Home

Rechtbank Gelderland, 01-04-2019, ECLI:NL:RBGEL:2019:1394, AWB - 16 _ 7612

Rechtbank Gelderland, 01-04-2019, ECLI:NL:RBGEL:2019:1394, AWB - 16 _ 7612

Gegevens

Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
1 april 2019
Datum publicatie
3 april 2019
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2019:1394
Zaaknummer
AWB - 16 _ 7612

Inhoudsindicatie

ZVW 2013. Eiser is een verlener van AWBZ-zorg. Verweerder heeft naar het oordeel van de rechtbank de inkomsten van eiser terecht niet als winst uit onderneming aangemerkt. Wel slaagt het beroep van eiser op het vertrouwensbeginsel.

Uitspraak

Zittingsplaats Arnhem

Belastingrecht

zaaknummer: AWB 16/7612

in de zaak tussen

(gemachtigde: [gemachtigde] ),

en

Procesverloop

Verweerder heeft aan eiser voor het jaar 2013 een aanslag Zorgverzekeringswet (ZVW) opgelegd, gebaseerd op een bijdrage-inkomen van € 38.962. Tevens is bij beschikking € 27 aan belastingrente in rekening gebracht.

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 24 november 2016 de aanslag ZVW en de beschikking belastingrente gehandhaafd.

Eiser heeft daartegen bij brief van 29 november 2016, ontvangen door de rechtbank op 2 december 2016, beroep ingesteld.

Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

Partijen hebben vóór de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn telkens in afschrift verstrekt aan de wederpartij.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 7 februari 2019.

Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Namens verweerder zijn verschenen [gemachtigde] en [A] .

Verweerder heeft ter zitting een tweetal producties overgelegd en afschriften daarvan verstrekt aan eiser. Eiser heeft te kennen gegeven geen bezwaren te hebben tegen overlegging van de producties.

Overwegingen

Feiten

1. Eiser heeft zich per [2010] onder de naam “ [B] ” ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Voorts is eiser in het zogenoemde BIG (Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg)-register geregistreerd als verpleegkundige.

2. Eiser heeft voor de jaren 2010, 2011 en 2012 aangiften IB/PVV gedaan. In deze aangiften heeft hij de inkomsten uit zijn werkzaamheden verricht onder “ [B] ” als winst uit onderneming verantwoord.

3. Eiser heeft voor de jaren 2010, 2011, 2012 aanvragen voor een Verklaring Arbeidsrelatie (hierna: VAR) ingediend. Voor deze jaren is een VAR-winst uit onderneming (hierna: VAR-WUO) afgegeven.

4. Op 25 juni 2012 heeft eiser voor het jaar 2013 een aanvraag voor een VAR ingediend. Deze aanvraag is als volgt ingevuld:

Vraag

2a.

Omschrijving

Verpleegkundige via de intra- en extramurale zorgverlening

2b.

Eerdere beoordeling

Als winst

2c.

Soort arbeidsrelatie

Ik ben ondernemer

2d.

Aantal uren

700 uur of meer

2e.

Aantal opdrachtgevers

7 of meer

2f.

Aantal opdrachtgevers vorig jaar

7 of meer

2g.

Opdr. Door anderen uitv.

Nee

2h.

Wanneer bent u begonnen of gaat u beginnen

Vorig jaar of eerder

2i.

Herstel voor uw risico

Ja

2j.

Voorheen in dienstbetr. bij opdr.gever

Nee

2k.

Door u verrichte werkz. ook door werkn. in loondienst

Ja

2l.

Via bemiddelaar, detacherings- of uitzendbureau

Nee

3a.

Hoeveel inkomsten

€ 25.000 of meer

3b.

Loonheffing op inkomsten

Nee

3c.

Doorbetaling bij vakantie/ziekte

Nee

3d.

Aanwijzingen over werkwijze

Ja

3e.

Hoofdzakelijk bij 1 opdr.gever

Nee

4a.

Facturen

Ja

4b.

Reclame

Ja

4c.

Ingeschreven bij KvK

Ja

4d.

Personeel

Nee

4e.

BTW-nummer

Ja

4f.

Investering meer dan € 2.500

Ja

4g.

Werkzaamheden op locatie

Ja

4h.

Noodzakelijke vergunningen

Ja

4i.

Boekhouding

Ja

5. Op 3 september 2012 is een VAR-WUO afgegeven. In de begeleidende brief bij deze VAR-WUO staat –onder meer- het volgende:

“Betreft: Verklaring arbeidsrelatie Winst uit onderneming

(…)

Wij sturen iedereen die aan de volgende voorwaarden voldoet, automatisch een verklaring arbeidsrelatie (VAR):

-

U hebt de afgelopen drie jaar een VAR aangevraagd.

-

U hebt telkens een VAR voor hetzelfde soort werk aangevraagd.

-

U hebt het werk onder vergelijkbare omstandigheden uitgevoerd.

-

U hebt telkens eenzelfde VAR van ons gekregen.

-

Wij hebben de VAR’s in de tussentijd niet herzien.

Beslissing

U voldoet aan de voorwaarden voor een automatisch verstrekte VAR. Daarom krijgt u deze VAR.

VAR Winst uit onderneming

Net als de afgelopen drie jaar krijgt u van ons een VAR Winst uit onderneming voor de volgende werkzaamheden (de zogenoemde VAR-werkzaamheden):

verpleegkundige via intra- en extramurale zorgverlening

Deze VAR is geldig van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013.

(…)”.

6. Eiser heeft in 2013 werkzaamheden verricht voor “ [C] ” (hierna: [C] ) en voor “ [D] ” (hierna: [D] ). Daarnaast heeft eiser in 2013 werkzaamheden verricht via “ [E] ” (hierna: [E] ). Via [E] heeft eiser tevens gewerkt voor [F] (hierna: [F] ), voor [G] (hierna: [G] ) en voor de Stichting [H] (hierna: [H] ). Daarnaast heeft eiser werkzaam-heden verricht voor “ [I] B.V.” (hierna: [I] ). Op de aan eiser verstrekte beloningen is geen loonheffing is ingehouden.

7. [C] , [F] , [G] , [H] en [I] zijn voor de Wet Toelating Zorginstellingen (hierna: WTZi) erkende zorginstellingen.

8. Met dagtekening 15 oktober 2013 is de beschikking VAR-WUO voor het jaar 2013 herzien in een VAR-loon (hierna: de VAR-loon). Bij de VAR-loon is een begeleidende brief (hierna: de herzieningsbrief) gevoegd. In de herzieningsbrief is -onder meer- het volgende vermeld:

“Op 3 september 2012 heeft u van de Belastingdienst een Verklaring arbeidsrelatie ontvangen waaruit blijkt dat het voordeel uit door uw omschreven werkzaamheden worden aangemerkt als winst uit onderneming.

Wijziging feitelijke omstandigheden

Herziening verklaring

Bijgaand ontvangt u een nieuwe verklaring.

Geldigheidsduur verklaring

Vertrouwensbeginsel18. De rechtbank ziet zich vervolgens geplaatst voor de vraag of eiser in dit geval aan de door verweerder afgegeven VAR-verklaring het in rechte te honoreren vertrouwen kan ontlenen dat de voordelen die hij uit “ [B] ” geniet winst uit onderneming vormen.

Proceskostenvergoeding35. Eiser heeft ter zitting verklaard dat hij met zijn verzoek om schadevergoeding van € 750 voor deze procedure en de bezwaarfase bedoeld heeft te verzoeken verweerder te veroordelen in de proceskosten op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht (hierna: het besluit).

Beslissing