Rechtbank Den Haag, 15-02-2017, ECLI:NL:RBDHA:2017:1591, 5615559 RP VERZ 16-50874
Rechtbank Den Haag, 15-02-2017, ECLI:NL:RBDHA:2017:1591, 5615559 RP VERZ 16-50874
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 15 februari 2017
- Datum publicatie
- 24 februari 2017
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2017:1591
- Formele relaties
- Hoger beroep: ECLI:NL:GHDHA:2017:4206
- Zaaknummer
- 5615559 RP VERZ 16-50874
Inhoudsindicatie
Geen recht op transitievergoeding op grond van artikel 2 van het Besluit overgangsrecht transitievergoeding in verband met doorwerkregeling van het Sociaal Plan.
Uitspraak
Zittingsplaats ’s-Gravenhage
FH
Zaak-/rolnr.: 5615559 RP VERZ 16-50874
Uitspraakdatum: 15 februari 2017
Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:
[verzoeker] ,
wonende te [woonplaats] ,
verzoekende partij,
verder te noemen: [verzoeker] ,
gemachtigde: mr. I. ter Steege (SRK Rechtsbijstand),
tegen
de publiekrechtelijke rechtspersoon
Gemeente Den Haag,
gevestigd te ’s-Gravenhage,
verwerende partij,
verder te noemen: Gemeente Den Haag,
gemachtigde: mr. R.H. Jansen (USG Legal Professionals B.V.).
1 Het procesverloop
[verzoeker] heeft bij verzoekschrift, ter griffie ingekomen op 30 december 2016, onder meer verzocht de Gemeente Den Haag te veroordelen tot betaling van de transitievergoeding. De Gemeente Den Haag heeft een verweerschrift ingediend.
Op 1 februari 2017 heeft een mondelinge behandeling plaatsgevonden. [verzoeker] is in persoon verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Namens de Gemeente Den Haag is verschenen [RE] ( [functie] ), bijgestaan door de gemachtigde. Partijen hebben hun standpunten toegelicht. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van het verhandelde ter zitting.
2 De feiten
[verzoeker] , geboren op [1954] , is op [1991] in dienst getreden bij de rechtsvoorganger van de Gemeente Den Haag, Stichting Werkbij, op basis van een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht. Stichting Werkbij voerde banen in het kader van de Rijksbijdrageregeling Banenpools uit. Het laatstelijk verdiende salaris van [verzoeker] bedroeg € [xx] netto per maand met vakantietoeslag van 8 % van € [xx]
Per 1 januari 1998 is de Rijksbijdrageregeling Banenpools komen te vervallen. Ingevolge artikel 24 WIW werden de arbeidsovereenkomsten met de banenpool vanaf die datum aangemerkt als dienstbetrekking in het kader van de WIW (Wet Inschakeling Werkzoekenden) waarbij de ‘banenpoolers’ van rechtswege in dienst kwamen van de Gemeente Den Haag. Stichting Werkbij bleef verantwoordelijk voor de feitelijke uitvoering van de arbeidsovereenkomst. [verzoeker] voerde de werkzaamheden bij een inlenende organisatie uit.
Per 1 januari 2004 is de WIW komen te vervallen en is de WWB (Wet Werk en Bijstand) in werking getreden. De dienstbetrekking tussen de Gemeente Den Haag en [verzoeker] heeft ingevolge artikel 14 lid 1 WWB als re-integratievoorziening in het kader van de WWB te gelden. Daarnaast volgt uit lid 2 van dat artikel dat op de dienstbetrekking zoals bedoeld in artikel 10 WIW titel 10 van boek 7 BW van toepassing blijft.
In 2010 heeft het college van B&W in Den Haag besloten tot de afbouw van de WIW-banen per uiterlijk 1 juli 2012. Voor de werknemers met een WIW arbeidsovereenkomst is toen tussen de vakbonden en de Gemeente Den Haag een sociaal plan overeengekomen. In het sociaal plan is opgenomen dat een WIW-werknemer die op 1 juli 2011 55 jaar of ouder was en op 1 juli 2012 jonger dan 62 jaar een doorwerkregeling kon worden aangeboden onder de voorwaarde dat de inlener een reële bijdrage leverde in de loonkosten.
De Gemeente heeft [verzoeker] op 16 juli 2012 een brief gestuurd, welke voor zover relevant luidt:
Vanwege bezuinigingen heeft het college van B&W van Den Haag in 2010 besloten tot afbouw van de WIW regeling.
Om een en ander in goede banen te leiden is door het college een éénmalig afbouw budget beschikbaar gesteld. In overleg met vertegenwoordigers van vakbonden en ondernemingsraad is een sociaal plan afbouw WIW 2011-2012 tot stand gekomen.
Onder toepassing van dit sociaal plan is voor u de volgende voorziening getroffen:
U wordt vanaf 1 juli 2012 tot uiterlijk 5 maart 2016 gedetacheerd bij Bieslieklette.
Gedurende deze periode blijf u in dienst van de gemeente Den Haag.
[verzoeker] heeft van deze mogelijkheid gebruik gemaakt. De arbeidsvoorwaarden zijn gehandhaafd. In het sociaal plan is opgenomen dat de arbeidsovereenkomst van de WIW-werknemer uiterlijk op de eerste dag van de maand waarin de 62-jarige leeftijd wordt bereikt, zal eindigen.
De Gemeente Den Haag heeft een ontslagaanvraag ingediend bij UWV AJD. Op 30 mei 2016 is de ontslagvergunning door UWV verleend en op 7 juni 2016 is de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] opgezegd door de Gemeente Den Haag tegen 1 oktober 2016.
3 Het verzoek en het verweer
[verzoeker] heeft verzocht bij beschikking de Gemeente Den Haag te veroordelen tot:
a. betaling van de transitievergoeding van (naar hij ter zitting heeft verminderd) € 32.766,68 bruto,
b. een schriftelijke en deugdelijke bruto/netto-specificatie aan [verzoeker] te verstrekken waarin het bedrag en betaling van sub a staat vermeld, op straffe van een dwangsom van € 100,00 per dag, met een maximum van € 10.000,00 bruto, voor elke dag na betekening van de beschikking dat de Gemeente Den Haag niet voldoet aan de beschikking,
c. betaling van de buitengerechtelijke incassokosten ten bedrage van € 1.105,00 conform de staffel BIK,
d. betaling van de wettelijke rente over de onder a, b en c genoemde bedragen vanaf het opeisbaar worden van die bedragen tot de dag der algehele voldoening,
e. betaling van de kosten van de procedure, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na dagtekening van de beschikking.
[verzoeker] legt aan zijn verzoek ten grondslag dat, nu het dienstverband met hem is opgezegd, de Gemeente Den Haag op grond van artikel 7:673 BW de transitievergoeding verschuldigd is.
De Gemeente Den Haag heeft verweer gevoerd waarop – voor zover van belang – bij de beoordeling wordt ingegaan.