Home

Gerechtshof Amsterdam, 12-01-2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:976, 19/01631

Gerechtshof Amsterdam, 12-01-2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:976, 19/01631

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak
12 januari 2021
Datum publicatie
14 april 2021
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2021:976
Zaaknummer
19/01631

Inhoudsindicatie

WOZ woning.

Uitspraak

kenmerk 19/01631

12 januari 2021

uitspraak van de vijftiende enkelvoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] , wonende te [Z] , belanghebbende,

gemachtigde: A. Oosters

tegen de uitspraak van 25 september 2019 in de zaak met kenmerk HAA 18/3988 van de rechtbank Noord-Holland (hierna: de rechtbank) in het geding tussen

belanghebbende,

en

de heffingsambtenaar van de gemeente Velsen, de heffingsambtenaar.

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft bij krachtens artikel 22 van de Wet waardering onroerende

zaken (hierna: Wet WOZ) genomen beschikking met dagtekening 28 februari 2018 de waarden (hierna: WOZ-waarden) van de onroerende zaken [A-straat] [1] , [2] , [3] en [4] te [plaats] (hierna: de woningen) als volgt vastgesteld voor het kalenderjaar 2018.

-

[A-straat] [1] : € 192.000

-

[A-straat] [2] : € 198.000

-

[A-straat] [3] : € 192.00

-

[A-straat] [4] : € 198.000

In hetzelfde geschrift zijn de aanslagen onroerendezaakbelastingen 2018 bekend gemaakt.

1.2.

De heffingsambtenaar heeft het daartegen gemaakte bezwaar bij uitspraak op bezwaar,

gedagtekend 1 augustus 2018, ongegrond verklaard en de WOZ-waarden gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende heeft hiertegen beroep ingesteld. De rechtbank heeft het beroep in haar

uitspraak van 25 september 2019 ongegrond verklaard.

1.4.

Het tegen deze uitspraak door belanghebbende ingestelde hoger beroep is bij het Hof

ingekomen op 5 november 2019. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

1.5.

Het onderzoek ter zitting was gepland op 27 oktober 2020. Beide partijen zijn, met bericht aan het Hof (daarbij is niet verzocht om uitstel van de zitting), niet verschenen.

2 Feiten

Het Hof neemt hetgeen de rechtbank onder 2 heeft opgenomen over als feiten.

“2. Eiseres is eigenaar van de woningen samen met [X Beheer BV] De woningen betreffen appartementen/bovenwoningen en zijn alle gelegen in hetzelfde appartementencomplex, dat is gebouwd in 1970. De woningen beschikken over een balkon/dakterras en dakkappellen. [A-straat] [1] , [2] en [3] beschikken daarnaast nog over een berging. De inhoud van de woningen is 320 m³.”

3 Geschil in hoger beroep

3.1.

Evenals in eerste aanleg is in hoger beroep in geschil of de WOZ-waarden van de woningen op de waardepeildatum 1 januari 2017 niet te hoog zijn vastgesteld.

3.2.

Partijen doen hun standpunten steunen op de gronden die door hen zijn aangevoerd in de van hen afkomstige stukken.

4 Overwegingen van de rechtbank

5 Beoordeling van het geschil

6 Kosten

7 Beslissing