Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 23-04-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:2407, BRE 23/11275 en 23/11276
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 23-04-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:2407, BRE 23/11275 en 23/11276
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 23 april 2025
- Datum publicatie
- 29 april 2025
- Zaaknummer
- BRE 23/11275 en 23/11276
- Relevante informatie
- Art. 4:17 Awb, Art. 7:2 Awb
Inhoudsindicatie
Zorgvuldigheidsbeginsel ; dwangsom; schadevergoeding
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummers: BRE 23/11275 en 23/11276
[belanghebbende] , uit [plaats 1] , belanghebbende,
en
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur.
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank de beroepen van belanghebbende tegen de uitspraken op de bezwaren tegen de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) 2020 en de aanslag inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (hierna: Zvw) 2020 van de inspecteur van 20 oktober 2023 en de daarbij behorende beschikkingen belastingrente.
De inspecteur heeft de bezwaren van belanghebbende ongegrond verklaard en de aanslagen IB/PVV 2020 en Zvw 2020 en de daarbij opgelegde beschikkingen belastingrente in stand gelaten.
De rechtbank heeft de beroepen op 18 december 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende en namens de inspecteur, mr. [inspecteur 1] en mr. [inspecteur 2] .