925
Zaaknummer
15/00560
Relevante informatie
Gemeentewet [Tekst geldig vanaf 01-04-2023 tot 01-01-2024] art. 228

Inhoudsindicatie

Belanghebbende, beheerder van een elektriciteits- en gasnetwerk binnen de gemeente, kan geen rechten ontlenen aan een regeling uit 1927 met een rechtsvoorganger van een dochtervennootschap van haar.

De hoogte van de aanslag precariobelasting is gebaseerd op een door belanghebbende opgegeven metrage. Belanghebbende is er niet in geslaagd aannemelijk te maken dat dat gegeven onjuist is.

Uitspraak

kenmerk 15/00560

3 maart 2016

uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] N.V. te [Z] , belanghebbende,gemachtigde: mr. E.E. Troll (Allen & Overy te Amsterdam)

tegen de uitspraak van 18 mei 2015 in de zaak met kenmerk HAA 14/688 van de rechtbank Noord-Holland (hierna: de rechtbank) in het geding tussen

belanghebbende

en

de heffingsambtenaar van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude,

de heffingsambtenaar.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft met dagtekening 31 januari 2013 aan belanghebbende voor het jaar 2013 een aanslag precariobelasting opgelegd van € 156.600 (hierna: de aanslag).

1.2.

Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak, gedagtekend 2 januari 2014, de aanslag gehandhaafd.

1.3.

Het tegen deze uitspraak ingestelde beroep heeft de rechtbank ongegrond verklaard

1.4.

Het tegen deze uitspraak ingestelde hoger beroep is bij het Hof ingekomen op 25 juni 2015, aangevuld bij brief van 24 juli 2015. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 13 januari 2016. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.

2 Feiten

2.1.

De rechtbank heeft onder meer de volgende feiten vastgesteld:

“1. Eiseres exploiteert als netbeheerder in de zin van artikel 10, negende lid, van de Elektriciteitswet 1998 een elektriciteitsnetwerk in de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude (hierna: de gemeente).

Zij beheert het onder, op of boven de gemeentegrond aanwezige net dat wordt gebruikt voor het transport en de levering van elektriciteit aan huishoudens en bedrijven binnen het grondgebied van de gemeente.

2. Eiseres is – al dan niet op grond van artikel 10a van de Elektriciteitswet 1998 – economisch eigenaar van het desbetreffende netwerk, welk in juridische eigendom toebehoort aan haar 100%-dochter [A N.V.]

3. In artikel 1, [eerste lid,]onder aa, van de Elektriciteitswet 1998 is het begrip ‘economische eigendom’ als volgt gedefinieerd:

“het krachtens een rechtsverhouding gerechtigd zijn tot alle rechten en bevoegdheden ten aanzien van een goed, met uitzondering van het recht op levering, en gehouden zijn om alle verplichtingen ten aanzien van dat goed voor zijn rekening te nemen en daarmee het volledige risico van waardeverandering of tenietgaan van het goed te dragen, zonder dat het goed geleverd is.”

4. In 1927 heeft de gemeente een regeling gesloten met [C]

5. Bij akte van oprichting van 30 december 1990 heeft de provincie Noord-Holland de N.V. [E] opgericht. De provincie heeft ter storting op de aandelen alle activa en passiva van [C] ingebracht. Bij akte van statutenwijziging van 16 oktober 1997 is de naam [C] gewijzigd in N.V. [C] Door een juridische fusie op 30 december 2009 is N.V. [E] (verdwijnende vennootschap) opgegaan in [F] N.V. (verkrijgende vennootschap). [F] N.V. heeft met ingang van de fusiedatum het vermogen van N.V. [E] onder algemene titel verkregen. Bij akte van statutenwijziging van 31 mei 2001 is de naam [F] N.V. gewijzigd in N.V. [G] en bij akte van statutenwijziging van 15 december 2011 is de naam N.V. [G] gewijzigd in [A N.V.] is een 100%-dochter van eiseres. De aandelen van eiseres worden alle gehouden door [B N.V.] N.V.

6. Bij brief van 3 juli 2012 heeft eiseres desgevraagd aan de gemeente laten weten dat het aantal meters kabel voor het transport van elektriciteit in de gemeente 116.046 meter beloopt.

