Home

Gerechtshof Amsterdam, 04-07-2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:2426, 18/00307

Gerechtshof Amsterdam, 04-07-2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:2426, 18/00307

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak
4 juli 2019
Datum publicatie
17 juli 2019
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2019:2426
Formele relaties
Zaaknummer
18/00307

Inhoudsindicatie

Douanerechten; indeling in de GN van een vloermat met aan de bovenzijde textielvezels; gelet op de authentieke Engelse en Franse aantekening 1 op hoofdstuk 57 (waarin staat 'textile materials' c.q. 'matière textile’) moet de vloermat worden ingedeeld onder post 5705

Uitspraak

kenmerk 18/00307

4 juli 2019

uitspraak van de meervoudige douanekamer

op het hoger beroep van

de inspecteur van de Belastingdienst/Douane, de inspecteur,

tegen de uitspraak van 9 mei 2018 in de zaak met kenmerk HAA 16/1830 van de rechtbank Noord-Holland (hierna: de rechtbank) in het geding tussen

[X] B.V. te [Z], belanghebbende,

gemachtigde: mr. M.C. van de Leur (Jack Neggers B.V. te Zwartsluis),

en

de inspecteur.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De inspecteur heeft met dagtekening 7 december 2015 aan belanghebbende een bindende tariefinlichting (hierna: de BTI) afgegeven, waarbij een product met de handelsbenaming ‘[de vloermat]’ is ingedeeld in de gecombineerde nomenclatuur (hierna: GN) in post 5705 00 30.

1.2.

De inspecteur heeft – na daartegen gemaakt bezwaar – bij uitspraak van 3 maart 2016 de indeling gehandhaafd en het bezwaar afgewezen. Belanghebbende heeft daartegen beroep bij de rechtbank ingesteld.

1.3.

De rechtbank heeft bij de uitspraak van 9 mei 2018 als volgt op het beroep beslist:

“ De rechtbank:

- verklaart het beroep gegrond;

- vernietigt de uitspraak op bezwaar;

- vernietigt de bti;

- veroordeelt [de inspecteur] in de proceskosten van [belanghebbende] tot een bedrag van € 1.002

- draagt [de inspecteur] op het betaalde griffierecht van € 334 aan [belanghebbende] te vergoeden.”

1.4.

De inspecteur heeft tegen de uitspraak van de rechtbank op 29 mei 2018 hoger beroep bij het Hof ingesteld. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 4 juni 2019. Namens belanghebbende is verschenen de gemachtigde voornoemd. Namens de inspecteur is verschenen mr. A.A. Kop, bijgestaan door dr. [naam persoon] (douanelaboratorium). Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.

2. Feiten

2.1.

De rechtbank heeft in haar uitspraak – waarin belanghebbende en de inspecteur zijn aangeduid als ‘eiseres’ respectievelijk ‘verweerder’ – de volgende feiten vastgesteld.

“1. Eiseres heeft op 4 september 2015 een aanvraag ingediend voor een bti voor een deurmat met de handelsbenaming ‘[de vloermat]’ (hierna: de deurmat). Verzocht wordt de deurmat in te delen onder GN-code 4016 91 00.

2. In de bti is de deurmat als volgt omschreven:

“Een deurmat voor gebruik buitenshuis met onder meer de volgende kenmerken:

- een bovenzijde van polyester vezels;

- een onderzijde van -volgens opgave- gerecycled rubber;

- de bovenzijde is voorzien van een dessin;

- de textielvezels zijn direct op het rubber geplaatst;

- in rechthoekige vorm;

- wordt aangeboden in verschillende afmetingen.

Het wezenlijke karakter wordt toegekend aan de polyester vezels.”

3. De indeling van de deurmat is in de bti als volgt gemotiveerd:

“De indeling is vastgesteld op basis van de algemene regels 1, 3b en 6 voor de interpretatie van de gecombineerde nomenclatuur, aantekening 1 op hoofdstuk 57 en de tekst van GN-codes 5705, 5705 00 en 5705 00 30.”

2.2.

Nu de door de rechtbank vastgestelde feiten door partijen op zichzelf niet zijn bestreden, zal ook het Hof daarvan uitgaan.

3 Geschil in hoger beroep

Evenals bij de rechtbank is bij het Hof in geschil of de ‘[de vloermat]’ (hierna: de vloermat) moet worden ingedeeld onder GN-code 4016 9100 (standpunt belanghebbende; tarief 2,5 procent) of onder GN-code 5705 0030 (standpunt inspecteur; tarief 8 procent).

4 Relevante bepalingen

4.1.

De van belang zijnde posten luiden als volgt:

4016 Andere artikelen van niet-geharde gevulkaniseerde rubber:

(…)

– andere:

4016 91 00 – – vloerbedekking en matten

(…)

5705 Andere tapijten, ook indien geconfectioneerd:

5705 00 30 – van synthetische of kunstmatige textielstoffen

4.2.

Aantekening 2 op hoofdstuk 40 (Rubber en werken daarvan) luidt – voor zover hier van belang – als volgt:

“2. Dit hoofdstuk omvat niet:

a) goederen bedoeld bij afdeling XI (textielstoffen en textielwaren);

(…)”

4.3.

Aantekening 1 op hoofdstuk 57 (Tapijten) luidt:

“1. Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt als “tapijten” aangemerkt, vloerbedekking waarvan de bovenzijde uit textielstof bestaat. Artikelen die de kenmerken van tapijten vertonen, doch voor andere doeleinden gebruikt, worden eveneens als tapijten aangemerkt.”

De Engelse taalversie van aantekening 1 op hoofdstuk 57 luidt:

“1. For the purposes of this Chapter, the term “carpets and other textile floor coverings” means floor coverings in which textile materials serve as the exposed surface of the article when in use and includes articles having the characteristics of textile floor coverings but intended for use for other purposes.”

De Franse taalversie van voornoemde aantekening 1 luidt:

“1. Dans ce chapitre, on entend par «tapis et autres revêtements de sol en matières textiles» tout revêtement de sol dont la face en matière textile se trouve sur le dessus lorsque celui-ci est posé. Sont couverts également les articles qui possèdent les caractéristiques des revêtements de sol en matières textiles, mais qui sont utilisés à d'autres fins.”

4.4.

De toelichting van de WDO op post 4016 luidt, voor zover hier van belang, als volgt:

“Deze post omvat alle werken van niet-geharde gevulkaniseerde rubber, die niet zijn begrepen onder de vorige posten van dit hoofdstuk of onder andere hoofdstukken.

(…)”

4.5.

De toelichting van de WDO op hoofdstuk 57 luidt, voor zover hier van belang:

“Onder dit hoofdstuk vallen alle tapijten waarbij het gebruiksoppervlak uit textielstof bestaat. (…)”

De Engelse taalversie luidt:

“This Chapter covers carpets and other textile floor coverings in which textile materials serve as the exposed surface of the article when in use.(…).

De Franse taalversie luidt:

“Le présent Chapitre couvre les tapis et autres revêtements de sol en matières textiles dont la face en matières textiles se trouve sur le dessus lorsque celui‑ci est posé.”

5 Beoordeling van het geschil

6 Proceskosten

7 Beslissing