Rechtbank Noord-Holland, 07-07-2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:8836, C/15/339707 / JU RK 23-743
Rechtbank Noord-Holland, 07-07-2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:8836, C/15/339707 / JU RK 23-743
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 7 juli 2023
- Datum publicatie
- 6 september 2023
- ECLI
- ECLI:NL:RBNHO:2023:8836
- Zaaknummer
- C/15/339707 / JU RK 23-743
Inhoudsindicatie
De ouders en de kinderen hebben geprofiteerd van de geboden hulpverlening en de ouders willen graag dat de ondertoezichtstelling wordt verlengd. Er is volgens een opbouwschema aan thuisplaatsing van de kinderen gewerkt. Volgens dit schema verblijven de kinderen vanaf 21 juli 2023 volledig thuis. Gelet op voornoemde positieve ontwikkelingen, het feit dat de ouders zich hebben gecommitteerd aan de voorwaarden die door de GI zijn gesteld en er nog zicht blijft op het verloop van de thuisplaatsing door de continuering van de ondertoezichtstelling, is de kinderrechter van oordeel dat de machtiging tot uithuisplaatsing alleen tot 21 juli 2023 zou moeten worden verlengd. De machtiging tot uithuisplaatsing is toch met vier weken verlengd, zodat de Raad het niet verder verlengen van de machtiging tot uithuisplaatsing kan toetsen. De kinderrechter gaat er met de GI vanuit dat dit een louter formele kwestie betreft.
Uitspraak
Familie- en Jeugdrecht
Locatie Alkmaar
Zaaknummer: C/15/339707 / JU RK 23-743
Datum uitspraak: 7 juli 2023
Beschikking van de kinderrechter over een verlenging ondertoezichtstelling en verlenging machtiging tot uithuisplaatsing
in de zaak van
Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering,
locatie Velserbroek, hierna te noemen de GI,
betreffende
[de minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] te [plaats] ,
hierna te noemen: [de minderjarige 1] ,
[de minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] te [plaats] ,
hierna te noemen: [de minderjarige 2] ,
[de minderjarige 3] , geboren op [geboortedatum] te [plaats] ,
hierna te noemen: [de minderjarige 3] ,
[de minderjarige 4] , geboren op [geboortedatum] te [plaats] ,
hierna te noemen: [de minderjarige 4] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[de moeder] ,
hierna te noemen: de moeder,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres,
gemachtigde: [TP psycholoog] , TP psycholoog,
[de vader] ,
hierna te noemen: de vader,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres,
gemachtigde: [TP psycholoog] , TP psycholoog.
1 Het procesverloop
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de verzoeken van de GI ten aanzien van alle vier de kinderen, met bijlagen, van 19 mei 2023, ingekomen bij de griffie op 19 mei 2023;
- een op 3 juli 2023 ter griffie ingekomen schrijven van [TP psycholoog] namens de ouders;
- de toetsing door de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad), gedateerd 19 juni 2023, van het voorgenomen besluit om de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing na twee jaar te verlengen, ontvangen op 4 juli 2023.
Op 7 juli 2023 heeft de kinderrechter de zaak tijdens de mondelinge behandeling met gesloten deuren behandeld.
Verschenen zijn:- [de minderjarige 1] , die apart is gehoord;- de ouders, bijgestaan door [TP psycholoog] , TP psycholoog;
- [vertegenwoordiger Parlan] , namens Parlan;- [vertegenwoordiger van de GI] , namens de GI.
2 De feiten
De ouders zijn belast met het ouderlijk gezag over [de minderjarige 1] , [de minderjarige 2] , [de minderjarige 3] en [de minderjarige 4] .
De kinderen zijn op 11 januari 2021 voorlopig onder toezicht gesteld. De kinderrechter heeft op die datum ook een spoedmachtiging verleend tot uithuisplaatsing van de kinderen voor de duur van de ondertoezichtstelling, in een voorziening voor pleegzorg. Vervolgens zijn kinderen bij beschikking van 8 april 2021 onder toezicht gesteld, welke ondertoezichtstelling thans nog voortduurt tot 11 juli 2023. Op 8 april 2021 is ook een machtiging tot uithuisplaatsing verleend, die daarna telkens is verlengd, voor het laatst tot 11 juli 2023, in een accommodatie jeugdhulpaanbieder.
De minderjarigen verblijven op grond van genoemde machtiging uithuisplaatsing in een kleinschalige woonvoorziening van Parlan.
3 Het verzoek
De GI verzoekt de ondertoezichtstelling van [de minderjarige 1] , [de minderjarige 2] , [de minderjarige 3] en [de minderjarige 4] te verlengen voor de duur van zes maanden. Ook verzoekt De GI – na wijziging van haar verzoek ter zitting – een verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van [de minderjarige 1] , [de minderjarige 2] , [de minderjarige 3] en [de minderjarige 4] in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder voor de duur van zes weken. De GI verzoekt de beslissing uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
De GI heeft ter onderbouwing van het verzochte – samengevat – het volgende gesteld. Nadat de kinderen in januari 2021 uit huis zijn geplaatst en in de zomer van dat jaar in een kleinschalige woonvoorziening van Parlan zijn gaan wonen, zijn er veel ontwikkelingen geweest. Zowel voor de ouders als de kinderen is veel hulpverlening ingezet en er is gewerkt aan contactherstel tussen de gezinsleden. Na een zorgvuldige opbouw verblijven de kinderen inmiddels vanaf donderdagmiddag uit school tot zondagavond 19.00 uur bij hun ouders.
Er is veel verandering en groei zichtbaar bij de kinderen en de ouders. De kinderen volgen therapie of hebben die afgerond. De klachten en zorgen zijn op alle leefgebieden sterk verminderd. De opvoedingsvaardigheden van de ouders zijn vergroot en er is meer samenwerking en vertrouwen naar de hulpverlening, alsook in de onderlinge gezinsrelaties. Door deze positieve ontwikkelingen heeft Parlan het advies uitgebracht om de kinderen thuis bij hun ouders te laten wonen en opgroeien. Dit sluit aan bij de sterke wens van alle gezinsleden om bij elkaar te wonen. Er zijn nog wel risico’s en zorgen, met name rondom de draagkracht van de ouders en de blijvende neiging om zich af te sluiten en af te zetten tegen hulpverleners in perioden van stress wanneer zij zich onbegrepen en ongehoord voelen. Ook is er nog een gebrek aan zicht op de hulpverlening van de ouders. Om deze reden wordt geadviseerd om alleen aan terugplaatsing te werken als er intensieve (ambulante) begeleiding en behandeling wordt geboden in het gezin. Geadviseerd wordt om de gezinstherapie te continueren zoals deze nu wordt vormgegeven en de individuele behandelingen van de kinderen te laten voortduren. Daarnaast is intensieve ambulante begeleiding bij de ouders thuis nodig op meerdere momenten per week (ook in de avonden en weekenden) om hen te ondersteunen in het herkennen van behoeften van de kinderen en het adequaat afstemmen op deze behoeften. Met name in perioden van stress is het van belang dat er hulpverleners betrokken zijn om de ouders te ondersteunen. Deze hulpverleners dienen langdurig, intensief en onvoorwaardelijk betrokken te zijn om de ouders extern te (helpen) reguleren en om zicht te houden op de gezinssituatie.
Namens Parlan is ter zitting aangegeven dat hard is gewerkt aan het opbouwschema van het thuisverblijf van de kinderen, onder andere om een soepele overgang naar het volgende schooljaar te realiseren. Parlan ziet zeer bereidwillige ouders en een goede samenwerking met de hulpverlening.
De GI heeft verzocht om de ondertoezichtstelling slechts voor een periode van drie maanden te verlengen en de overige drie maanden die door de GI zijn verzocht aan te houden. De kinderen wonen deels nog op de woongroep. Volgens het opbouwschema zullen zij 21 juli 2023 volledig thuis wonen. De GI verzoekt om de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen met de duur van zes weken, zodat de GI haar besluit om de machtiging tot uithuisplaatsing te beëindigen kan laten toetsen door de Raad. De GI zal aan de ouders in een brief of in een schriftelijke aanwijzing nog als voorwaarde stellen voor de beëindiging van de machtiging tot uithuisplaatsing dat zij open staan voor de hulpverlening van Parlan en voor de individuele therapie van de kinderen. De ouders hebben zich hieraan gecommitteerd. Gelet hierop is de GI van mening dat er geen reden is om af te wijken van het opbouwschema en gaat zij ervan uit dat de kinderen vanaf 21 juli 2023 weer bij de ouders verblijven. Feitelijk is de plek voor de kinderen in de kleinschalige woonvoorziening dan al opgeheven en plekken waar de vier kinderen samen kunnen verblijven zijn schaars.