Home

Rechtbank Den Haag, 26-07-2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:7804, 21_7894 en 21_7907

Rechtbank Den Haag, 26-07-2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:7804, 21_7894 en 21_7907

Gegevens

Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum uitspraak
26 juli 2022
Datum publicatie
1 november 2022
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2022:7804
Zaaknummer
21_7894 en 21_7907
Relevante informatie
Art. 7 Wet OB 1968, Art. 3 Wet MRB 1994, Art. 222 PW, Art. 220 PW, Art. 1 GW, Art. 132 lid 6 GW, Art. 14 EVRM, Art. 26 IVBPR, Art. 1 EP EVRM

Inhoudsindicatie

Eiser heeft beroep ingesteld tegen twee betalingen op aangiften motorrijtuigenbelasting die hij heeft voldaan. In geschil is of de provinciale opcenten over deze tijdvakken terecht van eiser zijn geheven. Daartoe voert eiser onder andere aan dat in de Provinciewet sprake is van discriminatie binnen de groep personenauto’s, de groep belastingplichtigen en de groep va motorrijtuigenbelastingplichtigen. De rechtbank is niet van enige vorm van discriminatie gebleken. Ook eisers stellingen dat de provinciale opcenten ten onrechte per provincie verschillen, bij naheffing de hoogste provinciale opcenten worden gerekend, de provinciale opcenten ten onrechte zijn geheven wegens fouten in de Eerste Uitvoeringsbeschikking provinciale opcenten, de lagere regelgeving onverbindend is en dat de lagere wetgeving niet van toepassing is op basis van exceptieve toetsing, kan de rechtbank niet volgen. Beroepen ongegrond.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Team belastingrecht

zaaknummers: SGR 21/7894 en SGR 21/7907

proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 26 juli 2022 in de zaak tussen

[eiser] , wonende te [woonplaats] , eiser,

en

de inspecteur van de Belastingdienst, verweerder.

De bestreden uitspraken op bezwaar

Zitting

Beslissing

Overwegingen

Rechtsmiddel