Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 15-09-2020, ECLI:NL:GHARL:2020:7361, 19/01269 en 19/01270

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 15-09-2020, ECLI:NL:GHARL:2020:7361, 19/01269 en 19/01270

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
15 september 2020
Datum publicatie
25 september 2020
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2020:7361
Zaaknummer
19/01269 en 19/01270

Inhoudsindicatie

IB/PVV. Tenaamstelling aanslagbiljet. Het enkele ontbreken van een umlaut in de naam van de belastingplichtige heeft niet tot gevolg dat de belastingverplichting niet is ontstaan. Inkomsten uit tegenwoordige dienstbetrekking of uit vroegere dienstbetrekking?

Uitspraak

locatie Arnhem

nummers 19/01269 en 19/01270

uitspraakdatum: 15 september 2020

Uitspraak van de tweede meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 14 augustus 2019, nummers AWB 19/1377 en 19/1378, in het geding tussen belanghebbende en

de inspecteur van de Belastingdienst/Kantoor Arnhem (hierna: de Inspecteur)

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

Aan belanghebbende zijn aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) opgelegd voor de jaren 2016 en 2017. Tegelijk met iedere aanslag is bij beschikking belastingrente berekend.

1.2.

De Inspecteur heeft bij uitspraken op bezwaar de bezwaren van belanghebbende ongegrond verklaard.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 31 augustus 2020. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende heeft op papier aangifte gedaan voor de IB/PVV voor de onderhavige jaren. Naar aanleiding van de aangiften zijn voorlopige aanslagen opgelegd. Deze voorlopige aanslagen hebben geleid tot een teruggaaf aan belanghebbende.

2.2.

De Inspecteur heeft de aangiften gecontroleerd en is vervolgens daarvan afgeweken. Voor beide jaren zijn inkomsten verplaatst van de rubriek inkomsten uit tegenwoordige dienstbetrekking naar de rubriek inkomsten uit vroegere dienstbetrekking, waardoor de arbeidskorting moet worden terugbetaald. De Inspecteur heeft daarop de aanslagen vastgesteld en daarbij belastingrente berekend.

2.3.

De aanslagbiljetten zijn eerst naar een eenheid van de Belastingdienst in Apeldoorn gezonden. Een medewerker van deze eenheid heeft de aanslagbiljetten voorzien van een sticker met de juiste gegevens en deze vervolgens naar belanghebbende gezonden.

2.4.

Belanghebbende heeft in hoger beroep twee berichten overgelegd over niet-betaalde overuren en vakantie-uren (verzonden door haar echtgenoot aan de ex-werkgever op 26 augustus 2015 en 30 september 2015) en een Excel-overzicht van de in 2014 gewerkte uren.

3 Geschil

In geschil is of de aanslagen terecht en tot de juiste bedragen aan belanghebbende zijn opgelegd. Ook is de belastingrente in geschil. Tot slot is in geschil of belanghebbende recht heeft op dwangsommen.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing