Hoge Raad, 11-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2517, 14/06545, 14/06546, 14/06547, 14/06548, 14/06549 en 14/06550
Hoge Raad, 11-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2517, 14/06545, 14/06546, 14/06547, 14/06548, 14/06549 en 14/06550
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 11 september 2015
- Datum publicatie
- 11 september 2015
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2015:2517
- Zaaknummer
- 14/06545, 14/06546, 14/06547, 14/06548, 14/06549 en 14/06550
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie n-o met toepassing van art. 80a RO.
Uitspraak
11 september 2015
Nrs. 14/06545, 14/06546, 14/06547, 14/06548, 14/06549 en 14/06550
Arrest
gewezen op de beroepen in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraken van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 11 november 2014, nrs. 13/01122, 13/01123, 13/01124, 13/01125, 13/01126 en 13/01127, betreffende de aan belanghebbende voor de jaren 2003, 2005, 2007, 2008, 2009 en 2010 opgelegde aanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van de beroepen in cassatie
De Hoge Raad is van oordeel dat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen omdat de partij die de cassatieberoepen heeft ingesteld klaarblijkelijk onvoldoende belang heeft bij de cassatieberoepen dan wel omdat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden.
De Hoge Raad zal daarom – gezien artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie en gehoord de Procureur-Generaal – de beroepen in cassatie niet-ontvankelijk verklaren.
2 Beslissing
De Hoge Raad verklaart de beroepen in cassatie niet‑ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren M.A. Fierstra en Th. Groeneveld, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 11 september 2015.