Home

Rechtbank Rotterdam, 06-04-2016, ECLI:NL:RBROT:2016:2549, 4826224

Rechtbank Rotterdam, 06-04-2016, ECLI:NL:RBROT:2016:2549, 4826224

Inhoudsindicatie

In geschil is of gedaagde, met het aanbieden van aanvullende arbeidsvoorwaarden aan de werknemers, in strijd handelt met de ondernemings-cao. Eisers vinden van wel en vorderen dat gedaagde dit aanbod intrekt. Geoordeeld wordt dat sprake is van een standaard-cao die niet uitputtend is. Sommige aanvullende arbeidsvoorwaarden zijn wel in strijd met de cao, andere niet. Voor zover er sprake is van een inbreuk, slaagt het beroep van gedaagde op artikel 6:248 BW. Het buiten toepassing verklaren van het aanbod van gedaagde leidt tot een resultaat dat naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. De vordering van eisers wordt afgewezen.

Uitspraak

zaaknummer: 4826224 / VV EXPL 16-69

uitspraak: 6 april 2016

vonnis in kort geding ex artikel 254 lid 4 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,

in de zaak van

1 de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid

CNV Vakmensen.nl,

gevestigd te Utrecht,

eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie,

tevens verweerster in het incident tot voeging,

gemachtigde: mr. A.T. Chinnoe te Utrecht,

2. de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid

Federatie Nederlandse Vakbeweging,

gevestigd te Amsterdam,

eiseres in conventie, verweerster in voorwaardelijke reconventie,

tevens verweerster in het incident tot voeging,

gemachtigde: mr. M.J.M. Postma te Utrecht,

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

APM Terminals Rotterdam B.V.,

gevestigd te Rotterdam,

gedaagde in conventie, eiseres in voorwaardelijke reconventie,

tevens verweerster in het incident tot voeging,

gemachtigde: mr. R.E.N. Ploum te Rotterdam,

en

de ondernemingsraad van APM Terminals B.V.,

gevestigd te Rotterdam,

eiser in het incident tot voeging,

gemachtigde: mr. W.J. van den Bos te Rotterdam.

Partijen worden hierna afzonderlijk “CNV”, “FNV”, “APMTR” respectievelijk “de ondernemingsraad” genoemd. CNV en FNV worden gezamenlijk “de vakbonden” genoemd.

1 Het verloop van de procedure

1.1

De kantonrechter heeft kennis genomen van de inhoud van de volgende processtukken:

- de dagvaarding in kort geding van 19 februari 2016, met producties;

- de conclusie van antwoord in conventie tevens van voorwaardelijke eis in reconventie, met producties, van APMTR;

- de incidentele conclusie tot voeging van de ondernemingsraad;

- de fax zijdens de vakbonden d.d. 18 maart 2016, met aanvullende producties;

- de ter gelegenheid van de mondelinge behandeling overgelegde pleitaantekeningen door de gemachtigden van iedere partij.

1.2

Bij deze rechtbank is tevens aanhangig een procedure in kort geding met zaaknummer 4818826 / VV EXPL 16-59, waarin CNV en FNV als eiseressen optreden en APM Terminals Maasvlakte II B.V. (hierna: “APMT MVII”) als gedaagde.

1.3

In beide procedures heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden op 21 maart 2016.

Namens CNV is dhr. A. van Damme (vakbondsbestuurder) verschenen, bijgestaan door

mr. A.T. Chinnoe. Namens FNV is dhr. [L.] (bestuurder FNV Havens) verschenen, bijgestaan door mr. M.J.M. Postma. Namens APMTR is dhr. [H.] (managing director) verschenen, bijgestaan door mr. R.E.N. Ploum. Namens de ondernemingsraad is mr. W.J. van den Bos verschenen. Namens APMTMV is dhr. [V.] verschenen, bijgestaan door mr. J.H. Even.

