Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 04-02-2025, ECLI:NL:GHARL:2025:596, 24/654
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 04-02-2025, ECLI:NL:GHARL:2025:596, 24/654
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Datum uitspraak
- 4 februari 2025
- Datum publicatie
- 14 februari 2025
- Zaaknummer
- 24/654
- Relevante informatie
- Art. 225 Gemw, Art. 234 Gemw, Art. 8:69a Awb
Inhoudsindicatie
Parkeerbelasting. Verhaalbare-kostenlimiet. Vergoeding wettelijke rente.
Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Arnhem
nummer BK-ARN 24/654
uitspraakdatum: 4 februari 2025
Uitspraak van de derde enkelvoudige belastingkamer
op het hoger beroep van
[belanghebbende] te [woonplaats] (hierna: belanghebbende)
tegen de uitspraak van de rechtbank Overijssel (hierna: de Rechtbank) van 23 februari 2024, nummer ZWO 23/574, in het geding tussen belanghebbende en
de heffingsambtenaar van de gemeente Zwolle (hierna: de heffingsambtenaar)
1 Ontstaan en loop van het geding
De heffingsambtenaar heeft op 28 oktober 2022 aan belanghebbende een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd ten bedrage van € 66,55, bestaande uit € 1,20 aan parkeerbelasting en € 65,35 aan kosten.
Belanghebbende heeft daartegen bezwaar gemaakt. De heffingsambtenaar heeft in zijn uitspraak van 24 januari 2023 het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard wegens overschrijding van de bezwaartermijn.
Belanghebbende heeft daartegen beroep ingesteld. De Rechtbank heeft dit beroep gegrond verklaard, de uitspraak op bezwaar vernietigd, het bezwaar ongegrond verklaard, en de heffingsambtenaar veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten en het griffierecht van respectievelijk € 437,50 en € 50.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld.
De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 22 januari 2025. Namens belanghebbende is [naam1] verschenen. Namens de heffingsambtenaar is met voorafgaande kennisgeving niemand verschenen.
2 Feiten
De heffingsambtenaar heeft aan belanghebbende een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd, omdat zijn auto met kenteken [kenteken] op 28 oktober 2022 om 11:18 uur aan de Berkumstraat in Zwolle stond geparkeerd terwijl daarvoor geen of te weinig parkeerbelasting is betaald.
3 Geschil
In geschil is of bij de naheffingsaanslag terecht een bedrag van € 66,50 aan kosten in rekening is gebracht. Belanghebbende beantwoordt deze vraag ontkennend, de heffingsambtenaar bevestigend.
Belanghebbende betoogt in dat verband dat in de gemeentelijke raming de volgende kostenposten niet kunnen worden aangemerkt als kosten die samenhangen met de inning van niet betaalde parkeerbelastingen: onderhoud parkeerautomaten, invorderingskosten, parkeerdrukmeting, juridische ondersteuning en overheadkosten.
Verder stelt belanghebbende dat de Rechtbank ten onrechte niet heeft beslist op zijn verzoek om vergoeding van wettelijke rente over de proceskostenvergoeding en het griffierecht.