Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 20-07-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:6897, 19/01367

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 20-07-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:6897, 19/01367

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
20 juli 2021
Datum publicatie
30 juli 2021
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2021:6897
Zaaknummer
19/01367

Inhoudsindicatie

Wet Woz. Waardevaststelling van een als private school geëxploiteerde onroerende zaak.

Uitspraak

locatie Arnhem

nummer 19/01367

uitspraakdatum: 20 juli 2021

Uitspraak van de vijfde meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[belanghebbende] te [woonplaats] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland van 5 september 2019, nummer UTR 19/413 in het geding tussen belanghebbende en

de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht (hierna: de heffingsambtenaar)

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde van de onroerende zaak [adres1] 6 te [plaats] (hierna de onroerende zaak), per waardepeildatum 1 januari 2017 en naar de toestand op die datum, voor het jaar 2018 vastgesteld op € 1.700.000. Tegelijk met deze beschikking is de aanslag onroerendezaakbelasting 2018 (OZB) voor zover het betreft het eigenaarsgedeelte vastgesteld op € 5.394,10.

1.2.

Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak op bezwaar de beschikking en de aanslag gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraken in beroep gekomen bij de rechtbank Midden-Nederland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 28 juni 2021. Namens belanghebbende is verschenen mr. [naam1] . Namens de heffingsambtenaar zijn verschenen [naam2] en taxateur [naam3] .

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak, die is gelegen in het centrum van [plaats] .

2.2.

De gemeente Utrecht heeft in het bestemmingsplan “Binnenstad” de onroerende zaak de bestemming “Gemengd-3” gegeven. Met deze bestemming kan de onroerende zaak voor maatschappelijke voorzieningen en zakelijke dienstverlening gebruikt worden.

2.3.

Belanghebbende heeft de onroerende zaak verhuurd aan het [naam4] die in de onroerende zaak een private school heeft geëxploiteerd. In 2017 heeft belanghebbende een netto huuropbrengst ontvangen van € 231.195.

3 Geschil

In geschil is of de heffingsambtenaar de waarde van de onroerende zaak op een te hoog bedrag heeft vastgesteld. Belanghebbende beantwoordt deze vraag bevestigend en staat een waarde voor van € 1.499.000. De heffingsambtenaar verdedigt de vastgestelde waarde van € 1.700.000.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing