Rechtbank Noord-Holland, 08-12-2025, ECLI:NL:RBNHO:2025:14335, AWB - 24 _ 2212
Rechtbank Noord-Holland, 08-12-2025, ECLI:NL:RBNHO:2025:14335, AWB - 24 _ 2212
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Noord-Holland
- Datum uitspraak
- 8 december 2025
- Datum publicatie
- 23 december 2025
- Zaaknummer
- AWB - 24 _ 2212
- Relevante informatie
- Art. 11 Wet MRB 1994, Art. 23a Wet MRB 1994, Art. 5aa Uitv besl MRB 1994, Art. 6:8 Awb, Art. 6:9 Awb, Art. 22j AWR, Art. 63 AWR
Inhoudsindicatie
Eiser maakte bezwaar tegen twee naheffingsaanslagen motorrijtuigenbelasting, die volgens hem ten onrechte naar het normale tarief waren opgelegd, terwijl het kampeerautotarief van toepassing had moeten zijn. De rechtbank oordeelde dat eiser, op basis van onjuiste informatie van controleambtenaren, in de veronderstelling verkeerde dat geen apart verzoek nodig was voor het kampeerautotarief. Hierdoor werd het tarief niet tijdig toegepast. Het beroep van eiser op het vertrouwensbeginsel slaagt daarom. De rechtbank verklaart de beroepen gegrond en oordeelt dat de naheffingsaanslagen moeten worden herzien, met toepassing van het kampeerautotarief over de betreffende perioden.
Uitspraak
Zittingsplaats Haarlem
Bestuursrecht
zaaknummers: HAA 24/2212 en HAA 24/2213
(gemachtigde: mr. J.R.R. Oevering),
en
Procesverloop
HAA 24/2212 (naheffingsaanslag 1)
Verweerder heeft aan eiser met dagtekening 14 augustus 2023 over het tijdvak 16 mei 2023 tot en met 21 juni 2023 een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting opgelegd ten bedrage van € 57, alsmede bij beschikking een boete van € 55.
Verweerder heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar van 8 maart 2024 het bezwaar van eiser niet-ontvankelijk verklaard wegens overschrijding van de bezwaartermijn. Verweerder heeft het bezwaar bij gelijktijdige beschikking ambtshalve beoordeeld en afgewezen.
HAA 24/2213 (naheffingsaanslag 2)
Verweerder heeft aan eiser met dagtekening 7 september 2023 over het tijdvak 22 juni 2023 tot en met 21 september 2023 een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting opgelegd ten bedrage van € 700, alsmede bij beschikking een boete van € 55.
Verweerder heeft bij in één geschrift vervatte uitspraken op bezwaar van 8 maart 2024 de naheffingsaanslag en de boetebeschikking gehandhaafd.
Beide zaken
Eiser heeft beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 12 november 2025 te Haarlem.
Eiser is verschenen, bijgestaan door [naam 1] alsmede de gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. [naam 2] en [naam 3] .