Home

Rechtbank Rotterdam, 02-06-2017, ECLI:NL:RBROT:2017:6136, 4816866

Rechtbank Rotterdam, 02-06-2017, ECLI:NL:RBROT:2017:6136, 4816866

Gegevens

Instantie
Rechtbank Rotterdam
Datum uitspraak
2 juni 2017
Datum publicatie
13 september 2017
ECLI
ECLI:NL:RBROT:2017:6136
Zaaknummer
4816866

Inhoudsindicatie

Agentuurovereenkomst

Uitspraak

zaaknummer: 4816866 \ CV EXPL 16-6468

uitspraak: 2 juni 2017

vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,

in de zaak van

[eiser] h.o.d.n. [handelsnaam],

wonende te [plaatsnaam],

eiser bij exploot van dagvaarding van 8 februari 2016,

gemachtigde: mr. M.K. van den Berge te Den Haag,

tegen

1 de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Chemitec B.V.,

gevestigd te Moerdijk (gemeente Zevenbergen) en

2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Youngco Invest B.V.,

gevestigd te Moerdijk (gemeente Zevenbergen),

gedaagden,

gemachtigde: mr. E.C.G. van Loon.

en

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

Brinkman Agro B.V.,

gevestigd te 's-Gravenzande,

derde in de zin van artikel 118 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv),

gemachtigde: mr. J.A.J. Hendriks.

Partijen worden hierna aangeduid als “[handelsnaam]”, “Chemitec”, Youngco” en “Brinkman”.

1 Het verloop van de procedure

Het verloop van de procedure volgt uit de volgende processtukken, waarvan de kantonrechter kennis heeft genomen.

-

het exploot van dagvaarding van 8 februari 2016 aan Chemitec en Youngco, met producties;

-

het exploot van dagvaarding ex artikel 118 Rv van 8 februari 2016 aan Brinkman, met producties;

-

de akte van depot inhoudende een USB-stick met daarop twee geluidsfragmenten;

-

de conclusie van antwoord van Brinkman;

-

de conclusie van antwoord van Chemitec en Youngco, met producties;

-

de conclusie van repliek, tevens wijziging van eis, met producties;

-

de conclusie van dupliek van Brinkman;

-

de conclusie van dupliek van Chemitec en Youngco, met producties;

-

de akte uitlating producties van [handelsnaam];

-

de akte bij pleidooi van [handelsnaam], inhoudende producties 35 tot en met 50;

-

de akte overlegging producties van Chemitec en Youngco, inhoudende producties 25 tot en met 28;

-

de pleitnota van [handelsnaam];

-

de pleitnota van Chemitec en Youngco;

-

het proces-verbaal van het op 22 december 2016 ten overstaan van de kantonrechter gehouden pleidooi.

De kantonrechter heeft de uitspraak van het vonnis nader bepaald op heden.

2 De vaststaande feiten

Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd weersproken, staat tussen partijen het volgende vast.

2.1

Chemitec is actief in de branche voor chemische grondstoffen en industriële grondstoffen. Chemitec verhandelt het product Clarmarin 150 (hierna: Clarmarin), dat zij bij haar Duitse leverancier, te weten Evonik Industries AG (hierna: Evonik) inkoopt.

2.2

Het product Clarmarin is een al langer bestaand, milieuvriendelijk, liquide product met een reinigende en desinfecterende werking voor watergeefsystemen, dat vooral wordt gebruikt in de Nederlandse glastuinbouw. Het product voorkomt biofilm, een soort slijmlaag in watersystemen die als aanhecht- en dus broedplaats kan dienen voor allerlei ziektekiemen.

2.3

In Nederland is Chemitec niet de enige die handelt in dit product, maar zij is naast de enige andere aanbieder in het Noorden van het land (Metaki B.V.) wel de grootste aanbieder. Metaki richt zich op de aardappelteelt en Chemitec richtte zich op de glastuinbouwindustrie. Nederland is het enige EU-land waar het product Clarmarin een goedkeuring heeft verkregen voor het gebruik voor het doden van bacteriën.

