Home

Rechtbank Gelderland, 20-01-2016, ECLI:NL:RBGEL:2016:414, 283537

Rechtbank Gelderland, 20-01-2016, ECLI:NL:RBGEL:2016:414, 283537

Gegevens

Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
20 januari 2016
Datum publicatie
28 januari 2016
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2016:414
Zaaknummer
283537

Inhoudsindicatie

Onverschuldigde betaling op grond van niet bestaande overeenkomsten, zijnde overeenkomsten tussen eiseres en een niet bestaande rechtspersoon. Het sluiten van deze overeenkomsten is het gevolg van hierop gericht handelen van gedaagde sub 1. Hij is hierbij in zijn rol van adviseur tekortgeschoten. Het desbewust handelen in naam van een niet bestaande rechtspersoon is bovendien als onrechtmatig te kwalificeren, omdat het strijdt met het rechtspersonenrecht dat alleen bestaande rechtspersonen erkent als rechtssubjecten. De in de overeenkomsten voorgespiegelde zekerheid was bovendien een schijnzekerheid. De rechtbank acht dit in strijd met de zorgvuldigheid die gedaagde sub 1 bij het geven van een advies aan (indirect) eiseres. Het adviseren tot vestiging van een pandrecht op aandelen zonder dat dit bij notariële akte wordt gevestigd is ook in strijd met de wet. Gedaagde sub 1 wordt veroordeeld tot vergoeding van de schade.

Uitspraak

vonnis

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Arnhem

zaaknummer / rolnummer: C/05/283537 / HA ZA 15-288

Vonnis van 20 januari 2016

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

CEVADO B.V.,

gevestigd te Veen, gemeente Wijk en Aalburg,

eiseres,

advocaat mr. H.W. Vis te Amsterdam,

tegen

1 [gedaagde 1] ,

wonende te Geldermalsen,

2. [gedaagde 2],

wonende te Geldermalsen,

gedaagden,

advocaat mr. V.O. Agterberg te Utrecht.

Partijen zullen hierna CeVaDo, [gedaagde 1] en [gedaagde 2] genoemd worden.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het tussenvonnis van 15 juli 2015

- het proces-verbaal van comparitie van 18 november 2015.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten

2.1.

CeVaDo is opgericht op 27 april 2012. Haar aandeelhouders zijn [naam 1] en diens echtgenote. CeVaDo heeft tot doel onder meer het beheren van vermogen. In CeVaDo is vermogen van [naam 1] en zijn vrouw ondergebracht, deels ten behoeve van hun kinderen.

2.2.

[gedaagde 1] adviseerde van begin januari 2011 tot medio 2013 [naam 1] en via hem diens ondernemingen.

2.3.

[gedaagde 1] is thans directeur van VDBA Capital & Management B.V.(hierna: VDBA).

2.4.

VDBA is de naam van een besloten vennootschap die tot 25 februari 2013 BD Investments B.V. (hierna: BD Investments) heette en op die dag de naam van VDBA kreeg.

2.5.

Op 20 september 2012 is een akte opgemaakt die als kop Lening overeenkomst risicodragend vermogen draagt. De akte is ondertekend namens CeVaDo, geldgever, en VDBA, geldnemer. In de aanhef overwegen de partijen bij de akte onder meer dat zij ‘overeenstemming hebben bereikt over het verstrekken van risicodragend vermogen in de vorm van een achtergestelde lening’ en dat ‘het geldbedrag dat geldnemer onder de werking van deze overeenkomst beschikbaar stelt, zal worden gebruikt tot inbreng als risicodragend vermogen in Produsafe B.V.’ (hierna: Produsafe). De partijen bij de akte komen overeen dat CeVaDo aan VDBA € 150.000,00 zal verschaffen en dat deze hierover 2% rente zal vergoeden vanaf de datum van storting van het bedrag. De aangegroeide rente zal maandelijks worden uitbetaald.

Tot zekerheid zal VDBA een pandrecht verschaffen op een derde van de aandelen Produsafe.

