Home

Rechtbank Noord-Holland, 14-08-2014, ECLI:NL:RBNHO:2014:7561, AWB-13_3806

Rechtbank Noord-Holland, 14-08-2014, ECLI:NL:RBNHO:2014:7561, AWB-13_3806

Gegevens

Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Datum uitspraak
14 augustus 2014
Datum publicatie
30 september 2014
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2014:7561
Zaaknummer
AWB-13_3806
Relevante informatie
Algemene wet bestuursrecht [Tekst geldig vanaf 01-06-2023 tot 01-07-2023]

Inhoudsindicatie

Douane. Indeling endoscopieapparatuur.

Uitspraak

Zittingsplaats Haarlem

zaaknummers: HAA 13/3806 en 13/3808

(gemachtigde: mr. H.C. de Bie),

en

de inspecteur van de Belastingdienst/Douane, kantoor [P], verweerder.

Procesverloop

HAA 13/3806

Verweerder heeft op 18 april 2012 aan eiseres een bindende tariefinlichting (hierna: bti) met het kenmerk NL RTD-2012-000954 afgegeven voor de [A].

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 24 juli 2013 met kenmerk 12/379/6062/143 de bti gehandhaafd.

HAA 13/3808

Verweerder heeft op 18 april 2012 aan eiseres een bti met het kenmerk NL RTD-2012-001176 afgegeven voor het ‘[B] koppelstuk’.

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 24 juli 2013 met kenmerk 12/379/6080/143 de bti gehandhaafd.

Beide beroepen

Eiseres heeft tegen beide uitspraken op bezwaar beroep ingesteld.

Verweerder heeft verweerschriften en stukken ingediend.

Partijen hebben vóór de zitting nadere stukken ingediend. Deze stukken zijn telkens in afschrift verstrekt aan de andere partij.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 15 juli 2014 te Haarlem.

Namens eiseres zijn verschenen[C] en[D], bijgestaan door de gemachtigde en diens kantoorgenoot mr. S.S. Mulder. Namens verweerder zijn verschenen mr. A.A. Kop, N. van Stokkem en G.J. Werksma.

Feiten

1.

Eiseres is onderdeel van een concern dat activiteiten heeft in grote delen van de wereld. Het concern ontwikkelt, produceert en verkoopt diverse medisch-technologische producten. Het concern is een grote speler op het gebied van onder andere endoscopie.

2.

Eiseres heeft bij verweerder diverse bti’s aangevraagd. Twee van deze bti’s zijn in de beroepsfase nog onderwerp van geschil.

3.

Eiseres heeft op 31 januari 2012 een aanvraag ingediend voor een bti voor een product met de aanduiding ‘[A]’ dat als volgt is omschreven:

“Automatisch gegevensverwerkende machine, bestaande uit een centrale verwerkingseenheid gecombineerd met een ingebouwd touchscreen in één behuizing. Het apparaat is vrij programmeerbaar en heeft de volgende kenmerken en eigenschappen:

-

een ingebouwd 8 inch TFT LCD touchscreen met een resolutie van 1280 x 1024;

-

moederbord met een processor type Intel Celeron D341 met een snelheid van 2,93 MHz;

-

intern geheugen (512 MB);

-

een vaste schijf (250 GB);

-

een geluidskaart;

-

een grafische kaart;

-

een netwerkkaart (10/100 Mpbs ethernet);

-

een DVD-RW-drive;

-

voorzien van 3 Firewire poorten, 3 USB 2.0 poorten, een S-Video ingang en uitgang, 2 DVI ingangen, 2 DVI uitgangen, stereolijn en microfooningang, 2 luidsprekeruitgangen, een 10/100 Mbps ethernet poort en connectoren voor een toetsenbord en een muis;

-

voorzien van onder meer Windows XP;

-

afmetingen van 31,75 cm x 41,15 cm x 17,78 cm (BxDxH).”

In de aanvraag verzoekt eiseres om indeling van de [A] onder goederencode 8471 41 00 90.

4.

