Home

Rechtbank Noord-Nederland, 30-06-2021, ECLI:NL:RBNNE:2021:2705, AWB LEE - 20 _ 1767 en 21 _ 1868

Rechtbank Noord-Nederland, 30-06-2021, ECLI:NL:RBNNE:2021:2705, AWB LEE - 20 _ 1767 en 21 _ 1868

Gegevens

Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Datum uitspraak
30 juni 2021
Datum publicatie
7 juli 2021
ECLI
ECLI:NL:RBNNE:2021:2705
Zaaknummer
AWB LEE - 20 _ 1767 en 21 _ 1868

Inhoudsindicatie

Eiseres heeft in 2018 een oudere werknemer in dienst waarvoor zij in aanmerking kan komen voor een zogenaamd loonkostenvoordeel uit de Wet tegemoetkoming loondomein.

De salarisadministrateur van eiseres zet onbedoeld het vinkje waarmee eiseres aanvankelijk een aanvraag heeft gedaan voor het loonkostenvoordeel uit. Volgens verweerder heeft eiseres daarmee haar verzoek ingetrokken. Verweerder deelt daarom in juli 2019 aan eiseres mee dat ze geen recht heeft op het loonkostenvoordeel. Eiseres komt tegen die mededeling in bezwaar, welk bezwaar verweerder als verzoek opvat. Dat verzoek wordt vervolgens afgewezen door verweerder. Tegen die afwijzing gaat eiseres vervolgens ook in bezwaar. Dat bezwaar wordt door verweerder doorgestuurd aan de rechtbank.

De rechtbank stelt voorop dat eiseres tweemaal bezwaar heeft gemaakt, en dat verweerder op beide bezwaren nog niet beslist heeft. Uit proceseconomische overwegingen wordt ter zitting afgesproken dat de rechtbank beide bezwaren als rechtstreekse beroepen zal behandelen.

Ter zitting is reeds besproken dat de rechter eerst zal moeten oordelen over zijn bevoegdheid om inhoudelijk kennis te nemen van de rechtstreekse beroepen, en als hij bevoegd is, over de ontvankelijkheid van de rechtstreekse beroepen.

Ten aanzien van beide rechtstreekse beroepen beoordeelt de rechtbank eerst hoe verweerders brieven waartegen die beroepen zijn gericht geduid moeten worden. Vervolgens verklaart de belastingrechter zich onbevoegd (zie overwegingen 6.1. t/m 7.2.). De rechtbank komt daarom niet toe aan een inhoudelijk oordeel. In dit geval is enkel de burgerlijke rechter bevoegd om te oordelen.

Uitspraak

Zittingsplaats Groningen

Bestuursrecht

zaaknummers: LEE 20/1767 en LEE 21/1868

uitspraak van de enkelvoudige belastingkamer van 30 juni 2021 in de zaken tussen

en

(gemachtigde: [gemachtigde van verweerder] ).

Procesverloop

Bij brief met dagtekening 25 juli 2019 heeft verweerder aan eiseres medegedeeld dat zij geen recht heeft op een tegemoetkoming uit hoofde van de Wet tegemoetkoming loondomein (hierna: Wtl).

Op 1 oktober 2019 heeft verweerder van eiseres een tegen de mededeling gericht bezwaarschrift ontvangen.

Verweerder heeft het bezwaarschrift opgevat als verzoek om een beschikking Wtl.

Bij brief met dagtekening 5 februari 2020 heeft verweerder het verzoek afgewezen.

Bij brief met dagtekening 13 februari 2020, door verweerder ontvangen op 18 februari 2020, heeft eiseres bezwaar gemaakt tegen de beslissing op het verzoek.

Na telefonisch overleg met eiseres heeft verweerder het bezwaar van 13 februari 2020 als beroepschrift doorgestuurd naar Rechtbank Midden-Nederland.

Rechtbank Midden-Nederland heeft het beroepschrift doorgestuurd naar Rechtbank NoordNederland.

Op 4 november 2020 heeft verweerder telefonisch contact gehad met eiseres.

Bij brief met dagtekening 13 november 2020 heeft verweerder het gespreksverslag van het telefonisch contact vergezeld van twee bijlagen aan de rechtbank overgelegd.

Verweerder heeft vervolgens een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 23 juni 2021. Eiseres heeft zich laten vertegenwoordigen door [middellijk bestuurder van eiseres] . Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde, bijgestaan door [bijstand verweerder] .

Overwegingen

Feiten

1. De rechtbank neemt de volgende, door partijen niet betwiste, feiten als vaststaand aan.

1.1.

In de loonaangiften van eiseres voor de tijdvakken december 2017, januari 2018 en februari 2018 staat de indicatie premiekorting/LKV oudere werknemer op ‘Nee’.

1.2.

Middels een correctie op de loonaangifte heeft eiseres op 22 maart 2018 voor de tijdvakken oktober 2017 tot en met februari 2018 de indicatie premiekorting/LKV oudere werknemer op ‘Ja’ gezet.

1.3.

In de loonaangiften van eiseres voor de tijdvakken maart 2018 tot en met december 2018 staat de indicatie premiekorting/LKV oudere werknemer steeds op ‘Ja’.

1.4.

Middels een correctiebericht heeft eiseres op 7 februari 2019 voor de tijdvakken januari 2018 tot en met december 2018 de indicatie premiekorting/LKV oudere werknemer op ‘Nee’ gezet.

1.5.

Bij brief van 12 maart 2019 heeft het UWV aan eiseres een voorlopige berekening Wet tegemoetkoming loondomein gestuurd. Deze brief luidt – voor zover hier van belang – als volgt:

Op basis van uw aangiften loonheffingen over 2018, hebben wij berekend dat u in aanmerking komt voor een of meer tegemoetkomingen uit de Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl). In deze brief leest u meer hierover.

(…)

Voorlopige berekening

- LKV oudere werknemer € 6.000

Totaalbedrag aan tegemoetkomingen Wtl over 2018 € 6.000

Als de voorlopige berekening niet klopt

U hebt toch geen recht op een tegemoetkoming Wtl

Geef een kopie aan uw intermediair

U kunt geen bezwaar maken

Wanneer volgt uitspraak op uw verzoek?

“Betreft: Uw verzoek inzake Wtl

U cliënt heeft geen recht op het loonkostenvoordeel

U kunt geen bezwaar maken

Beslissing

Rechtsmiddel