7. Op 31 januari 2013 is de onderhavige aanslag opgelegd. De aanslag houdt onder meer in:

“(…) Tijdvak/tijdstip Econ.waarde/gronds Bedrag

(…)

(…) 1-1-2013 1-1-2014 116000 m1 156600

electriciteitsleidingen””

Nu partijen tegen deze feiten geen grieven hebben aangevoerd zal ook het Hof van die feiten uitgaan. Het Hof voegt daar nog de volgende feiten aan toe.

2.2.

In de regeling die Burgemeester en Wethouders (hierna: B&W) van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude (hierna: de gemeente) en de directie van [C] op 9 april 1927 hebben gesloten (hierna: de Regeling) is onder meer het volgende vermeld:

RegelingBurgemeester en Wethouders der gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude (…) enerzijds en de directie van het [C] ) anderzijds, zijn ter regeling van de verhouding tusschen de Gemeente en [C] , onverminderd hetgeen bij of krachtens wettelijke regeling, de aan de Provincie Noordholland verleende Rijksconcessie of bij bijzondere overeenkomsten dienaangaande is of zal worden bepaald, het navolgende overeengekomen omtrent de wijze, waarop [C] in de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude zal worden geëxploiteerd.Artikel1[C] is gerechtigd, om de op den datum van het onderteekenen van dezer regeling in, op of over de wegen, straten, pleinen, wateren en andere eigendommen, toebehoorende aan of staande onder beheer van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude aanwezige electriciteitswerken, werken voor telefonische gemeenschap daaronder begrepen, daarin, daarop of daarover te hebben, in stand te houden, te vernieuwen en daarvan of daaruit te verwijderen en na gehouden overleg met en volgens aanwijzing van B. en W. de door [C] gewenschte nieuwe werken daarin, daarop of daarover, aan te leggen, te hebben, in stand te houden en te vernieuwen en daarvan of daaruit te verwijderen, zonder dat daarvoor eenige andere vergoeding verschuldigd zal zijn, dan die, bedoeld in de volgende alinea en in artikel 3 van deze regeling. [C] is daartegenover verplicht, alle schade te vergoeden, die als gevolg van het gebruik, dat van bovenvermelde bevoegdheid wordt gemaakt, aan de werken en eigendommen der Gemeente mocht worden toegebracht. (…)Artikel 3Herstelling van bestrating en wegverharding, noodzakelijk geworden door de uitvoering van de in artikel 1 en 2 bedoelde werken, zal geschieden door de zorg van B. en W. op kosten van [C] (…)Artikel 7Deze regeling eindigt van rechtswege op het tijdstip waarop de aan de Provincie verleende Rijksconcessie ingetrokken of vervallen verklaard wordt, dan wel vervalt, of waarop zij in dien zin wordt gewijzigd, dat het gebied der Gemeente aan het concessiegebied der Provincie wordt onttrokken. (…).”

2.3.

In een brief van [D] senior bedrijfsjurist van belanghebbende, aan B&W van 3 juli 2012 is onder meer het volgende vermeld:

“In antwoord op uw brief van 7 juni 2012, waarin u ons vraagt opgaaf te doen van het aantal kilometers leidingen, buizen, kabels, kokers of soortgelijke voorwerpen voor het transport of distributie van nutsvoorzieningen in uw voor de openbare dienst bestemde grond, delen wij u het volgende mede.(…)Het aantal meters kabels van ons bedrijf voor het transport van elektriciteit in uw gemeente beloopt 116.046 meter.

2.4.

In een stuk met opschrift ‘Overig onderzoek’ van het Kadaster, gedagtekend 13 augustus 2015, is vermeld dat het perceel kadastraal bekend gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude, [sectie OO, nummer 1111] op 1 januari 2013 geregistreerd stond ten name van de gemeente.

3 3. Geschil in hoger beroep

Evenals voor de rechtbank zijn in hoger beroep de volgende vragen in geschil:- is de aanslag in strijd met de Regeling, meer in het bijzonder: is de Regeling nog geldend en – zo ja – verzet de Regeling zich tegen het heffen van precariobelasting van belanghebbende;- kan belanghebbende een beroep doen op de vrijstellingsbepaling van de toepasselijke gemeentelijke verordening;- zijn bij het opleggen van de aanslag en het doen van uitspraak op bezwaar de algemene beginselen van behoorlijk bestuur geschonden;- is de metrage waarop de aanslag is gebaseerd juist, en- had voor de bezwaarfase een kostenvergoeding moeten worden toegekend?

4 Beoordeling van het geschil

5 Kosten

6 Beslissing