Bovennorm marginale druk

Bovennorm marginale druk

Gegevens

Nummer
2024/1085
Publicatiedatum
20 juni 2024
Auteur
Redactie
Rubriek
Algemeen

Staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst, Van Rij en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Van Gennip hebben op 18 juni 2024 de Tweede Kamer geïnformeerd over het invoeren van een bovennorm marginale druk.

Bij de behandeling van het Belastingplan 2024 is een motie ingediend door Grinwis en Omtzigt over het ontwikkelen van een bovennorm voor de marginale druk. De aanleiding voor deze motie is dat sommige mensen te maken hebben met een zeer hoge marginale druk. Dit kan betekenen dat mensen ontmoedigd worden om meer te gaan werken of om te gaan zoeken naar een functie met een hoger inkomen. Ook kan een zeer hoge marginale druk als onrechtmatig worden ervaren.

Bovennorm

De staatssecretaris en de minister gaan in een Kamerbrief in op de oorzaken van de soms hoge marginale druk en de mogelijkheden om daar met een bovennorm iets aan te doen. Onder een harde bovennorm wordt een norm begrepen die individuele mensen beschermt tegen een marginale druk boven die norm. Een harde bovennorm zou betekenen dat bestaande en nieuwe regelgeving er niet toe mag leiden dat de marginale druk hoger uitkomt dan de norm. Van een zachte bovennorm is sprake als de marginale druk voor maximaal een bepaald percentage hoger mag zijn dan een bepaalde grens.

Oorzaken hoge gemiddelde marginale druk

Een hoge gemiddelde marginale druk is de onvermijdelijke keerzijde van veel inkomensherverdeling. De grote spreiding in de marginale druk is het gevolg van keuzes over de vormgeving van het stelsel. In het huidige stelsel kunnen belastingtarieven stapelen met de afbouw van heffingskortingen, toeslagen en andere inkomensafhankelijke regelingen. Een van de conclusies is dat een harde bovennorm , waar individuele mensen echt iets aan zouden hebben, in het huidige stelsel met een veelheid aan inkomensafhankelijke regelingen niet goed mogelijk is.

Alternatieven

Een zachte bovennorm heeft geen of weinig toegevoegde waarde ten opzichte van de kengetallen waar nu bij besluitvorming al op gestuurd kan worden en waar jaarlijks in de begroting van SZW over wordt gerapporteerd. Een manier om toch te voorkomen dat mensen te maken kunnenkrijgen met een zeer hoge marginale druk is om geleidelijk het aantal plekkenwaar de inkomensafhankelijkheid van het gehele stelsel tot uiting komt, te beperken. Dat kan bijvoorbeeld door inkomensafhankelijke regelingeninkomensonafhankelijk te maken en tegelijkertijd, om in grote lijnen dezelfde inkomensverdeling te behouden – de belastingtarieven te verhogen. Het bouwstenenrapport en het rapport Toekomst toeslagen laten zien dat hiervoor mogelijkheden bestaan. Een andere mogelijkheid is om binnen het bestaande stelsel toeslagen minder steil of vanaf een hoger inkomensniveau af te bouwen, al heeft deze optie als nadeel dat hij ongericht is en ook de marginale druk verlaagt van mensen die al een lage marginale druk hebben.

Ministerie van Financiën, 18 juni 2024, 2024-0000341648