Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 26-09-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:6448, 24/6196

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 26-09-2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:6448, 24/6196

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
26 september 2025
Datum publicatie
2 oktober 2025
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2025:6448
Zaaknummer
24/6196
Relevante informatie
Art. 6.34 Wet IB 2001, Art. 6.38 Wet IB 2001

Inhoudsindicatie

IB/PVV, aftrekbaarheid periodieke gift.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Zittingsplaats Breda

Belastingrecht

zaaknummer: BRE 24/6196

[belanghebbende] , uit [plaats] , belanghebbende,

en

de inspecteur van de Belastingdienst, de inspecteur.

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 18 juli 2024.

1.1.

De inspecteur heeft aan belanghebbende voor het jaar 2020 een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) opgelegd naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 1.768.616 en naar een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 368.643, alsmede bij gelijktijdige beschikking belastingrente van € 248 in rekening gebracht (de beschikking belastingrente).

1.2.

De inspecteur heeft het bezwaar van belanghebbende ongegrond verklaard.

1.3.

De rechtbank heeft het beroep op 5 september 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: belanghebbende, tot bijstand vergezeld van zijn echtgenote en namens de inspecteur mr. Ö. Altindas en mr. A. Manni.

Beoordeling door de rechtbank

Feiten

Motivering

Conclusie en gevolgen

Beslissing

Informatie over hoger beroep