Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 16-03-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:2556, 20/00570 en 20/00571

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 16-03-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:2556, 20/00570 en 20/00571

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
16 maart 2021
Datum publicatie
26 maart 2021
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2021:2556
Formele relaties
Zaaknummer
20/00570 en 20/00571

Inhoudsindicatie

Rioolheffing. Definitie van “afvoerend oppervlak” in Verordening. Overschrijding opbrengstlimiet?

Uitspraak

Locatie Arnhem

nummers 20/00570 en 20/00571

uitspraakdatum: 16 maart 2021

Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] B.V. te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 5 maart 2020, nummers AWB 18/3790 en AWB 18/3791, in het geding tussen belanghebbende en

de heffingsambtenaar van de gemeente Ede (hierna: de heffingsambtenaar).

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende voor het jaar 2017 aanslagen rioolheffing opgelegd voor het gebruik van de percelen [a-straat] 15 en [b-straat] 18 te [Z] .

1.2.

Belanghebbende heeft tegen deze aanslagen bezwaar gemaakt. De heffingsambtenaar heeft bij uitspraken op bezwaar de aanslagen gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende heeft tegen deze uitspraken beroep ingesteld bij de rechtbank Gelderland (hierna: de Rechtbank).

1.4.

De Rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard.

1.5.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.

1.6.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 17 februari 2021. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende is gebruiker van de objecten [a-straat] 15 te [Z] en [b-straat] 18 (de percelen) te [Z] .

2.2.

Op grond van de Verordening op de heffing en de invordering van een rioolheffing 2017 van de gemeente Ede (de Verordening 2017) zijn met dagtekening van 19 mei 2017 de onderhavige aanslagen aan belanghebbende opgelegd. De aanslagen bedragen respectievelijk € 8.208,05 voor [a-straat] 15 en € 18.517,52 voor [b-straat] 18.

2.3.

Belanghebbende heeft bezwaar tegen de aanslagen gemaakt. Op 27 september 2017 is belanghebbende gehoord. Voorafgaand aan de hoorzitting heeft de heffingsambtenaar op 7 september 2017 een overzicht van de geraamde baten en de lasten 2017 overgelegd.

2.4.

Op 26 oktober 2017 heeft belanghebbende naar aanleiding van de hoorzitting de gronden van het bezwaar aangevuld. Hierop heeft de heffingsambtenaar gereageerd bij brief van 3 november 2017. Op 9 november 2017 heeft belanghebbende de heffingsambtenaar nogmaals gevraagd om een meer gedetailleerde onderbouwing van de geraamde kosten en opbrengsten. De heffingsambtenaar heeft op 21 december 2017 een nadere toelichting op de ramingen aan belanghebbende gezonden (getiteld Begroting product Riolering 2017). In de nadere toelichting zijn de volgende ramingen opgenomen:

Lasten

Baten

Rioolbeheer – algemene kosten

458.056

Onttrekking Voorziening vervangingsinvesteringen riolering (exploitatieresultaat)

1.446.966

Kapitaallasten

741.598

Bijdragen derden

200.000

Rioolheffing

10.965.000

Correctief onderhoud riolering

462.179

Onttrekking Egalisatiereserve kapitaallasten

741.598

Preventief onderhoud riolering

676.517

Onderhoud rioolgemalen & regelsystemen

903.905

Inspectie riolering

23.345

Ontwatering

114.345

Vervangingsinvesteringen riolering stedelijk gebied

4.306.000

Afkoppelen van verharde terreinen

1.877.000

Vervangingsinvesteringen bijzondere constructies

550.000

Renovatie riolering buitengebied

497.000

Aanleg rioolaansluitingen

147.861

Onderhoud riolering buitengebied

60.880

Toe te rekenen overhead

565.085

BTW

1.970.000

Totaal lasten

13.353.564

Totaal baten

13.353.564

Dekkingspercentage

2.5.

Belanghebbende heeft inzake de opbrengstlimiet twee deskundigenrapporten ingezonden, te weten een rapport van 26 maart 2018 van [A] van “ [B] .nl” en een rapport van [C] van [D] van 4 februari 2020.

2.6.

De heffingsambtenaar heeft bij faxbericht van 5 februari 2021 stukken ingezonden, waarin een nadere toelichting wordt gegeven.

3 Geschil

In geschil is of de uitspraken op bezwaar op juiste wijze zijn ondertekend, of het afvoerend oppervlak juist is berekend, of de opbrengstlimiet is overschreden, en of, met betrekking tot het perceel [b-straat] 18 een bedrag van € 27,72 in rekening mag worden gebracht bovenop het in artikel 6, vierde lid, van de Verordening genoemde maximum van € 18.489,80.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing