Controlerapport voor IB/PVV 2015 was geen aanleiding om aangiften voor 2017 en 2018 nader te onderzoeken
Controlerapport voor IB/PVV 2015 was geen aanleiding om aangiften voor 2017 en 2018 nader te onderzoeken
Gegevens
- Nummer
- 2025/499
- Publicatiedatum
- 18 maart 2025
- Auteur
- Redactie
- Rubriek
- Formeel belastingrecht
- Relevante informatie
Belanghebbende was tot en met 2015 agrarisch ondernemer. Tot het ondernemingsvermogen behoorden (cultuur)grond en opstallen. Per 1 januari 2016 behoren de onroerende zaken tot het privévermogen van belanghebbende. Belanghebbende heeft geprocedeerd over de hoogte van de aanslag IB/PVV 2015. Bij de voorbereiding van de zitting komt de inspecteur erachter dat de onroerende zaken in de jaren 2016 en later niet als box 3-inkomen zijn opgegeven. Omdat voor de jaren 2017 en 2018 al definitieve aanslagen waren opgelegd, legt de inspecteur navorderingsaanslagen op. In geschil is of de inspecteur een nieuw feit heeft.
De rechtbank overweegt dat de inspecteur uit mag gaan van de juistheid van de aangifte. Hij is pas tot nader onderzoek gehouden indien hij aan de juistheid van enig daarin opgenomen gegeven in redelijkheid behoort te twijfelen. Daarvan is geen sprake indien de niet-onwaarschijnlijke mogelijkheid bestaat dat de aangifte juist is. De rechtbank komt tot de conclusie dat de inspecteur een nieuw feit heeft dat navordering mogelijk maakt. De inspecteur is pas nadat de definitieve aanslagen over 2017 en 2018 waren opgelegd bekend geworden met het feit dat de bewuste onroerende zaken niet in box 3 waren verantwoord. Het controlerapport waar belanghebbende naar verwijst maakt niet dat de inspecteur de aangiftes eerder had moeten controleren. De onroerende zaken hadden immers niet langer tot de grondslag van het inkomen uit sparen en beleggen kunnen behoren.
(Beroep ongegrond.)