Home

Gerechtshof Amsterdam, 06-07-2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:2204, 19/01589

Gerechtshof Amsterdam, 06-07-2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:2204, 19/01589

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak
6 juli 2021
Datum publicatie
4 augustus 2021
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2021:2204
Zaaknummer
19/01589

Inhoudsindicatie

De heffingsambtenaar heeft de WOZ-waarde van de woning niet te hoog vastgesteld. Volgens belanghebbende moet bij de waardevaststelling rekening worden gehouden met de eigen verkoopprijs van de woning. Aangezien de woning bijna drie jaar na de waardepeildatum is verkocht, houdt het Hof daar geen rekening mee.

Uitspraak

kenmerk 19/01589

6 juli 2021

uitspraak van de vijfde meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] , woonachtig te [Y] , belanghebbende,

(gemachtigde: G. Gieben)

tegen de uitspraak van 11 september 2019 in de zaak met kenmerk HAA 18/5036 van de rechtbank Noord-Holland (hierna: de rechtbank) in het geding tussen

belanghebbende

en

de heffingsambtenaar van de gemeente [plaatsnaam], de heffingsambtenaar.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft bij beschikking krachtens artikel 22 van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde van de onroerende zaak (hierna: de WOZ-waarde) [adres 1] te [plaatsnaam] (hierna: de woning) voor het kalenderjaar 2018 vastgesteld op € 723.000. In hetzelfde geschrift is de aanslag onroerendezaakbelasting 2018 bekendgemaakt.

1.2.

Met de uitspraak op het bezwaar van 20 september 2018 heeft de heffingsambtenaar het bezwaar van belanghebbende tegen de vastgestelde WOZ-waarde ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen deze uitspraak op bezwaar beroep ingesteld. In haar uitspraak van 11 september 2019 heeft de rechtbank het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Het tegen deze uitspraak van de rechtbank ingestelde hoger beroep heeft het Hof ontvangen op 23 oktober 2019. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

Op 16 oktober 2020 heeft het Hof van belanghebbende een aanvulling op het hoger beroepschrift ontvangen. Op 24 december 2020 heeft het Hof van de heffingsambtenaar een aanvulling op het verweerschrift ontvangen.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 26 mei 2021. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.

2 Feiten

2.1.

De rechtbank heeft de volgende feiten vastgesteld:

Feiten

1. Eiser is eigenaar van de woning. De woning is een rijwoning. De inhoud bedraagt 489 m3 en de oppervlakte van het perceel bedraagt 264 m2.”

2.2.

Nu de hiervoor vermelde feiten door partijen op zichzelf niet zijn bestreden, zal ook het Hof daarvan uitgaan. Hieraan voegt het Hof nog de volgende feiten toe.

2.3.

In beroep heeft de heffingsambtenaar een waarderapport als bijlage overgelegd. Daarin is een waarde voor de woning op waardepeildatum 1 januari 2017 herleid door vergelijking met vier vergelijkingsobjecten die kort voor of kort na genoemde datum zijn verkocht. Deze objecten zijn in dezelfde straat in [plaatsnaam] als de woning gelegen. In het waarderapport en de daarbij gevoegde waardeopbouw zijn onder meer de volgende gegevens te vinden:

Object

(a) koopdatum, (b) prijs, en (c) geïndexeerde prijs

(a) m3 woonruimte (b) m2 grond, (c) m2 berging/schuur en (d) m2 aanbouw

Bouwjaar

Prijs per m3 woonruimte

[adres 2]

(a) 8 juli 2016

(b) € 775.000

(c) € 810.640

(a) 556

(b) 380

(c) 9

(d) n.v.t.

1933

€ 742,3152

[adres 3]

(a) 27 mei 2016

(b) € 602.500

(c) € 630.444

(a) 483

(b) 280

(c) 7

(d) n.v.t.

1935

€ 732,2383

[adres 4]

(a) 22 december 2016

(b) € 557.500

(c) € 558.631

(a) 516

(b) 164

(c) n.v.t.

(d) n.v.t.

1935

€ 806,1537

[adres 5]

(a) 21 februari 2017

(b) € 642.000

(c) € 634.903

(a) 483

(b) 305

(c) 15

(d) n.v.t.

1935

€ 765,2015

[adres 1] (de woning)

(a) 3 februari 2020

(b) € 750.000

(a) 459

(b) 264

(c) 8

(d) 10

1933

€ 761,4772

2.4.

De woning is op 3 februari 2020 verkocht voor € 750.000. Deze verkoopprijs is tot stand gekomen in het kader van een reguliere transactie, tussen zakelijk handelende partijen.

3 Geschil in hoger beroep

In geschil is of de waarde van de woning niet te hoog is vastgesteld.

4 Overwegingen van de rechtbank

5 Beoordeling van het geschil

6 Kosten

7 Beslissing