Home

Rechtbank Overijssel, 31-07-2018, ECLI:NL:RBOVE:2018:2954, 6786818 \ CV EXPL 18-1671

Rechtbank Overijssel, 31-07-2018, ECLI:NL:RBOVE:2018:2954, 6786818 \ CV EXPL 18-1671

Gegevens

Instantie
Rechtbank Overijssel
Datum uitspraak
31 juli 2018
Datum publicatie
14 augustus 2018
ECLI
ECLI:NL:RBOVE:2018:2954
Zaaknummer
6786818 \ CV EXPL 18-1671

Inhoudsindicatie

Auto van 12 jaar oud met 300.000 km op de teller valt na 2 weken uit met motorproblemen. In de gegeven omstandigheden geen sprake van non-conformiteit.

Uitspraak

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Zwolle

Zaaknummer : 6786818 \ CV EXPL 18-1671

Vonnis van 31 juli 2018

in de zaak van

[eiser] ,

wonende te [plaats 1] ,

eisende partij, hierna te noemen [eiser] ,

gemachtigde: mr. A.M. Avedissian,

tegen

[gedaagde] ,

wonende te [plaats 2] ,

gedaagde partij, hierna te noemen [gedaagde] ,

gemachtigde: J.A.M. Drinkenburg (DAS).

1 De procedure

1.1.

Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:

- het tussenvonnis van 17 april 2018

- het proces-verbaal van de comparitie van 3 juli 2018 en de reactie daarop van de zijde van [eiser] .

1.2.

Hierna is vonnis bepaald.

2 De feiten

2.1.

[eiser] heeft [gedaagde] op enig moment een zoekopdracht gegeven voor een Volvo V70 D5.

2.2.

Op 6 oktober 2017 hebben partijen mondeling een koopovereenkomst gesloten voor een Volvo V70 D5 uit 2005 met [kenteken] (hierna te noemen de Volvo). De kilometerstand van deze auto bedroeg op dat moment ongeveer 300.000.

2.3.

[eiser] heeft op 6 en 9 oktober 2017 een bedrag van € 3.000,00 aan [gedaagde] betaald.

2.4.

De Volvo is op 20 oktober 2017 op naam van [eiser] gezet.

2.5.

Op 21 oktober 2017 heeft [eiser] bij [gedaagde] melding gemaakt van haperende en luidruchtige ruitenwissers en een haperende deurvergrendeling.

2.6.

Op 4 november 2017 heeft de motor van de Volvo het begeven. De auto is vervolgens weggesleept door de ANWB en [eiser] heeft een vervangende auto van de ANWB in gebruik gekregen.

2.7.

Per e-mail van 5 november 2017 heeft [eiser] aan [gedaagde] gemeld dat de Volvo naar zijn bedrijf gebracht zal worden en gevraagd hoe deze gerepareerd zal worden.

2.8.

Op 6 november 2017 is de Volvo naar de garage van [gedaagde] gebracht en heeft [eiser] een leenauto van [gedaagde] ter beschikking gesteld gekregen.

2.9.

Op 23 november 2017 heeft [gedaagde] [eiser] het aanbod gedaan om tegen bijbetaling van een bedrag van € 2.000,00 de Volvo te vervangen door een Jaguar S-type 3.0 (hierna te noemen de Jaguar).

2.10.

[eiser] heeft de Jaguar laten keuren door Mijn Autocoach B.V. Op advies van dit bedrijf is [eiser] niet tot aanschaf van de Jaguar overgegaan.

2.11.

[eiser] heeft voor voornoemde keuring een factuur van € 349,00 ontvangen.

2.12.

In een e-mail van [eiser] aan [gedaagde] d.d. 28 november 2017 staat onder meer het volgende vermeld:

“Ik heb diverse keren gebeld naar de status van de reparatie, deze was en is voor mij nog steeds grotendeels onbekend.

(...) Na inmiddels meerdere contacten met u geef ik u nog eenmaal de kans om de V70 voor komend weekend te repareren en in goede staat aan mij te leveren (zie ook de BOVAG garantieregelementen). (...) Wanneer dit niet gebeurd, wens ik de koop te ontbinden en verzoek ik u per ommegaande de eur 6.000,00 aan mij over te maken.” 2.13. [eiser] heeft op 4 december 2017 de leenauto bij [gedaagde] ingeleverd. Per aangetekende brief van diezelfde datum heeft [eiser] [gedaagde] in gebreke gesteld en hem gesommeerd om uiterlijk op 8 december 2017 zijn verplichtingen jegens hem na te komen.

2.14.

Bij brief van 7 december 2017 heeft [gedaagde] op voornoemde brief gereageerd. In deze brief staat onder meer vermeld:

“Wij hebben u meerdere oplossingen aangeboden, maar vanaf uw zijde zien wij alleen de reactie waarin u aanstuurt op een juridisch procedure.

(...) Wij zijn nog steeds bereid om deze zaak met u te bespreken, en om hierin ook tot een voor u aanvaardbare oplossing te komen.”