‘Aflossing van de lening’, houdt art. 4 in, ‘vindt plaats ineens op het moment van eigendomsoverdracht door VDBA (...) van de aandelen Produsafe B.V. naar één (of meer) andere aandeelhouders’. Op het moment van aflossing van de lening risicodragend vermogen kan een extra premie als een vorm van eenmalige extra rente worden uitgekeerd ten belope van het verschil tussen de verkoopwaarde van het derde deel van de aandelen Produsafe minus € 150.000,00. Op VDBA rust de inspanningsverplichting de bedoelde eigendomsoverdracht te bereiken tussen 2016 en 2020.

2.6.

Eveneens op 20 september 2012 is een overeenkomst gesloten en in een onderhandse akte op schrift gesteld, die is gericht op de verpanding van de aandelen Produsafe die is bedoeld in de overeenkomst van 20 september 2012.

2.7.

De betaling van € 150.000,00 ter uitvoering van deze overeenkomst vond op 12 november 2012 plaats op de in de overeenkomst daarvoor genoemde rekening nr. [rekeningnummer 1] ten name van Produsafe.

2.8.

Bij e-mail van 20 december 2012 attendeerde [gedaagde 1] [naam 1] op de mogelijkheid van investering in de bedrijven Comprifalt en Platoflex. Hij schreef onder meer:

De totale investering in verkrijgen aandelen en neerzetten juiste organisatie beloopt tussen € 775.000 en € 800.000.

Doe je mee voor de helft (€ 385.000)?Dat betekent dan later ook de helft van het voordeel pakken.

2.9.

Op 8 januari 2013 is opnieuw een akte opgemaakt die als kop Lening overeenkomst risicodragend vermogen draagt. Ook deze is ondertekend namens CeVaDo, geldgever, en VDBA, geldnemer. In de aanhef overwegen de partijen bij de akte onder meer dat zij ‘overeenstemming hebben bereikt over het verstrekken van risicodragend vermogen in de vorm van een achtergestelde lening’ en dat ‘het geldbedrag dat geldnemer onder de werking van deze overeenkomst beschikbaar stelt, zal worden gebruikt tot inbreng als risicodragend vermogen in haar 51% deelneming HERVRÉ International B.V. en haar 100% dochterondernemingen Comprifalt B.V. en Platoflex B.V.’ (deze b.v.’s hierna respectievelijk Hervré, Comprifalt en Platoflex). De partijen bij de akte komen overeen dat CeVaDo aan VDBA € 385.000,00 zal verschaffen en dat deze hierover 2% rente zal vergoeden vanaf de datum van storting van het bedrag. De aangegroeide rente zal maandelijks worden uitbetaald. Tot zekerheid zal VDBA een pandrecht verschaffen op ‘de helft van de aandelen van het 51% belang in HERVRÉ International B.V’. ‘Aflossing van de lening’, houdt art. 4 in, ‘vindt plaats ineens op het moment van eigendomsoverdracht door VDBA (...) van de aandelen HERVRÉ International B.V. naar één (of meer) andere aandeelhouders’. Op het moment van aflossing van de lening risicodragend vermogen kan een extra premie als een vorm van eenmalige extra rente worden uitgekeerd ten belope van het verschil tussen de verkoopopbrengst van de helft van het 51% belang in Hervré waar het pandrecht op rust, minus de bodemwaarde op 8 januari 2013, zijnde € 80.000,00. Op VDBA rust de inspanningsverplichting de bedoelde eigendomsoverdracht te bereiken tussen 2018 en 2022.

2.10.

Eveneens op 8 januari 2013 is een overeenkomst gesloten en in een onderhandse akte op schrift gesteld, die is gericht op de verpanding van de aandelen Hervré zoals bedoeld in overeenkomst van 8 januari 2013.

2.11.

De betaling van € 385.000,00 ter uitvoering van deze overeenkomst vond op 8 januari 2013 plaats op de in de overeenkomst daarvoor genoemde rekening nr. [rekeningnummer 2] ten name van HVD Investments B.V.

2.12.

