Home

Hoge Raad, 29-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:1037, 18/00205

Hoge Raad, 29-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:1037, 18/00205

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
29 juni 2018
Datum publicatie
29 juni 2018
ECLI
ECLI:NL:HR:2018:1037
Formele relaties
Zaaknummer
18/00205

Inhoudsindicatie

HR: art. 81.1 RO.

Uitspraak

29 juni 2018

nr. 18/00205

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 19 december 2017, nrs. 17/00407 tot en met 17/00413, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Gelderland (nrs. AWB 16/4857 en 16/4859 tot en met 16/4864) betreffende de aan belanghebbende voor de jaren 2010 tot en met 2013 opgelegde aanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen, de voor de jaren 2010 tot en met 2012 opgelegde aanslagen in de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet en de daarbij gegeven beschikkingen inzake heffingsrente en belastingrente.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.

2 Beoordeling van de klachten

De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing