Home

Hoge Raad, 23-11-2018, ECLI:NL:HR:2018:2183, 18/02729

Hoge Raad, 23-11-2018, ECLI:NL:HR:2018:2183, 18/02729

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
23 november 2018
Datum publicatie
23 november 2018
ECLI
ECLI:NL:HR:2018:2183
Formele relaties
Zaaknummer
18/02729

Inhoudsindicatie

HR: 81.1 RO.

Uitspraak

23 november 2018

Nr. 18/02729

Arrest

gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch van 15 juni 2018, nrs. 17/00324 en 17/00325, op het hoger beroep van de Inspecteur tegen een uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant (nrs. BRE 16/2842 en 16/2843) betreffende de aan belanghebbende over de jaren 2010 en 2011 opgelegde navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en de daarbij gegeven beschikkingen inzake heffingsrente.

1 Geding in cassatie

Belanghebbende heeft tegen ’s Hofs uitspraak beroep in cassatie ingesteld en daarbij een middel voorgesteld.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend.

2 Beoordeling van het middel

Het middel kan niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu het middel niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3 Proceskosten

De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.

4 Beslissing