2.15.

Per e-mail van 9 december 2017 heeft [eiser] de koopovereenkomst met [gedaagde] ontbonden. Deze ontbinding is bij brief van 11 december 2017 door de gemachtigde van [eiser] bevestigd.

2.16.

Bij brief van 8 januari 2018 is namens [gedaagde] aan de gemachtigde van [eiser] kenbaar gemaakt dat [gedaagde] bereid is het motorblok van de Volvo te vervangen.

2.17.

[eiser] heeft een brief van de RDW d.d. 24 januari 2018 ontvangen dat de Volvo vóór 18 maart 2018 APK-goedgekeurd diende te zijn.

2.18.

Op 15 februari 2018 heeft [eiser] ten laste van [gedaagde] conservatoir derdenbeslag laten leggen onder de Rabobank.

2.19.

De Volvo staat nog altijd op het terrein van [gedaagde] . Langs dit terrein loopt een stoep en langs die stoep een openbare weg.

2.20.

[gedaagde] heeft een aan [eiser] gerichte factuur d.d. 20 oktober 2017 overgelegd waarop als verkoopprijs van de Volvo een bedrag van € 3.950,00 vermeld staat. Op deze factuur staat tevens vermeld “Garantie N.V.T.”. [gedaagde] heeft ook een aan [eiser] gerichte factuur d.d. 4 december 2017 ad € 2.049,99 overgelegd.

2.21.

Het bedrijf van [gedaagde] is lid van de BOVAG.

3 Het geschil

3.1.

Na wijziging van eis vordert [eiser] bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:

- voor recht te verklaren dat [eiser] de koopovereenkomst met [gedaagde] op 9 december 2017 buitengerechtelijke heeft ontbonden, dan wel dat deze op de kortst mogelijke termijn wordt ontbonden;

- [gedaagde] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 6.000,00 aan [eiser] ter zake van de ongedaanmakingsverplichting tot terugbetaling van de koopsom in het kader van de koopovereenkomst, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der betaling tot aan die van terugbetaling;

- [gedaagde] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 2.011,75 als schadevergoeding voor de aanvullend gemaakte kosten, te vermeerderen met de wettelijke rente;

- [gedaagde] te veroordelen om binnen drie dagen na betekening van dit vonnis de tenaamstelling van de Volvo te realiseren op naam van Autobedrijf Eriton en vervolgens een vrijwaringsbewijs aan [eiser] te overhandigen, zulks op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 per dag of dagdeel dat [gedaagde] dit bevel niet naleeft;

- [gedaagde] te veroordelen tot betaling van de kosten van beslagen die [eiser] ten laste van [gedaagde] heeft gelegd;

- [gedaagde] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 740,30 aan [eiser] ter zake van de buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot de dag der algehele voldoening;

- [gedaagde] te veroordelen in de kosten van deze procedure, de nakosten daaronder begrepen, te voldoen binnen tien dagen na heden en – zo hij die proceskosten niet binnen die termijn voldoet – te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten gerekend vanaf de laatste dag van de voldoeningstermijn.

3.2.

[eiser] legt aan deze vorderingen het navolgende ten grondslag. De Volvo voldoet niet aan de overeenkomst, nu deze vanaf de eerste dag kampte met diverse kleine gebreken en na twee weken dienst heeft geweigerd. Van een auto waarvoor € 6.000,00 betaald is mag verwacht worden dat deze gedurende een aanzienlijk langere tijd op normale wijze gebruikt mag worden. Van groot belang in dat kader is eveneens dat [eiser] volgens de BOVAG-reglementen drie maanden recht had op een reparatiegarantie. Ondanks deze garantie is (een aanbod tot) herstel uitgebleven. Aldus heeft [gedaagde] niet voldaan aan zijn verplichtingen op grond van artikel 7:21 lid 1 sub b en c jo. lid 3 BW. [eiser] kon daarom de overeenkomst met hem ontbinden op grond van artikel 7:17 jo 7:22 lid 1 sub a BW. Dit leidt ertoe dat op [gedaagde] de ongedaanmakingsverplichting rust om de koopprijs van

€ 6.000,00 aan [eiser] terug te betalen. Op grond van artikel 7:24 lid 1 BW kan [eiser] eveneens aanspraak maken op vergoeding van de schade die hij heeft geleden door de non-conformiteit van de Volvo. Dit betreft de kosten van de aankoopkeuring door Mijn Autocoach B.V., kosten die gemaakt zijn voor het huren van een auto, de betaalde wegenbelasting en verzekeringspremies, alsmede kosten voor het aanvragen van een schorsing van de APK-keuring. [eiser] heeft bovendien diverse pogingen moeten (laten) ondernemen om tot voldoening van zijn vordering buiten rechte te komen. De ter zake daarvan gemaakte kosten dienen ook voor rekening van [gedaagde] te komen.

3.3.

[gedaagde] heeft verweer gevoerd. Voor zover van belang, zal dit verweer hierna worden besproken.

4 De beoordeling

5 De beslissing