Home

Rechtbank Midden-Nederland, 09-03-2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:975, UTR 20/ 1345

Rechtbank Midden-Nederland, 09-03-2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:975, UTR 20/ 1345

Gegevens

Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Datum uitspraak
9 maart 2021
Datum publicatie
21 februari 2022
ECLI
ECLI:NL:RBMNE:2021:975
Formele relaties
Zaaknummer
UTR 20/ 1345

Inhoudsindicatie

Aanslag liggeld haven recreatievaartuig. Tarief voor recreatievaartuig gaat voor op tarief voor sleepboot. Hogere tarief voor emissievaartuig niet onredelijk hoog. Beroep ongegrond.

Uitspraak

Zittingsplaats Utrecht

Bestuursrecht

zaaknummer: UTR 20/1345

en

de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht, verweerder

(gemachtigde: R. Janmaat).

Procesverloop

Verweerder heeft aan eiser een aanslag “Liggeld recreatie 2020” van € 415,- opgelegd met dagtekening 28 januari 2020. De aanslag heeft betrekking op de “jaarvergunning recreatievaartuig 1 t/m 10 meter” van eisers schip “ [schip] ”.

In de uitspraak op bezwaar van 27 maart 2020 (de bestreden uitspraak) heeft verweerder het bezwaar van eiser ongegrond verklaard.

Eiser heeft tegen de bestreden uitspraak beroep ingesteld.

Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

De zaak is behandeld op de Skype-zitting van 26 januari 2021. Eiser is verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Het geschil

1. Het gaat in deze zaak om de hoogte van het bij eiser in rekening gebrachte liggeld voor het schip [schip] .

Standpunt van partijen

2. Eiser vindt de hoogte van het bedrag dat hij moet betalen voor het liggeld van zijn schip de [schip] disproportioneel. Het is een opduwer/sleepboot uit 1926 met een één cilinder dieselmotor. Hij wil dat zijn schip als type sleepboot wordt aangemerkt en dat verweerder het daarvoor geldende lagere tarief in rekening brengt. Eiser vindt dat verweerder niet is ingegaan op zijn bezwaren. Hij heeft niet om vrijstelling verzocht. Hij wil wel liggeld betalen, maar niet zo’n hoog bedrag. Hij had graag willen overleggen over zijn verzoek om een ander tarief te hanteren.

3. Verweerder stelt dat het schip van eiser aan te merken is als recreatievaartuig en dat betekent dat hij bij de aanslag havengelden van het tarief voor recreatievaartuig met emissie moet uitgaan.

Beoordeling

Beslissing

Indien u het niet eens bent met deze uitspraak