Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 29-12-2020, ECLI:NL:GHARL:2020:10816, 20/00388, 20/00389 en 20/00390

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 29-12-2020, ECLI:NL:GHARL:2020:10816, 20/00388, 20/00389 en 20/00390

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
29 december 2020
Datum publicatie
8 januari 2021
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2020:10816
Formele relaties
Zaaknummer
20/00388, 20/00389 en 20/00390

Inhoudsindicatie

Leges. Hoogte leges in verband met verkrijgen omgevingsvergunning voor legaliseren van drie bouwwerken. Eén aanvraag of drie aanvragen?

Uitspraak

locatie Leeuwarden

nummers 20/00388, 20/00389 en 20/00390

uitspraakdatum: 29 december 2020

Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 16 januari 2020, zaaknummers AWB 19/3779, 19/3780 en 19/3781, in het geding tussen belanghebbende en

de heffingsambtenaar van de gemeente Montferland (hierna: de heffingsambtenaar).

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1

De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende drie aanslagen leges opgelegd ten bedrage van elk € 300.

1.2

Op de bezwaarschriften van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraken op bezwaar de opgelegde aanslagen gehandhaafd.

1.3

Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep bij uitspraak van 16 januari 2020 ongegrond verklaard.

1.4

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

1.5

Tot de stukken van het geding behoren, naast de hiervoor vermelde stukken, het van de Rechtbank ontvangen dossier dat op deze zaak betrekking heeft alsmede alle stukken die nadien, al dan niet met bijlagen, door partijen in hoger beroep zijn overgelegd.

1.6

Het onderzoek ter zitting heeft op digitale wijze plaatsgevonden op 17 november 2020 te Leeuwarden. Daarbij zijn verschenen en gehoord belanghebbende, alsmede [A] namens de heffingsambtenaar, bijgestaan door [B] .

1.7

Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 De vaststaande feiten

2.1

Belanghebbende heeft op 16 oktober 2018 drie aanvragen ingediend voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het legaliseren van drie bestaande bouwwerken, te weten: één aanvraag voor een volière met nachthok (Tutenhok), één aanvraag voor een tuinhuis (Proathuus) en één aanvraag voor een bijgebouw (Holthok).

2.2

Bij drie afzonderlijke besluiten van 13 december 2018 heeft het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Montferland de aanvragen van belanghebbende geweigerd. Voor het in behandeling nemen van de aanvragen zijn dezelfde dag drie aanslagen leges opgelegd ten bedrage van elk € 300. In totaal is dus € 900 aan leges in rekening gebracht.

2.3

De aanslagen zijn opgelegd met toepassing van de Legesverordening 2018 van de gemeente Montferland (hierna: de Verordening). De Verordening bepaalt dat leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag omgevingsvergunning. Het tarief bedraagt per aanvraag minimaal € 300.

2.4

Belanghebbende is in de afgelopen jaren in diverse procedures en overleggen met de gemeente Montferland verzeild geraakt met betrekking tot omgevingsvergunningen en handhaving daarvan aangaande een aan zijn moeder in eigendom toebehorende perceel met bijgebouwen. Daarbij is steeds het kenmerk [00000] gebruikt. Dit kenmerk heeft hij ook gebruikt bij de onderhavige vergunningaanvragen.

3 Het geschil, de standpunten en conclusies van partijen

3.1

In geschil is of de bestreden aanslagen terecht zijn opgelegd.

3.2

Belanghebbende beantwoordt deze vraag ontkennend en concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de Rechtbank, vernietiging van de uitspraak op bezwaar en vernietiging van twee van de bestreden aanslagen.

3.3

De heffingsambtenaar beantwoordt de hiervoor - onder 3.1 - vermelde vraag bevestigend en concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.

3.4

Beide partijen hebben voor hun standpunt aangevoerd wat is vermeld in de van hen afkomstige stukken. Daaraan hebben zij ter zitting toegevoegd hetgeen is vermeld in het aan deze uitspraak gehechte proces-verbaal van de zitting.

4 Beoordeling van het geschil

5 Proceskosten

6 Beslissing