Eiseres heeft op 9 februari 2012 een aanvraag ingediend voor een bti voor een product met de aanduiding ‘[B] coupler’ (hierna: het koppelstuk), dat als volgt is omschreven:

“Koppelstuk voor verbinding tussen een medische scoop en een medische camerakop. Dit koppelstuk bestaat uit een verloopstuk waarop de camerakop geschroefd kan worden, een objectief met focusring om de beeldscherpte en zoom in te stellen en aan de scoopzijde een ‘endoboyklem’ voor bevestiging van de scoop aan het koppelstuk. Het koppelstuk vormt een integraal onderdeel van het medische endoscopie systeem en is speciaal ontwikkeld voor gebruik met de camerakop en scopen van dezelfde leverancier, waarbij de scoop niet verbonden kan worden met de camerakop zonder het koppelstuk. Het apparaat voldoet aan de relevante veiligheidseisen voor gebruik als medische apparatuur en mag uitsluitend bediend worden door gekwalificeerde medisch specialisten.”

In de aanvraag verzoekt eiseres om indeling van het koppelstuk onder goederencode 9018 90 20.

5.

Op 18 april 2012 heeft verweerder aan eiseres een bti afgegeven voor de [A]. De [A] is in de bti als volgt omschreven:

“Een zogenoemd “all in one” medisch beeldvorming informatie management systeem, met onder meer de volgende uiterlijke en technische kenmerken:

-

geplaatst in een behuizing;

-

een intern geheugen van 512 GB;

-

een harde schijf van 250GB en een DVI-RW speler;

-

volgens opgave een Intel Celeron processor (2,93 MHz);

-

met aansluitpunten voor Firewire 3x, 3x USB 2.0, netwerk, S-Video in/uit, composiet video in/uit, 2x DVI in/uit etcetera;

-

met een 8 inch TFT touchscreen met een resolutie van 1280 x 1024;

-

video formats NTCS/PAL; video recording formats: MPEG1/4; Audio input: Stereo;

-

stilstaande beelden JPEG, Bitmap, JPEG2K, PNG, TIFF, TARGA;

-

met afmetingen van 7,85” x 17,25” x 12,5” (HDW).

Het systeem is ontworpen om beelden van een televisiecamera op te slaan en weer te geven, daarnaast kan het systeem onder andere worden aangesloten op een ziekenhuis informatiesysteem/server, bewegende en stilstaande beelden bewerken etcetera. De kenmerkende hoofdfunctie van het apparaat wordt toegekend aan het opslaan en weergeven van videobeelden zoals bedoeld bij GS-post 8521 van de gecombineerde nomenclatuur.”

Verweerder deelt de [A] in onder goederencode 8521 90 00.

6.

Op 18 april 2012 heeft verweerder aan eiseres een bti afgegeven voor het koppelstuk, dat in de bti als volgt is omschreven:

“Een “[B] koppelstuk” bedoeld om aan te sluiten aan een televisiecamera en een medische scoop met onder meer de volgende kenmerken:

- één zijde is voorzien van een verloopstuk met schroefdraad voor de camerakop;

- de andere zijde is voorzien van een zogenoemde enbody clamp voor het bevestigen van een medische scoop;

- voorzien van een objectief met een focusring voor de beeldscherpte.

Het koppelstuk kan op grond van aantekening 2, letter a, op hoofdstuk 90 niet worden aangemerkt als een medisch instrument en wordt derhalve ingedeeld in GS-post 9002 van de gecombineerde nomenclatuur.”

Verweerder deelt het koppelstuk in onder goederencode 9002 90 00.

7.

Partijen zijn het erover eens dat de [A] de volgende functies heeft:

- vastleggen en weergeven van bewegende beelden met dan wel zonder geluid;

- vastleggen en weergeven van stilstaande beelden;

- opnemen van geluid;

- beheren en archiveren van afbeeldingen en video’s;

- converteren van beeldbestanden naar verschillende bestandsformaten;

- digitaal versleutelen van alle op de [A] en op externe bronnen opgeslagen gegevens op basis van de DICOM-standaard;

- verlenen van toegang tot het ziekenhuisnetwerk (patiëntgegevens, beelden en video’s);

- koppelen van in de [A] ingevoerde dan wel vanaf het ziekenhuisnetwerk ingeladen patiëntgegevens aan beelden en video’s;

- opslaan van beelden en video’s op interne en externe gegevensdragers, alsmede het ziekenhuisnetwerk;

- annoteren van beelden en video’s, in gesproken of geschreven vorm;

- aanmaken van pdf-bestanden, onder meer ten behoeve van opslag op externe of interne gegevensdragers, het ziekenhuisnetwerk of het afdrukken;

- aansturen van een separate printer om afbeeldingen en patiëntgegevens af te drukken.

8.

Op 18 oktober 2012 heeft verweerder een bezoek gebracht aan eiseres en is een demonstratie gegeven van het endoscopiesysteem. Op 4 juli 2013 heeft een gesprek plaatsgevonden met een gynaecoloog van het [E]. Bij dit gesprek waren vertegenwoordigers van beide partijen aanwezig.

Relevante teksten

Aantekening 3 op afdeling XVI luidt als volgt:

“Voor zover niet anders is bepaald, worden combinaties van machines van verschillende soorten, die bestemd zijn om gezamenlijk te functioneren en die een geheel vormen, alsmede machines met twee of meer verschillende (afwisselende of aanvullende) functies, ingedeeld naar de hoofdfunctie die kenmerkend is voor het complex.”

Deze aantekening is van overeenkomstige toepassing op hoofdstuk 90.

Aantekening 5 op hoofdstuk 84 luidt, voor zover van belang, als volgt:

“A) Voor de toepassing van post 8471 wordt onder „automatische gegevensverwerkende machines” verstaan machines die

1) (…)

2) vrij kunnen worden geprogrammeerd overeenkomstig de behoeften van de gebruiker;

3) door de gebruiker te bepalen rekenkundige bewerkingen kunnen uitvoeren; en

4) (…)

(…)

E) Machines die een automatische gegevensverwerkende machine bevatten of daarmede in samenhang worden gebruikt en die een eigen functie, andere dan automatische gegevensverwerking, vervullen, worden ingedeeld onder de post die overeenkomstig hun functie in aanmerking komt of, bij ontbreken daarvan, onder een sluitpost.”

Post 8471 luidt als volgt:

“Automatische gegevensverwerkende machines en eenheden daarvoor; magnetische en optische lezers, machines voor het in gecodeerde vorm op dragers overzetten van gegevens en machines voor het verwerken van die gegevens, elders genoemd noch elders onder begrepen”

Onderverdeling 8471 41 00 luidt als volgt:

“– andere automatische gegevensverwerkende machines

– – bevattende in dezelfde behuizing ten minste een centrale verwerkingseenheid en, al dan niet gecombineerd, een invoer- en uitvoereenheid”

Post 8521 luidt als volgt:

“Video-opname- en videoweergaveapparaten, ook indien met ingebouwde videotuner”

Onderverdeling 8521 90 00 luidt als volgt:

“– andere”

Aantekening 2 op hoofdstuk 90 luidt, voor zover van belang, als volgt:

“Behoudens het bepaalde in aantekening 1 hiervoor, worden delen en toebehoren van de bij dit hoofdstuk bedoelde machines, apparaten, toestellen, instrumenten of artikelen ingedeeld met inachtneming van de volgende regels:

a. a) delen en toebehoren die als zodanig onder een der posten van dit hoofdstuk of van hoofdstuk 84, 85 of 91 (met uitzondering van de posten 84.87, 85.48 en 90.33) kunnen worden ingedeeld, blijven onder die posten ingedeeld;

b) delen en toebehoren niet bedoeld onder a hiervoor, waarvan kan worden onderkend dat zij uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor een bepaalde machine of voor een bepaald instrument, apparaat of toestel, dan wel voor verschillende onder een zelfde post vallende machines, instrumenten, apparaten of toestellen (die bedoeld bij de posten 90.10, 90.13 en 90.31 daaronder begrepen), worden ingedeeld onder de post waaronder deze machines, instrumenten, apparaten of toestellen vallen;”