Platoflex B.V. is de naam die vanaf 5 april 2013 is gebruikt door een besloten vennootschap die voordien Daycee B.V. heette. Hervré is vanaf 5 april 2013 haar enig aandeelhouder en bestuurder; zij was noch aandeelhouder noch bestuurder van Daycee B.V.

2.13.

In januari 2014 gaf [gedaagde 1] in mailberichten, volgend op een bespreking, aan [naam 1] aan dat het slecht ging bij de bedrijven van Comprifalt en Platoflex. Herinvestering zou nodig zijn omdat een faillissement dreigde. [gedaagde 1] stelt in zijn mails voor te herinvesteren, af te wachten of met zwaar verlies, zelfs vrijwel om niet, de aandelen te laten verkopen.

2.14.

[gedaagde 1] bood [naam 1] bij mail van 27 januari 2014 het volgende aan.

(...), maar als jij die aandelen Comprifalt en Platoflex niet tot je neemt, dat kun je immers omdat ik ze jou om niet aanbied tegen verrekening van jouw vordering, dan wil ik de aandelen HERVRE aan [naam 4] overdragen.

Bij niet overdragen gaat de tent namelijk op korte termijn een gewis faillissement tegemoet, wat in concreto ook afscheid van de vordering betekend.

2.15.

[naam 1] antwoordde de volgende dag dat hij zich op zijn positie beraadde. [gedaagde 1] echter drong aan op haast. Enkele uren later mailde hij onder meer:

Ik geef jou middels mijn aanbod om de aandelen over te nemen de mogelijkheid om mogelijk jouw vordering (op termijn) veilig te stellen.

2.16.

Op 5 februari 2014 mailde [gedaagde 1] ter informatie, niet om goedkeuring te krijgen, zo voegde hij er bij een latere mail aan toe, aan [naam 1] :

Inmiddels is (...) bekend dat morgen de transactie zal kunnen gaan plaatsvinden van de verkoop van de aandelen (...).

Jij hebt geen gebruik gemaakt van het enkele malen herhaalde aanbod om de aandelen tot je te nemen (...).

Door het niet tot je nemen van de aandelen op herhaaldelijk aanbod, is het pandrecht, vanuit deze combinatie van factoren, geheel zonder waarde geworden/vervallen.

2.17.

Op 8 maart 2014 mailde [gedaagde 1] aan [naam 1] dat het ook bij Produsafe ‘de laatste tijd’ ‘niet goed’ ging. Ook hier was volgens [gedaagde 1] de keuze faillissement of nieuw kapitaal erin steken of een overdracht om niet. Het laatste kon, net als bij Comprifalt en Platoflex, de mogelijkheid bieden aan een andere investeerder, om erin te stappen. [gedaagde 1] mailde onder meer:

Er zijn rond de relatiekring van degene die in die B.V. actief is personen die er financiering in willen steken.

en

Omdat er sprake is van een stil pandrecht kun jij (1/3 deel van) de aandelen tot je nemen. Waarbij ik wil aangeven dat als je dat deel tot je neemt, je dan de andere aandelen om niet en zonder verdere verplichtingen erbij gaat krijgen. Ik lever dan dus alle aandelen aan jou, zonder dat er sprake is van een financiële verplichting aan mij.

2.18.

[naam 1] antwoordde op 10 maart 2014:

Wie is eigenlijk “degene die in die B.V. actief is” en waarom zou die financier dan verpande aandelen over willen nemen?, dit snap ik niet [gedaagde 1] ...

2.19.

[gedaagde 1] reageerde met de mededeling dat het om [naam 3] ging en dat deze juist geen verpande aandelen wilde overnemen. Op 11 maart 2014 liet hij [naam 1] weten:

Dus, het wordt:

1. Faillissement, of

2. Jij neemt de aandelen tot je en beziet wat je er mee doet, of

3. Ik draag de aandelen over aan de derde.

Morgenmiddag zal er denk ik besloten gaan worden.

2.20.

Op 28 maart 2014 zijn de aandelen Produsafe overgedragen aan een zekere [naam 2] . Op 7 januari 2014 zijn de aandelen Hervré overgedragen aan Hervré International B.V.

3 Het geschil

4 De beoordeling

5 De beslissing