Home

Gerechtshof Amsterdam, 27-12-2022, ECLI:NL:GHAMS:2022:3679, 200.312.610/01

Gerechtshof Amsterdam, 27-12-2022, ECLI:NL:GHAMS:2022:3679, 200.312.610/01

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak
27 december 2022
Datum publicatie
29 december 2022
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2022:3679
Formele relaties
Zaaknummer
200.312.610/01

Inhoudsindicatie

vervangende toestemming voor verhuizing van moeder met kind naar Zuid-Afrika.

Uitspraak

Afdeling civiel recht en belastingrecht

Team III (familie- en jeugdrecht)

Zaaknummer: 200.312.610/01

Zaaknummer rechtbank: C/13/715907 / FA RK 22-2060

Beschikking van de meervoudige kamer van 27 december 2022 in de zaak van

[de man] ,

wonende te [plaats A] ,

verzoeker in hoger beroep,

hierna: de man,

advocaat: mr. F.A. Rost Onnes te Almere,

en

[de vrouw] ,

wonende te [plaats B] , Zuid Afrika,

verweerster in hoger beroep,

hierna: de vrouw,

advocaat: mr. M.H. Aalmoes te Amsterdam.

In zijn adviserende taak is in de procedure gekend:

de Raad voor de Kinderbescherming,

gevestigd te Den Haag, locatie Amsterdam,

hierna: de raad.

1 Het verloop van het geding in eerste aanleg

Het hof verwijst voor het verloop van het geding in eerste aanleg naar de beschikking van de rechtbank Amsterdam van 1 juni 2022, uitgesproken onder voormeld zaaknummer.

2 Het geding in hoger beroep

2.1

De man is op 29 juni 2022 in hoger beroep gekomen van voornoemde beschikking van 1 juni 2022.

2.2

De vrouw heeft op 4 augustus 2022 een verweerschrift ingediend.

2.3

Bij het hof zijn voorts de volgende stukken ingekomen:

- een journaalbericht van de zijde van de man van 17 oktober 2022 met bijlagen,

ingekomen op 18 oktober 2022;

- een journaalbericht van de zijde van de vrouw van 20 oktober 2022 met bijlagen,

ingekomen op 21 oktober 2022.

2.4

De mondelinge behandeling heeft op 31 oktober 2022 plaatsgevonden. Verschenen zijn:

- de man, bijgestaan door zijn advocaat;

- de vrouw, via een videoverbinding;

- de advocaat van de vrouw;

- de raad, vertegenwoordigd door mevrouw A. Touber.

De advocaten van partijen hebben ter zitting pleitnotities overgelegd.

3 De feiten

3.1

Uit de in januari 2020 verbroken relatie tussen de man en de vrouw is [minderjarige 1] (hierna: [minderjarige 1] ) geboren, [in] 2019. De man heeft [minderjarige 1] erkend. De man en de vrouw oefenen gezamenlijk het gezag uit over [minderjarige 1] .

Uit een eerdere relatie van de vrouw is [minderjarige 2] (hierna: [minderjarige 2] ) geboren [in] 2013.

3.2

De man, de vrouw en [minderjarige 1] hebben de Nederlandse nationaliteit.

3.3

De vrouw is in juni 2022 met [minderjarige 1] en [minderjarige 2] naar Zuid-Afrika verhuisd.

3.4

Bij vonnis van 8 juli 2022 heeft de voorzieningenrechter in de rechtbank Amsterdam de door de man gevorderde schorsing van de werking van de bestreden beschikking van 1 juni 2022 geweigerd.

4 De omvang van het geschil

5 De motivering van de beslissing

6 Beslissing