Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 07-04-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:3327, 21-001433-18
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 07-04-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:3327, 21-001433-18
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 7 april 2021
- Datum publicatie
- 8 april 2021
- ECLI
- ECLI:NL:GHARL:2021:3327
- Zaaknummer
- 21-001433-18
Inhoudsindicatie
Vrijspraak van bedreiging met geweld. Veroordeling ter zake van winkeldiefstal tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 1 week, met een proeftijd van 2 jaren, en een geldboete van € 200,-, subsidiair 4 dagen vervangende hechtenis.
Uitspraak
Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-001433-18
Uitspraak d.d.: 7 april 2021
TEGENSPRAAK
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden,
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland van 26 februari 2018 in de in eerste aanleg gevoegde strafzaken, parketnummers 18-225110-17 en 18-156420-17, en de van dat vonnis deel uitmakende beslissing op de vordering tot tenuitvoerlegging, parketnummer 17-085975-12, tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1967,
wonende te [woonplaats] , [woonadres] .
Het hoger beroep
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 24 maart 2021 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot veroordeling van verdachte ter zake van de onder parketnummers 18-225110-17 en 18-156420-17 tenlastegelegde feiten tot een taakstraf voor de duur van 80 uren, waarvan 40 uren voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot het achterwege laten van de behandeling van de vordering tot tenuitvoerlegging van de voorwaardelijk opgelegde straf onder parketnummer 17-085975-12, omdat uit het dossier niet blijkt dat de bewezenverklaarde feiten zijn gepleegd voor het einde van de proeftijd. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennisgenomen van hetgeen door verdachte en haar raadsvrouw, mr. N. Sprengers, naar voren is gebracht.