Beslistermijn inspecteur wordt niet verlengd tot formulier werkelijk rendement beschikbaar is

Belanghebbende heeft beroep ingesteld omdat de inspecteur niet beslist heeft op zijn verzoeken om ambtshalve vermindering van de aanslag IB/PVV 2019 en voorlopige aanslag IB/PVV 2023. Omdat de inspecteur nog geen beslissing heeft genomen, bepaalt de rechtbank dat de inspecteur dit alsnog moet doen, binnen twee weken na verzending van de uitspraak. De inspecteur heeft verzocht om een langere beslistermijn. Dit verzoek is door de rechtbank afgewezen. Hoewel de rechtbank begrijpt dat het voor de inspecteur efficiënter is om te wachten tot een speciaal formulier beschikbaar is voor bepaling van het werkelijk rendement, neemt dit niet weg dat de inspecteur gehouden is een beslissing te nemen indien daarop wordt aangedrongen. Daar komt bij dat belanghebbende zijn werkelijk rendement heeft gespecificeerd, zodat er onvoldoende reden is te wachten tot de zomer van 2025 tot het formulier beschikbaar is. Indien de inspecteur niet binnen de gestelde termijn van twee weken beslist, verbeurt hij een dwangsom van € 100 per dag met een maximum van € 15.000. De rechtbank stelt de bestuursrechtelijke dwangsom desgevraagd vast op het maximumbedrag van € 1.442 per aanvraag, dus totaal € 2.884.

(Beroepen gegrond.)