Home

Rechtbank Noord-Holland, 06-11-2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:8893, AWB - 19 _ 2176

Rechtbank Noord-Holland, 06-11-2020, ECLI:NL:RBNHO:2020:8893, AWB - 19 _ 2176

Gegevens

Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Datum uitspraak
6 november 2020
Datum publicatie
13 november 2020
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2020:8893
Zaaknummer
AWB - 19 _ 2176

Inhoudsindicatie

Beroep kennelijk niet-ontvankelijk.

Uitspraak

Zittingsplaats Haarlem

Bestuursrecht

zaaknummer: HAA 20/2583

[X] , te [Z] , eiser,

en

de inspecteur van de Belastingdienst, Centrale administratieve processen, verweerder.

Procesverloop

Eiser heeft bij brief van 29 april 2020 beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van verweerder van 24 april 2020 inzake de naheffingsaanslag/boetebeschikking met nummer [#] .

Overwegingen

1. De rechtbank doet op grond van artikel 8:54 van de Awb uitspraak zonder zitting. Dit beroep zien mede op de opgelegde boete. De rechtbank is van oordeel dat de vereisten van een behoorlijk proces niet nopen tot een behandeling ter zitting.

2. Iemand die beroep instelt, moet op grond van artikel 6:5, eerste lid, aanhef en onder d, van de Awb in het beroepschrift de gronden van het beroep vermelden. Dat houdt in: zeggen op welke specifieke punten hij of zij het niet eens is met het bestreden besluit. Als dat niet gebeurt, kan de rechtbank na een herstelmogelijkheid het beroep op grond van artikel 6:6 van de Awb niet-ontvankelijk verklaren.

3. Eiser heeft geen beroepsgronden vermeld in het beroepschrift. De rechtbank heeft eiser bij aangetekende brief van 12 juni 2020 verzocht om binnen vier weken dit verzuim te herstellen. Nader onderzoek in het Track & Trace-systeem van PostNL heeft uitgewezen dat deze brief op 13 juni 2020 is bezorgd en dat is getekend voor ontvangst.

4. Eiser heeft binnen de gestelde termijn geen gronden ingediend. Eiser heeft geen reden gegeven voor dit verzuim. Er is dus niet gebleken van een verontschuldiging voor dit verzuim.

5. Het beroep is daarom kennelijk niet-ontvankelijk.

6. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.

Deze uitspraak is gedaan door mr. M.C. van As, rechter, in aanwezigheid van A.C. Karels, griffier. Deze uitspraak is gedaan op 6 november 2020.

Als gevolg van maatregelen rondom het coronavirus is deze uitspraak niet uitgesproken op een openbare uitsprakenzitting. Zodra het openbaar uitspreken weer mogelijk is, wordt deze uitspraak, voor zover nodig, alsnog in het openbaar uitgesproken.

griffier rechter

Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel