Home

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 02-02-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:888, 18/01015

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 02-02-2021, ECLI:NL:GHARL:2021:888, 18/01015

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Datum uitspraak
2 februari 2021
Datum publicatie
5 februari 2021
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2021:888
Formele relaties
Zaaknummer
18/01015

Inhoudsindicatie

Voor een aan de gevel van een uurwerk werkplaats bevestigde klok is reclamebelasting verschuldigd.

Uitspraak

locatie Leeuwarden

nummer 18/01015

uitspraakdatum: 2 februari 2021

Uitspraak van de zesde enkelvoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 18 september 2018, nummer LEE 17/3947, ECLI:NL:RBNNE:2018:3666, in het geding tussen belanghebbende en

de heffingsambtenaar van de gemeente [A] (hierna: de heffingsambtenaar)

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende een aanslag in de reclamebelasting voor het jaar 2017 opgelegd ten bedrage van € 250.

1.2.

Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak op bezwaar de aanslag gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Noord-Nederland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.4.

Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. De heffingsambtenaar heeft verweer gevoerd.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 21 januari 2020. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan partijen is gezonden.

1.6.

Na sluiting van het onderzoek ter zitting heeft het Hof het onderzoek heropend in verband met een eventuele verwijzing naar de meervoudige kamer. Nadat was gebleken dat de grond aan die verwijzing was ontvallen, heeft het Hof het onderzoek opnieuw gesloten. De griffier heeft hiervan bij brief van 18 januari 2021 mededeling gedaan aan partijen.

2 Vaststaande feiten

2.1.

Belanghebbende is eigenaar van de onroerende zaak, een werkplaats, waar hij zijn vak als uurwerkhersteller uitoefent. Aan de gevel van de werkplaats heeft belanghebbende een klok bevestigd, die er gedurende het gehele jaar 2017 heeft gehangen. De heffingsambtenaar heeft hiervoor aan belanghebbende de aanslag in de reclamebelasting voor 2017 opgelegd op grond van de „Verordening op de heffing en de invordering van reclamebelasting 2016 centrum [Z] ” (de Verordening).

3 Geschil

3.1.

In geschil is:

1) of de Verordening verbindend is;

2) of de klok aan de gevel van de werkplaats dient te worden aangemerkt als een openbare aankondiging in de zin van de Verordening;

3) of de aanslag is opgelegd in strijd met het gelijkheidsbeginsel.

3.2.

Belanghebbende beantwoordt de eerste en de tweede vraag ontkennend en de derde vraag bevestigend. Hij stelt daartoe:

ad 1) de Rechtbank heeft in een vergelijkbare zaak bij uitspraak van 23 juli 2019, ECLI:NL:RBNNE:2019:3513, de Verordening onverbindend verklaard;

ad 2) de klok is een ornament dat past bij de bijzondere oorspronkelijke architectuur van het pand en bevat geen tot het publiek gerichte mededeling van commerciële aard, waarmee de aandacht wordt getrokken voor een dienst, een product of een boodschap;

ad 3) voor klokken aan gevels elders in de gemeente worden geen aanslagen in de reclamebelasting opgelegd; dit is ook het geval ten aanzien van een groot object in de vorm van een kies op het grasveld voor een tandartspraktijk.

3.3.

De heffingsambtenaar beantwoordt de eerste en de tweede vraag bevestigend en de derde vraag ontkennend. Hij heeft de standpunten van belanghebbende gemotiveerd betwist.

4 Beoordeling van het geschil

5 Griffierecht en proceskosten

6 Beslissing