Ter zitting hebben partijen hun standpunten nader toegelicht. Van het verhandelde ter zitting is door de griffier aantekening gehouden.

1.4

De uitspraak in beide zaken is bepaald op heden.

2 De vaststaande feiten

Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet (voldoende) gemotiveerd weersproken staat tussen partijen – voor zover thans van belang – het volgende vast:

2.1

APMTR houdt zich bezig met de ontwikkeling en de commerciële exploitatie van een containerterminal. De activiteiten bestaan uit laad-, los- en overslagactiviteiten voor de zeevaart.

2.2

De werknemers van APMTR vallen onder de ondernemings-CAO die APMTR heeft gesloten met de vakbonden en die loopt van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2017 (hierna: “de CAO”).

2.3

In de CAO is onder meer het volgende vermeld:

“(...)

Artikel 2: Vaststelling van de loon- en arbeidsvoorwaarden

De loon- en arbeidsvoorwaarden voor de werknemers zijn vastgesteld gelijk omschreven in de artikelen van deze overeenkomst, alsmede de aan deze overeenkomst gehechte en – overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 – alsnog te hechten bijlagen, welke door partijen zijn gewaarmerkt.

Artikel 3: Aanvullingen en wijzigingen van de loon- en arbeidsvoorwaarden

Partijen keuren bij voorbaat goed dat loon- en arbeidsvoorwaarden, welke na ondertekening van deze overeenkomst tussen partijen mochten worden overeengekomen, alsnog aan deze overeenkomst zullen worden gehecht.

Bij tussentijdse wijziging of aanvulling ten gevolge van algemeen overleg over de in deze overeenkomst genoemde en door partijen gewaarmerkte loon- en arbeidsvoorwaarden, zullen deze gewijzigde of nieuwe loon- en arbeidsvoorwaarden eveneens aan deze overeenkomst worden gehecht en door partijen worden gewaarmerkt.

Deze overeenkomt blijft overigens onveranderd van kracht.

Artikel 4: Buitengewone veranderingen in de algemeen sociaal-economische verhoudingen

In geval van buitengewone veranderingen in de algemeen sociaal-economische verhoudingen in Nederland en/of wijzigingen in de loon- en prijspolitiek van de regering zijn zowel ondergetekende onder 1 als ondergetekenden onder 2 gerechtigd tijdens de duur van de overeenkomst wijzigingen van de overeenkomst, welke met deze veranderingen in direct verband staan, aan de orde te stellen.

Partijen zijn in deze gevallen verplicht de aan de orde gestelde voorstellen in behandeling te nemen. (...)

Artikel 6: Verplichtingen van de werkgever

De ondergetekende onder 1 verbindt zich tegenover de ondergetekenden onder 2 de werknemers op geen andere voorwaarden arbeid te laten verrichten dan de in artikel 2 genoemde. (...)

Artikel 9: Afwijkende regelingen

In bijzondere gevallen kan van deze loon- en arbeidsvoorwaardenregeling worden afgeweken, indien hierover tussen partijen overeenstemming is bereikt.

(...)”

2.4

Vanaf februari 2015 voeren de bedrijven in de containersector in de haven van Rotterdam (hierna: “de containerbedrijven”), waaronder APMTR en APMT MVII, overleg met de vakbonden over een werkgelegenheidsplan voor de gehele sector, onder leiding van het Havenbedrijf Rotterdam. Eind november 2015 hebben de vakbonden een voorultimatum gesteld aan de containerbedrijven. Op 11 december 2015 hebben de containerbedrijven een tegenbod gedaan. De vakbonden hebben dit bod niet geaccepteerd. Bij brieven van

31 december 2015 hebben de vakbonden een ultimatum gesteld aan de containerbedrijven.

Op 7 januari 2016 heeft een 24-uurs staking plaatsgevonden.

