Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 13-04-2018, ECLI:NL:GHSHE:2018:1590, 17/00282

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 13-04-2018, ECLI:NL:GHSHE:2018:1590, 17/00282

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
13 april 2018
Datum publicatie
14 juni 2018
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2018:1590
Zaaknummer
17/00282

Inhoudsindicatie

Forensenbelasting. Belanghebbende verwerft in de loop van het kalenderjaar een vakantiewoning die hij voor meer dan 90 dagen voor eigen gebruik aanhoudt. Zowel belanghebbende als de voormalige eigenaar worden aangeslagen in de forensenbelasting ter zake van de vakantiewoning. Volgens belanghebbende blijkt uit de wetsgeschiedenis dat een dergelijke heffing niet is beoogd. Het Hof oordeelt dat die heffing van meerdere eigenaren in hetzelfde jaar is toegestaan.

Uitspraak

Team belastingrecht

Enkelvoudige Belastingkamer

Kenmerk: 17/00282

Uitspraak op het hoger beroep van

[belanghebbende] ,

wonende te [woonplaats] ,

hierna: belanghebbende,

tegen de uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant (hierna: de Rechtbank) van 29 maart 2017, nummer BRE 16/434, in het geding tussen

belanghebbende,

en

de heffingsambtenaar van de gemeente Schouwen-Duiveland,

hierna: de Heffingsambtenaar,

1 Ontstaan en loop van het geding

1.1.

Aan belanghebbende is over het jaar 2015 een aanslag in de forensenbelasting opgelegd ter zake van de woning met het adres [adres] te [plaats] (hierna: de woning) naar een bedrag van € 988,48 (hierna: de aanslag). Na daartegen gemaakt bezwaar is de aanslag bij uitspraak van de Heffingsambtenaar gehandhaafd.

1.2.

Belanghebbende is van deze uitspraak in beroep gekomen bij de Rechtbank. Ter zake van dit beroep heeft de griffier van de Rechtbank van belanghebbende een griffierecht geheven van € 46. De Rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

1.3.

Tegen deze uitspraak heeft belanghebbende hoger beroep ingesteld bij het Hof. Ter zake van dit beroep heeft de griffier van belanghebbende een griffierecht geheven van € 124.

De Heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.

1.4.

Belanghebbende heeft voorafgaand aan de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn in afschrift aan de wederpartij verstrekt.

1.5.

De zitting heeft plaatsgehad op 6 maart 2018 te ‘s-Hertogenbosch. Aldaar zijn toen verschenen en gehoord belanghebbende, alsmede, namens de Heffingsambtenaar, [A] .

1.6.

Het Hof heeft aan het einde van de zitting het onderzoek gesloten.

2 Feiten

Op grond van de stukken van het geding en het onderzoek ter zitting zijn in deze zaak de volgende feiten en omstandigheden voor het Hof komen vast te staan.

2.1.

Belanghebbende is sinds 8 juli 2015 eigenaar van de woning. De woning is gemeubileerd. Belanghebbende houdt de woning aan voor eigen gebruik, door hem of zijn gezin.

2.2.

Belanghebbende heeft zijn hoofdverblijf buiten de gemeente Schouwen-Duiveland.

3 Geschil, alsmede standpunten en conclusies van partijen

3.1.

In geschil is het antwoord op de vraag of de aanslag naar het juiste bedrag is opgelegd.

3.2.

Partijen doen hun standpunten in hoger beroep steunen op de gronden welke daartoe door hen zijn aangevoerd in de van hen afkomstige stukken, van al welke stukken de inhoud als hier ingevoegd moet worden aangemerkt.

3.3.

Belanghebbende concludeert tot vermindering van de aanslag. De Heffingsambtenaar concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de Rechtbank.

4 Gronden

5 Beslissing