Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 08-08-2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:3553, 200.181.490_01
Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 08-08-2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:3553, 200.181.490_01
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Datum uitspraak
- 8 augustus 2017
- Datum publicatie
- 9 augustus 2017
- ECLI
- ECLI:NL:GHSHE:2017:3553
- Formele relaties
- Einduitspraak: ECLI:NL:GHSHE:2018:3966
- Zaaknummer
- 200.181.490_01
Inhoudsindicatie
bedrog, dwaling, art. 6:248 BW. Bewijsopdracht.
Uitspraak
Afdeling civiel recht
zaaknummer 200.181.490/01
arrest van 8 augustus 2017
in de zaak van
1 [appellant] ,wonende te [woonplaats] ,
2. Mr. A.J. van der Knijff, in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van [gefailleerde] ,kantoorhoudende te [kantoorplaats] ,
appellanten,
hierna aan te duiden als [appellanten c.s.] ,
advocaat: mr. R.P.G. Schelvis te Tilburg,
tegen
[de vennootschap 1] CVBA, Coöperatieve Vennootschap met beperkte aansprakelijkheid naar Belgisch recht,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
geïntimeerde,
hierna aan te duiden als [de vennootschap 1] ,
advocaat: mr. A.W. Hooijen te Hilversum,
op het bij exploot van dagvaarding van 30 april 2015 en herstelexploot van 2 oktober 2015 ingeleide hoger beroep van het vonnis van 4 februari 2015, door de rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Breda, gewezen tussen [appellanten c.s.] (en [de vennootschap 2] als gevoegde partij) als gedaagden in conventie, eisers in reconventie en [de vennootschap 1] als eiseres in conventie, verweerster in reconventie.
1 Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/02/257581/HA ZA 12-809)
Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar voormeld vonnis.
2 Het geding in hoger beroep
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- -
-
de dagvaarding in hoger beroep en het herstelexploit;
- -
-
de memorie van grieven (met producties);
- -
-
de memorie van antwoord (met producties);
- -
-
de akte van [appellanten c.s.] van 7 juni 2016 (met producties);
- -
-
de (antwoord)akte van [de vennootschap 1] van 5 juli 2016;
Het hof heeft daarna een datum voor arrest bepaald. Het hof doet recht op bovenvermelde stukken en de stukken van de eerste aanleg. Het hof merkt op dat in het in hoger beroep overgelegde dossier ontbreekt: productie 13 bij de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie. Deze productie is in hoger beroep wel overgelegd als prod. 1 bij memorie van grieven. Verder ontbreekt/ontbreken in de bij memorie van grieven overgelegde (niet van paginanummers voorziene) productie 3 na de vierde bladzijde een of meer pagina’s.