2.5

Op 6 januari 2016 heeft APMTR een ‘Akkoord Werkgelegenheid APMT Rotterdam BV’ (hierna: “het Akkoord”) gesloten met de ondernemingsraad met betrekking tot de werkgelegenheidsgarantie, schadeloosstelling bij boventalligheid, uitbreiding van de Senioren Fit regeling en een vergoeding indien een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd niet wordt verlengd.

2.6

Op 7 januari 2016 heeft APMTR naar aanleiding van het Akkoord een aanvulling op de individuele arbeidsovereenkomst (hierna: “de Aanvulling”) opgesteld en deze naar alle werknemers verzonden, met het verzoek bij akkoord de Aanvulling te ondertekenen en retour te zenden aan APMTR.

2.7

In de Aanvulling is het volgende vermeld:

“Als aanvulling op uw individuele arbeidsovereenkomst met APM Terminals Rotterdam B.V. (APMTR) gelden de onderstaande voorwaarden:

1. APMTR garandeert de werkgelegenheid en bijbehorend inkomen tot 01 juli 2020 voor u, indien u op 06 januari 2016 een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd met APMTR heeft. Deze garantie geldt niet voor een ontslag op grond van andere redenen dan om bedrijfseconomische of organisatorische redenen.

2. In geval er sprake is van boventalligheid vanaf 01 juli 2020 tot 01 juli 2021 zal een aanbod voor beëindiging van het dienstverband op initiatief van werkgever worden gedaan, dan wel zal een ontslagprocedure worden gevoerd en uw dienstverband worden opgezegd, waardoor uw dienstverband zal eindigen hetzij via een vaststellingsovereenkomst dan wel na een ontslagprocedure. Als schadeloosstelling geldt in deze situatie de “kantonrechtersformule 2008 met een correctiefactor 2”.

3. De bestaande Senioren Fit regelingen bij APMTR worden per 01 juli 2016 voor geboortejaren 1952-1953-1954-1955-1956 uitgebreid.

Indien u geboren bent in één van deze jaren, kunt u vanaf de leeftijd van 60 jaar, gedurende maximaal 5 jaar 60% werken tegen betaling van 95% van het loon en met behoud van 100% pensioenopbouw.

Indien u met ingang van 01 juli 2016 of later gaat deelnemen aan de (uitgebreide) Senioren Fit regeling geldt een eenmalige extra dienstjarenpremie van € 5.000 bruto. Als voorwaarde geldt dat u aansluitend aan de periode van gebruikmaking aan de (uitgebreide) Senioren Fit regeling uiterlijk op uw 65-jarige leeftijd met pensioen gaat. De mogelijke toetreding tot deze uitgebreide Senioren Fit regeling geldt tot 01 juli 2020. Indien u in de periode van 01 juli 2016 tot 01 juli 2020 gebruik bent gaan maken van de uitgebreide Senioren Fit regeling kan u onder de geldende voorwaarden gebruik blijven maken van deze regeling tot het moment van pensionering.

4. Indien u op 06 januari 2016 een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd heeft, en uw overeenkomst niet wordt verlengd of omgezet in een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, biedt APMTR u een vergoeding naar rato van € 4.500 bruto per gewerkt jaar, dus maximaal € 9.000 bruto indien uw arbeidsovereenkomst na 2 jaar niet wordt omgezet in een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.”

2.8

Bij brieven van 11 januari 2016 hebben de vakbonden APMTR erop gewezen dat zij met het aanbieden van de Aanvulling de CAO niet naleeft en hebben zij APMTR verzocht dit aanbod aan haar werknemers in te trekken.

2.9

Inmiddels heeft circa 80% van de werknemers van APMTR ingestemd met de Aanvulling.

3 De incidentele vordering tot voeging en de stellingen van partijen

4 De vordering in conventie en de stellingen van partijen

5 De voorwaardelijke vordering in reconventie en de stellingen van partijen

6 De beoordeling van het geschil

7 De beslissing