Hoge Raad, 22-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2445, 17/02120
Hoge Raad, 22-09-2017, ECLI:NL:HR:2017:2445, 17/02120
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 22 september 2017
- Datum publicatie
- 22 september 2017
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2017:2445
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2017:886, Gevolgd
- Zaaknummer
- 17/02120
Inhoudsindicatie
Art. 81 lid 1 RO. Personen en familierecht. Uithuisplaatsing minderjarige. Afgewezen verzoek ouders om contra-expertise o.g.v. art. 810a Rv.
Uitspraak
22 september 2017
Eerste Kamer
17/02120
LZ/AR
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
1. [verzoekster 1],
2. [verzoeker 2],beiden wonende te [woonplaats],
VERZOEKERS tot cassatie,
advocaat: mr. E.F.A. Linssen-van Rossum,
t e g e n
WILLIAM SCHRIKKER STICHTING JEUGDBESCHERMING & JEUGDRECLASSERING,gevestigd te Amsterdam,
VERWEERSTER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de ouders en de G.I.
1 Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de beschikkingen van de rechtbank Gelderland in de zaken 273910 van 18 december 2014, 275507 van 27 januari 2015, 277869 en 278356 van 10 maart 2015 en 292358 van 10 december 2015;
b. de beschikkingen in de zaken 200.167.070, 200.167.084, 200.167.106, 200.167.110, 200.188.098 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 19 mei 2015 en 31 januari 2017.
De beschikkingen van het hof zijn aan deze beschikking gehecht.
2 Het geding in cassatie
Tegen de beschikkingen van het hof hebben de ouders beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De G.I. heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de plaatsvervangend Procureur-Generaal strekt tot verwerping van het cassatieberoep in de zaak 200.167.070 en tot niet-ontvankelijkverklaring van het cassatieberoep in de overige genoemde zaken.
De advocaat van de ouders heeft bij brief van 10 augustus 2017 op die conclusie gereageerd.
3 Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 lid 1 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.