Home

Rechtbank Amsterdam, 10-09-2021, ECLI:NL:RBAMS:2021:5739, AWB - 20 _ 4738 en 20_5225

Rechtbank Amsterdam, 10-09-2021, ECLI:NL:RBAMS:2021:5739, AWB - 20 _ 4738 en 20_5225

Gegevens

Instantie
Rechtbank Amsterdam
Datum uitspraak
10 september 2021
Datum publicatie
10 november 2021
ECLI
ECLI:NL:RBAMS:2021:5739
Zaaknummer
AWB - 20 _ 4738 en 20_5225

Inhoudsindicatie

8:54 kennelijk niet-ontvankelijk.

Uitspraak

Bestuursrecht

zaaknummer: AMS 20/4738 en AMS 20/5525

en

hierna: de heffingsambtenaar

(gemachtigde: [heffingsambtenaar] ).

Procesverloop

[eiseres] heeft tegen de uitspraken op bezwaar van 11 augustus 2020 (20/4738) en

5 oktober 2020 (20/5525) beroep ingesteld.

Overwegingen

1. De rechtbank sluit het onderzoek in deze zaken, omdat voortzetting van het onderzoek niet nodig is. De rechtbank doet uitspraak zonder dat een zitting wordt gehouden, omdat de beroepen kennelijk niet-ontvankelijk zijn.1 Dat betekent dat de rechtbank de beroepen niet inhoudelijk behandelt.

2. Iemand die beroep instelt, moet griffierecht betalen.2 In de twee zaken die voorliggen, was het griffierecht € 48,- per zaak.3 De griffier stelt een termijn waarbinnen het griffierecht moet worden betaald.4 Het volledige bedrag moet binnen die termijn door de rechtbank zijn ontvangen. Als het griffierecht niet op tijd wordt betaald, verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk.5 Dat is alleen anders als het de indiener van het beroep niet kan worden verweten dat hij het griffierecht te laat betaalde.

3. Van de verplichting om griffierecht te betalen kan ontheffing worden verleend als bij de indiener van het beroepschrift sprake is van betalingsonmacht. [eiseres] heeft meerdere

e-mails en brieven aan het LCDR en de rechtbank Amsterdam gestuurd waarin zij een beroep doet op betalingsonmacht. Zij stuurt een specificatie van haar bijstandsuitkering en zegt dat zij niet over vermogen beschikt. Ook zit zij in de schuldsanering.

4. De rechtbank heeft het beroep op betalingsonmacht in de zaak 20/4738 op

5 november 2020 en in de zaak 20/5525 op 25 november 2020 vooralsnog afgewezen.

5. Vervolgens heeft de griffier [eiseres] in de zaak met kenmerk 20/4738 op

6 november 2020 en in de zaak met kenmerk 20/5525 op 26 november 2020 een betaaltermijn van vier weken gesteld. De griffier heeft [eiseres] een tweede betaaltermijn van vier weken gegeven en dit kenbaar gemaakt in aangetekende brieven van

5 december 2020 (20/4738) en 25 december 2020 920/5525). Dat betekent dat het griffierecht in de zaak 20/4738 uiterlijk op 2 januari 2021 en in de zaak 20/5525 uiterlijk op 22 januari 2021 door de rechtbank moest zijn ontvangen.

6. De rechtbank wijst de beroepen op betalingsonmacht af. De rechtbank oordeelt dat de beroepen van [eiseres] kennelijk niet-ontvankelijk zijn, omdat [eiseres] het griffierecht in beide zaken niet op tijd heeft betaald. Om voor een beroep op betalingsonmacht in aanmerking te komen, dient het netto inkomen niet hoger te zijn dan 90 % van een maximale bijstandsuitkering van € 953,126. [eiseres] heeft netto een hoger inkomen. Dit blijkt uit de specificatie van de bijstandsuitkering die [eiseres] aan de rechtbank heeft toegestuurd

(€ 1.006,08). Uit de specificatie blijkt ook dat [eiseres] premie betaalt aan het CAK, huur aan Woningstichting Eigen Haard en dat zij een terugvordering afbetaalt, maar daarmee wordt bij het bepalen van het netto inkomen geen rekening gehouden. Dat [eiseres] slachtoffer is van de toeslagenaffaire, heeft zij niet nader onderbouwd. [eiseres] voldoet dus niet aan de voorwaarden voor vrijstelling van het griffierecht. Daarbij is [eiseres] meerdere malen gewezen op het risico dat de rechtbank haar beroepschriften niet-ontvankelijk verklaart als zij het griffierecht niet op tijd betaalt.

7. [eiseres] heeft het griffierecht in beide zaken ten onrechte niet op tijd betaald. De beroepen zijn daarom kennelijk niet-ontvankelijk.

Beslissing

De rechtbank verklaart de beroepen niet-ontvankelijk.

Deze uitspraak is gedaan door mr. F.L. Bolkestein, rechter, in aanwezigheid van

mr. M.M. Mazurel, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op

griffier

rechter

Afschrift verzonden aan partijen op:

Wat kunt u doen als u het niet eens bent met deze uitspraak?