Hoge Raad, 19-09-2025, ECLI:NL:HR:2025:1331, 25/00113
Hoge Raad, 19-09-2025, ECLI:NL:HR:2025:1331, 25/00113
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 19 september 2025
- Datum publicatie
- 19 september 2025
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2025:1331
- Formele relaties
- In cassatie op : ECLI:NL:GHDHA:2024:2335
- Zaaknummer
- 25/00113
Inhoudsindicatie
HR verklaart het beroep in cassatie ongegrond. Zie ook 25/00116, ECLI:NL:HR:2025:1235
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 25/00113
Datum 19 september 2025
ARREST
in de zaak van
[X] B.V. (hierna: belanghebbende)
tegen
het COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE WESTLAND
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 5 december 2024, nrs. BK-23/1098 en BK-23/10991, op het hoger beroep van belanghebbende tegen een uitspraak van de Rechtbank Den Haag (nrs. SGR 22/3276 en SGR 22/3278) betreffende de aan belanghebbende voor het jaar 2022 opgelegde aanslagen in de rioolheffing voor eigenaren.
1 Geding in cassatie
Belanghebbende, vertegenwoordigd door Z.M. Nasir, heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld.
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westland (hierna: het College), vertegenwoordigd door [P], heeft een verweerschrift ingediend.
Belanghebbende heeft een conclusie van repliek ingediend.
Het College heeft een conclusie van dupliek ingediend.
2 Beoordeling van de klachten
De klachten falen op de gronden die zijn vermeld in het arrest dat de Hoge Raad vandaag heeft uitgesproken in de zaak met nummer 25/00116, ECLI:NL:HR:2025:1235.
3 Proceskosten
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.