Hoge Raad, 16-11-2007, BB3771, R07/109HR
Hoge Raad, 16-11-2007, BB3771, R07/109HR
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 16 november 2007
- Datum publicatie
- 16 november 2007
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2007:BB3771
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2007:BB3771
- Zaaknummer
- R07/109HR
- Relevante informatie
- Wet op de rechterlijke organisatie [Tekst geldig vanaf 01-07-2023] art. 81
Inhoudsindicatie
Faillissementsrecht. Geschil tussen een VOF en faillissementsaanvrager over vraag of zij verkeert in de toestand van te hebben opgehouden te betalen (81 RO).
Uitspraak
16 november 2007
Eerste Kamer
Rek.nr. R07/109HR
MK/RM
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
1. [Verzoekster 1],
gevestigd te [vestigingsplaats],
2. [Verzoeker 2],
wonende te [woonplaats],
3. [Verzoekster 3],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKERS tot cassatie,
advocaat: mr. H.J.W. Alt,
t e g e n
BENCOM S.R.L.,
gevestigd te Ponzano, Veneto, Italië,
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Verzoekers zullen hierna in enkelvoud worden aangeduid als [verzoeker] en verweerster als Bencom.
1. Het geding in feitelijke instanties
Bij verzoekschrift van 14 maart 2007 heeft Bencom zich gewend tot de rechtbank te Arnhem en verzocht [verzoeker] in staat van faillissement te verklaren.
[Verzoeker] heeft het verzoek bestreden.
De rechtbank heeft bij beschikking van 18 april 2007 het verzoek afgewezen.
Tegen deze beschikking heeft Bencom hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Arnhem.
Bij arrest van 24 mei 2007 heeft het hof de beschikking van de rechtbank vernietigd, en opnieuw rechtdoende, [verzoeker] in staat van faillissement verklaard.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft [verzoeker] beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
Bencom heeft geen verweerschrift ingediend.
De zaak is voor [verzoeker] toegelicht door zijn advocaat.
De conclusie van de Advocaat-Generaal F.F. Langemeijer strekt tot verwerping van het beroep.
De advocaat van [verzoeker] heeft bij brief van 27 september 2007 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president D.H. Beukenhorst als voorzitter en de raadsheren O. de Savornin Lohman, P.C. Kop, F.B. Bakels en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 16 november 2007.