Home

Rechtbank Midden-Nederland, 01-04-2015, ECLI:NL:RBMNE:2015:2432, 3647911

Rechtbank Midden-Nederland, 01-04-2015, ECLI:NL:RBMNE:2015:2432, 3647911

Gegevens

Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Datum uitspraak
1 april 2015
Datum publicatie
30 april 2015
ECLI
ECLI:NL:RBMNE:2015:2432
Zaaknummer
3647911

Inhoudsindicatie

Verzoek ex art. 96 Rv. Ontslagvergoeding. WNT van toepassing.

Uitspraak

Afdeling Civiel recht

kantonrechter

locatie Utrecht

zaaknummer: 3647911 UC VERZ 14-19379 pvt/1299

Vonnis van de kantonrechter van 1 april 2015

op gezamenlijk verzoek ex artikel 96 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) van

de naamloze vennootschap

Achmea Interne Diensten N.V.,

gevestigd te Utrecht,

verder ook te noemen Achmea,

gemachtigde: mr. K. van Belle,

en

[partij X] ,

wonende te [woonplaats],

verder ook te noemen [partij X],

gemachtigde: mr. A.P.J.M. Verbeek.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het gezamenlijk verzoek van partijen,

- bijlage 1 van Achmea met bijlagen (A tot en met D),

- bijlage 2 van [partij X] met producties (1 tot en met 4),

- de door Achmea ingediende aanvullende bijlagen (E en F).

1.2.

De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 9 maart 2015. Aan de zijde van Achmea zijn verschenen: mr. Van Belle voornoemd, mr. [A], mevrouw [B] (HR-directeur bij Achmea) en de heer [C] (HR-jurist bij Achmea).

Aan de zijde van [partij X] zijn verschenen: [partij X] in persoon en mr. Verbeek voornoemd.

1.3.

Partijen hebben hun standpunten toegelicht. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van hetgeen is besproken. Achmea heeft een deel (nummers 6, 10, 12 t/m 22, 24 t/m 29, 31 t/m 34) van haar pleitnota voorgedragen.

1.4.

Op verzoek van partijen is vonnis bepaald.

2 De feiten

2.1.

[partij X], geboren [1965], is op 1 juni 1996 bij (een rechtsvoorganger van) Achmea in dienst getreden. In de periode 20 mei 2011 tot en met 30 juni 2013 heeft hij de functie van Directeur Finance bij Achmea, Divisie Zorg & Gezondheid vervuld. Na deze functie heeft hij nog drie andere functies bij Achmea vervuld. Op 27 november 2014 hebben partijen een vaststellingsovereenkomst gesloten die ziet op de beëindiging van het dienstverband tussen Achmea en [partij X] per 1 april 2015. Partijen hebben in het kader van die vaststellingsovereenkomst geen overeenstemming kunnen bereiken over de vraag of in het onderhavige geval de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van toepassing is en wat – in het licht daarvan – een passende ontslagvergoeding zou zijn.

3 Gezamenlijk verzoek

3.1.

Partijen hebben de kantonrechter de volgende vragen voorgelegd:

  1. Is de WNT in het onderhavige geval van toepassing?

  2. Dient de ontslagvergoeding vastgesteld te worden op een bedrag gelijk aan de ex artikel 2.10 lid 1 WNT maximaal toegestane ontslagvergoeding, te weten € 75.000,00 of op een ander bedrag binnen de bandbreedte tussen € 75.000,00 en een bedrag conform de kantonrechtersformule waarbij C=1, te weten € 370.481,00?

4 Beantwoording van de vragen

5 Beslissing