Nederland kent relatief groot btw-beleidsgat door vrijstellingen en verlaagde tarieven

Nederland kent relatief groot btw-beleidsgat door vrijstellingen en verlaagde tarieven

Gegevens

Nummer
2025/870
Publicatiedatum
22 mei 2025
Auteur
Redactie
Rubriek
Omzetbelasting

Het Nederlandse btw-nalevingsgat is in 2022 gestegen naar 7,9%. Ook het btw-beleidsgat blijft hoog, vooral door verplichte vrijstellingen en het ruime gebruik van verlaagde tarieven.

In december 2024 is het rapport ‘VAT Gap in the EU, report 2024’ door de Europese Commissie gepubliceerd. Het rapport maakt een onderscheid tussen twee categorieën btw-gaten: het btw-nalevingsgat en het btw-beleidsgat. Het btw-nalevingsgat verwijst naar het verschil tussen de belastingopbrengsten die zouden worden gegenereerd bij volledige naleving van de wet- en regelgeving, en de daadwerkelijke opbrengsten. Het btw-beleidsgat betreft de misgelopen btw-inkomsten als gevolg van verlaagde btw-tarieven (inclusief het nultarief) en vrijstellingen.

Volgens het rapport bedroeg het Nederlandse btw-nalevingsgat in 2022 7,9% (€ 5,9 miljard), een stijging van 2,6 procentpunt ten opzichte van 2021. Volgens eigen berekeningen van het ministerie ligt het nalevingsgat stabiel rond de 4,5%. De Belastingdienst werkt aan het verkleinen van dit gat via haar Uitvoerings- en handhavingsstrategie, met nadruk op preventie, voorlichting en gerichte fraudebestrijding. In 2025 wordt extra ingezet op het tegengaan van btw-carrouselfraude en intracommunautaire fraude

Hoog beleidsgat door vrijstellingen en verlaagde tarieven

Het Nederlandse btw-beleidsgat bedroeg in 2022 48,7% (€ 72,4 miljard. Dit wordt vooral veroorzaakt door verplichte vrijstellingen (34,8%) en verlaagde of 0%-tarieven (9,8%). Nederland maakt relatief veel gebruik van deze beleidsopties, mede door de omvang van de publieke en financiële sector.

Het ministerie van Financiën streeft naar een eenvoudiger en moderner btw-stelsel, mogelijk met minder verlaagde tarieven en een uniform tarief.

Kamerbrief reactie op btw-gat rapport 2024, nr. 2025-0000135830, Ministerie van Financiën, 19 mei 2025