Post 9002 luidt als volgt:

“Lenzen, prisma's, spiegels en andere optische elementen, ongeacht de stof waarvan zij zijn vervaardigd, gemonteerd, voor instrumenten, apparaten en toestellen, andere dan die van niet-optisch bewerkt glas”

Onderverdeling 9002 90 00 luidt als volgt:

“– andere”

De toelichting IDR op post 9002 luid, voor zover van belang, als volgt:

“Deze post omvat artikelen van de soorten, omschreven in de letters B, C en D van de toelichting IDR op post 90.01, voor zover zij zijn gemonteerd – dat wil zeggen gevat of gezet in een ring, lijst, rand, enz., opgesteld of aangebracht op een houder, enz. –, afzonderlijk worden aangeboden en bestemd zijn voor instrumenten, apparaten en toestellen. Het ligt evenwel voor de hand dat gemonteerde glazen voor de verbetering van de gezichtsscherpte, in feite brillen, lorgnetten en dergelijke artikelen bedoeld bij post 90.04, derhalve niet in aanmerking komen voor indeling onder post 90.02. Laatstgenoemde post betreft artikelen, die in hoofdzaak bestemd zijn om te worden aangebracht in of op andere elementen, om daarmede bepaalde apparaten of delen van apparaten te vormen, met uitzondering dus van voorwerpen, die als zodanig gebruiksartikelen zijn, zoals vergrootglazen (post 90.13) en spiegels voor medische of tandheelkundige doeleinden (post 90.18).

Onder post 90.02 worden dus ingedeeld:

1.

objectieven, voorzetlenzen, kleurfilters, zoekers, enz. voor fototoestellen, filmcamera’s en projectietoestellen;

2.

polarisatiefilters voor microscopen, voor polarimeters, enz.;

3.

oculairs en objectieven (polariserende oculairs en objectieven, daaronder begrepen) voor astronomische kijkers, binocles en verrekijkers, microscopen, enz.;

4.

gemonteerde prisma’s voor toestellen voor fysische of chemische analyse (polarimeters, enz.);

5.

gemonteerde spiegels voor telescopen, projectietoestellen, microscopen, medische en chirurgische instrumenten, enz.;

6.

optische elementen (gewone lenzen, traplenzen, enz.) voor vuurtorens en lichtboeien, gemonteerd in panelen of in cilinders;

7.

gemonteerde lenzen voor optische banken;

8.

gemonteerde drukrasters voor de grafische kunst.

Het objectief in een optisch instrument is de lens of het lenzensysteem dat naar het voorwerp is gericht en hiervan een beeld vormt. Het kan bestaan uit een enkele lens maar bestaat meestal uit een groep lenzen in een enkel vatting.

Oculairs of oogglazen zijn de lenzen of lenzenstellen van bedoelde toestellen, welke naar het oog zijn gekeerd en waardoor men een vergroot beeld van het voorwerp kan waarnemen.”

Post 9018 luidt als volgt:

“Instrumenten, apparaten en toestellen voor de geneeskunde, voor de chirurgie, voor de tandheelkunde of voor de veeartsenijkunde, daaronder begrepen scintigrafische en andere elektromedische apparaten en toestellen, alsmede apparaten en toestellen voor onderzoek van het gezichtsvermogen”

Onderverdeling 9018 90 20 luidt als volgt:

“– andere instrumenten, apparaten en toestellen

– – endoscopen”

De toelichting IDR op post 9018 luidt, voor zover van belang, als volgt:

“Deze post omvat een grote groep instrumenten, apparaten en toestellen, van ongeacht welk materiaal (edel metaal daaronder begrepen), die het kenmerk dragen dat het normaal gebruik daarvan in de regel de tussenkomst vergt van een persoon met een medische opleiding (huisarts, chirurg, tandarts, verloskundige, enz.), bij het stellen van een diagnose, bij het voorkomen of behandelen van een ziekte, bij het opereren, enz. Tot post 90.18 behoren eveneens instrumenten, apparaten en toestellen, voor de anatomie, de dissectie, de lijkschouwing, enz. en – onder bepaalde voorwaarden – instrumenten, apparaten en toestellen voor tandheelkundige laboratoria (zie onderdeel II hierna).

