Hoge Raad, 18-07-2025, ECLI:NL:HR:2025:1173, 24/00736
Hoge Raad, 18-07-2025, ECLI:NL:HR:2025:1173, 24/00736
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 18 juli 2025
- Datum publicatie
- 18 juli 2025
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2025:1173
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2024:1355
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2024:738
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2024:774
- Zaaknummer
- 24/00736
Inhoudsindicatie
Artikel 67d AWR; bewijsvermoedens; bewijsmaatstaf; vergrijpboeten, HR 8 april 2022 (ECLI:NL:HR:2022:526).
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 24/00736
Datum 18 juli 2025
ARREST
in de zaak van
[X] (hierna: belanghebbende)
tegen
de STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 6 februari 2024, nrs. 23/1221 tot en met 23/12251, betreffende aan belanghebbende gegeven boetebeschikkingen.
1 Het eerste geding in cassatie
Bij arrest van de Hoge Raad van 13 oktober 2023, ECLI:NL:HR:2023:1336, is vernietigd de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag, nrs. BK-21/00166 tot en met BK-21/001712, met verwijzing van het geding naar het Gerechtshof Amsterdam (hierna: het Hof) ter verdere behandeling en beslissing van de zaak met inachtneming van dat arrest.
2 Het tweede geding in cassatie
Belanghebbende, vertegenwoordigd door F.J.H.M. Berndsen, heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld. Het beroepschrift in cassatie is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Staatssecretaris, vertegenwoordigd door [P], heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.
De Advocaat-Generaal R.J. Koopman heeft op 5 juli 2024 geconcludeerd tot ongegrondverklaring van het beroep in cassatie.3
Belanghebbende heeft schriftelijk op de conclusie gereageerd.
3 Beoordeling van de middelen
De middelen falen op de gronden die zijn vermeld in het arrest dat de Hoge Raad vandaag heeft uitgesproken in de zaak met nummer 24/00735, ECLI:NL:HR:2025:1063.