2.4

Op 4 april 2014 heeft Chemitec een intentieverklaring met Brinkman, een onderneming met vestigingen in meer dan 30 landen, ten aanzien van de distributie van het product Clarmarin gesloten. Op basis van die intentieverklaring hebben zij in november 2014 een exclusieve distributieovereenkomst gesloten, waarbij Chemitec zich ertoe verbond om slechts aan Brinkman Clarmarin te leveren en dit product niet aan haar concurrenten te leveren.

2.5

Op 1 mei 2014 hebben [handelsnaam] en Chemitec een overeenkomst gesloten die getiteld is als “agentuurovereenkomst”. In deze overeenkomst staat voor zover van belang het volgende:

In aanmerking nemende:

- dat partijen zijn overeengekomen dat [handelsnaam] – voor een periode van bepaalde tijd van 10 jaar – zal gaan optreden als agent voor de door Chemitec in de handel gebrachte producten. Dit in de hoedanigheid van een agentschap wat [handelsnaam] voor eigen rekening uitoefent.

- dat partijen de ter zake gemaakte afspraken wensen vast te leggen;

VERKLAREN TE ZIJN OVEREENGEKOMEN ALS VOLGT:

EXCLUSIVITEITSRECHTEN EN RAYON

[handelsnaam] zal met ingang van 1 mei 2014 optreden als agent voor Chemitec producten uitsluitend bij nog niet kopende prospects en potentiële klanten in binnen en buitenland.

1a. op basis van exclusief*agentschap voor Clarmarin 150

1b. overige Chemitec producten op basis van uitsluitend verkopen bij nieuwe accounts in binnen- en buitenland

1c. het is [handelsnaam] toegestaan wederverkopers en dealers aan te stellen

1d. single afspraken voor Chemitec-projecten waar [handelsnaam] zijn sales expertise levert.

2. Chemitec verbindt zich jegens [handelsnaam] om tijdens de duur van deze overeenkomst door [handelsnaam] gerealiseerde verkopen de overeengekomen commissie af te dragen aan [handelsnaam]. Bij rechtstreekse aanvragen en/of herhaalopdrachten van door [handelsnaam] aangebrachte klanten niet anders dan door tussenkomst van [handelsnaam] haar producten te zullen verkopen.

3. De onderhavige overeenkomst heeft betrekking op de door Chemitec in de handelgebrachte producten voor ecologische gladheidbestrijding.

4. [handelsnaam] is niet bevoegd de rechten uit deze overeenkomst geheel of gedeeltelijk aan een derde over te dragen.

* Op basis van behaalde Clarmarin 150 prognose:

- omzet le jaar 100K

- ieder volgend kalenderjaar vermeerdert met 100K tot bereik van 1mln

(....)

OMZET EN PROVISIE

1. Chemitec bepaald de verkoopprijzen, [handelsnaam] is gerechtigd in de afhandeling zelfstandig de afronding en deal te maken binnen de door Chemitec gestelde marge.

2. Commissie [handelsnaam] 30% all-in op de netto verkoopprijs exclusief de btw.

2a. maximale klantkorting 30%, in overleg te bepalen door [handelsnaam]

3. Uitbetaling van commissie aan [handelsnaam] zal door Chemitec worden voldaan < 5 werkdagen na ontvangst betaling betreffende accountfactuur.

4. [handelsnaam] ontvangt een kopiefactuur van de door hem ingebrachte accounts die worden belast met een factuur door Chemitec verzonden.

BEDRIJFSUITOEFENING

1. [handelsnaam] oefent haar werkzaamheden voor eigen rekening uit.

2. Chemitec ondersteunt [handelsnaam] met technische expertise en stelt monsters en demomateriaal ter beschikking aan [handelsnaam] in verhouding tot het potentieel.

3. [handelsnaam] is verplicht de belangen van Chemitec bij voortduring naar beste weten en met gepaste ijver en te goeder trouw te behartigen.

