Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 29-03-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2017, BRE - 21 _ 4453

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 29-03-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2017, BRE - 21 _ 4453

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
29 maart 2023
Datum publicatie
14 april 2023
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2023:2017
Zaaknummer
BRE - 21 _ 4453
Relevante informatie
Art. 3.119a Wet IB 2001, Art. 3.120 Wet IB 2001

Inhoudsindicatie

Kwalificatie lening als eigenwoningschuld, artikel 3.119a van de Wet IB 2001.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Roermond

Belastingrecht

zaaknummer: BRE 21/4453

[belanghebbende], uit [plaats 1], belanghebbende,

en

de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 7 september 2021.

1.1.

De inspecteur heeft aan belanghebbende een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) voor het jaar 2019 opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 55.767 (aanslagnummer [aanslagnummer]). Bij gelijktijdige beschikking heeft de inspecteur aan belanghebbende belastingrente van € 153 in rekening gebracht (hierna: de belastingrentebeschikking).

1.2.

Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de aanslag IB/PVV 2019 en de belastingrentebeschikking.

1.3.

De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende bij uitspraak op bezwaar van 7 september 2021 afgewezen.

1.4.

De rechtbank heeft het beroep op 15 februari 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende, ter bijstand ondersteund door [naam 1], en namens de inspecteur: [inspecteur], [inspecteur] en [inspecteur].

Feiten

Beoordeling door de rechtbank

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Informatie over hoger beroep