(…)

I. Instrumenten, apparaten en toestellen voor de geneeskunde en voor de chirurgie, die gebruikt worden bij onderzoek en behandeling van de mens.

Genoemd kunnen worden:

(…)

O. endoscopen, zijnde instrumenten om bepaalde organen van binnen te verlichten en te onderzoeken en, in sommige gevallen, ook te behandelen: voor de maag (gastroscopen), borstkas, buikvlies, longen, blaas (blaasspiegels of cystoscopen), urinebuis (uretroscopen) voor uit-, wegsnijding van delen of gehele organen uit hun natuurlijke samenhang (resectoscopen), hart (cardioscopen), darm (colonoscopen), nier (nefroscopen), keel (laryngoscopen), enz. Veel van deze instrumenten hebben een operatiekanaal dat groot genoeg is om een chirurgische ingreep uit te voeren met instrumenten met afstandsbediening. Endoscopen voor niet-medische doeleinden zijn echter uitgesloten (…).”

Overwegingen

1.

In geschil is de indeling van de [A] en het koppelstuk in de gecombineerde nomenclatuur. Eiseres staat primair indeling van de [A] en het koppelstuk in goederencode 9018 90 20 voor. Verweerder staat indeling van de [A] in goederencode 8521 90 00 en van het koppelstuk in goederencode 9002 90 00 voor. Subsidiair staat eiseres indeling van de [A] in goederencode 8471 41 00 voor.

2.

Eiseres stelt zich op het standpunt dat de [A] een product is dat in samenhang met andere apparatuur endoscopisch opereert. De [A] is als het ware een verlengstuk van de chirurg. De endoscoop en de camera zijn aangesloten op de [A], die zo alle gegevens ontvangt. Via de [A] worden alle gegevens (inclusief beelden) doorgegeven aan de schermen in de operatiekamer. De chirurg ontvangt via de [A] gegevens uit het patiëntendossier via de verbinding met het ziekenhuisnetwerk. Met behulp van de [A] kunnen de chirurgen kijken, diagnosticeren en direct overgaan tot de behandeling (repareren, verwijderen of verhelpen). De [A] is onmisbaar in de moderne operatiekamer. De [A] mag alleen door een bevoegde persoon worden gebruikt. De software is specifiek geschikt voor medische toepassingen. Gelet op de prijs en de beperkte functionaliteit is het zeer onwaarschijnlijk dat de [A] voor andere dan medische toepassingen of buiten een medische instelling wordt gebruikt. Gelet op de verkoopkanalen is het feitelijk uitgesloten dat de [A] aan andere afnemers wordt verkocht. Eiseres stelt zich subsidiair op het standpunt dat de [A] voldoet aan aantekening 5A op hoofdstuk 84. Op het moment van invoer beschikt de [A] alleen over Windows XP.

3.

Verweerder stelt zich op het standpunt dat de [A] ontworpen en bedoeld is om beelden vast te leggen en op te nemen en om informatie van endoscopische apparaten te documenteren en archiveren. Het opnemen en weergeven van beelden is de belangrijkste functie. De [A] is geen deel of toebehoren van de endoscoop. De [A] komt niet in contact met de patiënt en is niet onmisbaar voor de operatie. Het is mogelijk om de endoscoop aan een monitor te verbinden en op deze wijze de operatie uit te voeren. Dat de [A] de operatie gemakkelijker maakt, betekent nog niet dat post 9018 van toepassing is. De [A] voldoet niet aan aantekening 5A, punten 2 en 3, bij hoofdstuk 84. De [A] is niet vrij programmeerbaar voor de gebruiker, maar wordt voorgeprogrammeerd geleverd met specifieke software. De door de gebruiker te bepalen rekenkundige bewerkingen worden niet uitgevoerd als het apparaat wordt geleverd zoals gedemonstreerd en in de documentatie beschreven. Voorts staat aantekening 5E op hoofdstuk 84 aan indeling onder post 8471 in de weg. De [A] heeft een bijzondere uitrusting die het mogelijk maakt om beelden en geluid op te nemen en informatie van endoscopische instrumenten te documenteren en archiveren. Ook de wijze waarop de [A] wordt verhandeld maakt hem onderscheidend van een automatisch gegevensverwerkende machine. De [A] heeft een eigen functie.