(....)

DE OVEREENKOMST

1. De onderhavige overeenkomst is door partijen aangegaan voor een periode van bepaalde tijd van 10 jaar, ingaande op 1 mei 2014. Onverminderd het bepaalde in de overige leden van de overeenkomst zullen partijen maandelijks de ontwikkelingen en voortgang evalueren.

2.6

Op 29 juli 2014 ondertekenen [handelsnaam] en Chemitec een verlengingsovereenkomst, die loopt van 1 mei 2024 tot 1 mei 2034.

2.7

Op 8 april 2015 heeft [J.], manager van Chemitec, een e-mailbericht naar [handelsnaam] gestuurd, met onder meer de volgende inhoud: “Yes!!!!!!!!!!!!! Podium voor elkaar gekregen om het salesteam bij Royal Brinkman verder te trainen!!!

2.8

Op 24 april 2015 heeft [handelsnaam] voor zover van belang het volgende e-mailbericht naar [J.] gestuurd: “In ons telefoongesprek van vanmiddag geef jij te kennen, dat jij Chemetic Europe B.V. overweegt de samenwerking te willen stoppen met Royal Brinkman als het gaat om Clarmarin 150. Dit vanwege tegenvallende resultaten waardoor Clarmarin 150 qua business als verliesgevend wordt beschouwd. (.....)”

2.9

Chemitec heeft op 28 april 2015 een brief naar [handelsnaam] gestuurd met de volgende inhoud: “Sinds 1 mei 2014 treedt u, althans daarbij handelend onder de naam EA Trading voor eigen rekening en risico op als handelsagent van Chemitec BV. (hierna; Chemitec).

Helaas hebben wij moeten constateren dat u de doelstellingen uit de agentuurovereenkomst afgelopen jaar niet hebt gehaald. Om die reden deel ik u hierbij mede, dat de tussen u en Chemitec bestaande agentuurovereenkomst gesloten en ingegaan op 1 mei 2014, per heden wordt opgezegd tegen het einde van deze maand.

Er zal een wettelijke opzegtermijn, ingevolge artikel 7:437 BW van 4 maanden in acht worden genomen, zodat de overeenkomst eindigt op 1 september 2015.

Gedurende deze opzegtermijn bent u vrijgesteld van werkzaamheden.

Vertrouwend u hiermee naar behoren te hebben geïnformeerd”.

2.10

Bij brief van 2 juni 2015 maakt (de gemachtigde van) [handelsnaam] bezwaar tegen de opzegging van Chemitec en maakt hij aanspraak op commissie voor de duur van de overeenkomst en wenst hij voortzetting van de werkzaamheden op korte termijn.

2.11

In het e-mailbericht van 8 juni 2015 staat voor zover van belang het volgende: “(...) Allereerst loopt mijn contract tot eind september en is DSM een account die [handelsnaam] voor Chemitec B.V. heeft verworven en niet Paul. Wederom houdt Chemitec zich niet aan het contract!! (...)”

2.12

De gemachtigde van Chemitec heeft bij brief van 12 juni 2015 op de brief van [handelsnaam] gereageerd waarbij [handelsnaam] aansprakelijk wordt gesteld voor de door haar gestelde schade als gevolg van het (onjuist) gebruik van het product.

2.13

Op 15 december 2015 wordt een laatste aangetekende aanmaning aan Chemitec verzonden, tevens ingebrekestelling tot nakoming van de contractuele verplichting van Chemitec om [handelsnaam] tijdig te voorzien van alle relevante documenten inzake de afzet van Clarmarin bij Brinkman, alsmede aansprakelijkstelling van Chemitec voor de schade uit hoofde van toerekenbare niet-nakoming van de agentuurovereenkomst door Chemitec.

3 De gewijzigde vordering en de grondslag daarvan

4 Het verweer van Chemitec en Youngco

5 Het standpunt van Brinkman als derde in de zin van artikel 118 Rv

6 De beoordeling van de vordering

7 De beslissing