4.

Blijkens de tekst omvat post 9018 instrumenten, apparaten en toestellen voor, voor zover van belang, de geneeskunde en de chirurgie. De rechtbank stelt voorop dat volgens de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie de bestemming van een product een objectief indelingscriterium kan zijn, namelijk wanneer die bestemming inherent is aan het product en deze inherentie kan worden beoordeeld aan de hand van de objectieve kenmerken en eigenschappen van het product. Verweerder heeft desgevraagd het standpunt van eiseres niet weersproken dat de [A] uitsluitend is bestemd voor gebruik voor de geneeskunde en de chirurgie. De rechtbank volgt dit standpunt, gelet op de gedemonstreerde werking, de specifieke functionaliteiten, de wijze van verkoop en de doelgroep van de [A].

5.

De Hoge Raad heeft in de uitspraak van 9 oktober 2009, nr. 07/12605 (ECLI:NL:HR:2009:BD9216) overwogen dat post 9018 - voor zover van belang - instrumenten, apparaten en toestellen voor de geneeskunde of voor de chirurgie omvat. De IDR toelichting, een belangrijk hulpmiddel bij de uitlegging van de draagwijdte van de verschillende tariefposten, stelt dat post 9018 een grote groep instrumenten, apparaten en toestellen omvat, van ongeacht welk materiaal, die het kenmerk dragen dat het normale gebruik daarvan in de regel de tussenkomst vergt van een persoon met een medische opleiding bij het stellen van een diagnose, bij het voorkomen of behandelen van een ziekte, bij het opereren, enz. In deze uitspraak heeft de Hoge Raad geoordeeld dat voor indeling in post 9018 geen vereiste is dat het product een direct instrumentele functie bij een medische ingreep heeft, maar dat ook bij ander gebruik dan direct verband houdend met een medische ingreep het product onder voornoemde post kan worden ingedeeld.

6.

Uit de technische beschrijving, de handleiding en de ter zitting uitgevoerde demonstratie blijkt genoegzaam dat de [A] uitsluitend wordt gebruikt voor endoscopie door bevoegde medici of hun goed opgeleide assistenten. De objectieve kenmerken en eigenschappen van de [A] kunnen tot geen andere conclusie leiden dan dat de [A] uitsluitend wordt gebruikt voor geneeskundige diagnose en behandeling van patiënten binnen een ziekenhuis of kliniek. De [A] stelt het operatieteam in staat om tijdens de operatie of het onderzoek in de patiënt te kijken, geeft het operatieteam toegang tot de gegevens die in het netwerk van het ziekenhuis zijn opgeslagen (niet alleen de administratieve patiëntgegevens, maar ook beelden van vorige ingrepen en röntgenfoto’s) en kan een printer aansturen om een combinatie van beelden en gegevens af te drukken, zodat deze na afloop met de patiënt kunnen worden besproken. Met de [A] wordt de kans op medische fouten verkleind en wordt de nazorg voor de patiënt verbeterd.

7.

Dat de [A] niet onmisbaar is, zoals verweerder onweersproken heeft gesteld, leidt niet tot een ander oordeel. De geneeskunde en de chirurgie zijn altijd in ontwikkeling en van meer geavanceerde medische apparaten en toestellen kan niet worden gezegd dat zij niet onmisbaar zijn, zij maken het werk van medici immers beter of gemakkelijker. De rechtbank acht dit argument van verweerder geen juiste maatstaf bij de beoordeling of een instrument, apparaat of toestel is bestemd voor de geneeskunde en de chirurgie.

8.

Op grond van hetgeen onder de punten 5 tot en met 7 is overwogen, komt de rechtbank tot het oordeel dat de [A] moet worden ingedeeld onder post 9018. Het gelijk is op dit punt aan eiseres.

9.

Eiseres stelt zich op het standpunt dat het koppelstuk een deel is van de endoscoop. Het koppelstuk verbindt de medische-camerakop met de endoscopische buis en is in staat om de beeldscherpte aan te passen via het objectief en de focusring. Het koppelstuk is ontwikkeld voor gebruik bij onderzoek in het menselijk lichaam. Het koppelstuk wordt samen met een compleet endoscopiesysteem geleverd aan ziekenhuizen. Het koppelstuk valt niet onder aantekening 2, onderdeel a, bij hoofdstuk 90. Het komt niet in een van de posten van de hoofdstukken 84, 85 en 90 voor. Op grond van aantekening 2, onderdeel b, bij hoofdstuk 90 valt het koppelstuk onder post 9018 (indelingsregel 1). Het koppelstuk is immers uitsluitend bestemd voor het endoscopiesysteem. Indien het voorgaande niet juist is, dient het koppelstuk op grond van laatstgenoemde aantekening eveneens te worden ingedeeld onder post 9018 en wel omdat het verbinden van de koppelingen aan de overige onderdelen van het endoscopische systeem het wezenlijke karakter van het koppelstuk vormt (indelingsregel 3b). Indien dit niet juist is, dient nog steeds indeling onder post 9018 plaats te vinden omdat de post die het laatst gerangschikt is, voorgaat (indelingsregel 3c).

10.

Verweerder is het met eiseres eens dat het koppelstuk een deel is van de endoscoop. Op grond van aantekening 2, onderdeel a, bij hoofdstuk 90 worden delen die als zodanig onder een post van hoofdstuk 90 kunnen worden ingedeeld, onder hun eigen post ingedeeld. Verweerder stelt zich op het standpunt dat het koppelstuk een objectief bevat dat erin is gemonteerd. Met de focusring kunnen de beeldscherpte en (optioneel) de zoom worden ingesteld. Het is in wezen een samengesteld artikel bestaande uit een verloopstuk waarop de camera geschroefd kan worden, een objectief met focusring en een klem voor bevestiging aan de endoscoop. Het wezenlijke karakter van het koppelstuk wordt bepaald door het objectief.

11.

Gelet op de objectieve kenmerken en eigenschappen van het koppelstuk is dit product aan te merken als een objectief. Het wezenlijke kenmerk van het koppelstuk wordt gevormd door het objectief en de focusring die het operatieteam in staat stellen om een scherp beeld te krijgen van het te onderzoeken of te opereren gebied. Dat het koppelstuk op maat gemaakte aansluitingen bevat, is logisch, maar verleent het koppelstuk niet zijn wezenlijke karakter. Het koppelstuk wordt immers niet gemonteerd om de endoscoop te verlengen, maar om een scherp beeld te krijgen dat desgewenst kan worden bijgesteld. Op grond van aantekening 2, onderdeel a, bij hoofdstuk 90 wordt het objectief onder zijn eigen post ingedeeld, te weten post 9002. Het gelijk is op dit punt aan verweerder.

12.

Gelet op het vorenoverwogene dient het beroep in zaak 13/3806 gegrond te worden verklaard en dient het beroep in zaak 13/3808 ongegrond te worden verklaard.

Proceskosten

De rechtbank veroordeelt verweerder in de door eiseres gemaakte proceskosten voor het beroep in zaak 13/3806. Deze kosten stelt de rechtbank op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 1.460 (1 punt voor het indienen van het bezwaarschrift, 1 punt voor het verschijnen ter hoorzitting met een waarde per punt van € 243, 1 punt voor het indienen van het beroepschrift, 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 487 en een wegingsfactor 1).

Voor de behandeling van de onderhavige beroepen is geen griffierecht in rekening gebracht.

Beslissing

Rechtsmiddel